Vandaag was het dan zover: we zouden de Teide op. Je moet je daar al anderhalve maand vooraf voor aanmelden, maar dat hadden we braaf gedaan, dus we hadden zelfs een permiso. En, voor het eerst in dagen, was het weer ook nog eens prachtig.
Jitse ging niet mee; die was gefrustreerd en die hebben we op eigen verzoek voor twee nachten in een hostal geplaatste. Volgens mij is het simpelweg dat zo'n berg op te veel inspanning is voor hem.
Michiel en ik dus voor zonsopgang opstaan, en met onze gehuurde bus naar de hoogvlakte.
Even een situatieschets: Pico del Teide is de hoogste berg van Spanje, met 3718 meter hoog. Gerekend vanaf de zeebodem is hij zelfs 7000 meter hoog, en is hij daarmee de op twee na hoogste van de wereld; twee vulkanen op Hawaï moet hij voor zich laten.
Wat nu de Teide is, staat aan de noordwand van wat vroeger een nog veel grotere vulkaan was. Die is een paar honderdduizend jaar geleden zo heftig uitgebarsten, dat de hele bovenkant daarbij ontploft is. Wat overbleef was een krater van 16 bij 9 km groot, met een opstaande rand. Vanaf die opstaande rand is dit gat geleidelijk weer opgevuld, waardoor er nu een soort hoogvlakte is met nog steeds een opstaande rand. Op die rand zijn later weer twee nieuwe vulkanen ontstaan die in elkaar overlopen, en waarvan de hoogste dus de Teide is. Als je er op wilt moet je dat anderhalve maand vooraf aanmelden, want er mogen maar een paar honderd personen per dag op de top, en het is erg populair. Wat daarbij ook erg helpt is dat er een kabelbaan is die je vanaf de hoogvlakte op zo’n 2000 m hoogte, naar 150 meter onder de top brengt, zodat je dan kunt zeggen dat je de top beklommen hebt terwijl je alleen maar de laatste 150 m gedaan hebt. Maar wij, wij zijn natuurlijk geen mietjes, dus wij kozen ervoor om vanaf die hoogvlakte een pad te nemen.
Dus reden wij met de huurbus tegen 9 uur ’s ochtends de
caldera in. Het was onheilspellend mooi, want alles zat onder een laagje rijp
op dit vroege uur.
Het pad begon meteen goed: het was 8 km naar de top, en
meteen de eerste 100 meter lag er al sneeuw.
Nou moeten jullie weten dat ik een gruwelijke hekel heb aan
bergschoenen. Die dingen zijn zeer benauwd, je krijgt er kokende poten in, en
je voelt totaal niet waar je je voeten op zet. Maar zo’n berg als de Teide doen
op mijn eeuwige sandalen, da’s ook niet ideaal. Dichte schoenen was op z’n
minst praktisch geweest, dat zie ik echt wel. Alleen, om nou zulke schoenen mee
te nemen voor een enkele wandeltocht, en de rest van de twee maanden dat we
hier zitten die dingen voor jan lul mee te zeulen, dat zag ik toch echt niet
zitten.
Dus: op mijn sandalen de Teide op. Dat heb ik wel geweten.
Het probleem was nog niet eens zozeer dat het open schoenen zijn: de sneeuw was
gewoon bevroren, en ik heb er geen natte voeten door gekregen. Het probleem was
dat er onvoldoende profiel onder zit. Ga maar eens 8 km steil een berg op lopen
over een pad dat voor 80% van die route bedekt is met aangestampte sneeuw of
ijs. Op sommige trajecten moest het echt voetje voor voetje voorwaarts omdat
het alle kanten op glibberde.
Halverwege was ik dan ook behoorlijk uitgeput. Ik heb de Taranaki en de Tongariro gedaan in Nieuw Zeeland, en Corsica was ook best heftig, maar nog nooit eerder heb ik me zo moe gevoeld op een berg. Ik kan me nu pas uit eigen ervaring inleven met hoe Paula op de Taranaki, en Rosalieke op sommige stukken Corsica en Pyreneeen zich gevoeld moeten hebben.
Michiel, die wel bergschoenen had, heeft me er dan ook
compleet uitgelopen deze keer. Deels door het geglibber van mij, maar misschien
moet ik toch ook eens erkennen dat ik met 57 toch ouder wordt?
Maar hoe dan ook, we gingen stug door, en bij de kabelbaan,
150 meter onder de top, was het feest ineens voorbij. Het stond er vol met
toeristen die per kabelbaan omhoog “geklommen” waren, maar niemand mocht verder
van de parkwachters: te gevaarlijk, alles lag onder de sneeuw. Ja dat wisten we
dus al. Ik had de indruk van het uitzicht op de top dat we de ergste stukken al
gehad hadden, maar permit of niet, we mochten niet verder, en we mochten ook
niet terug. Sterker nog, zei de man met verwijtende toon: we hadden het pad
niet eens omhoog mogen gaan, te gevaarlijk.
Voordat iedereen denkt dat wij een onverantwoordelijk stelletje *** zijn zonder enige respect voor de locale regels: het probleem van die regels is dat ze opgesteld worden met de gemiddelde toerist met een niveau en beoordelingsvermogen van een tien-jarige in gedachten. Ik snap dat ook best op zo’n eiland vol massatoerisme. Alleen het gevolg daarvan is wel dat zodra iemand z’n hoofd kan stoten of kan struikelen over een steen, ze meteen hele paden dicht gooien. Dus inderdaad, wij hadden die bordjes “pad gesloten” wel gezien, maar ja, die zie je hier zo vaak.... En er is – behalve moeheid – ook niks gebeurd. Als ik wat van de sneeuwijzers onder mijn schoenen had gebonden was er helemaal niks loos geweest.
Dus 10 minuten later zaten we in die kabelbaan, en 20
minuten later waren we weer beneden.
Hoe dan ook: El Teide heeft deze keer gewonnen, we hebben haar niet kunnen verslaan. En ik was behoorlijk bek-af. Maar volgende keer neem ik sneeuwijzers mee. En voor wat betreft dat oud worden: ondanks mijn toestand toch ook nog een groep jonge Polen en een jong Frans stel ingehaald. Dus misschien valt het nog mee.