Na alle foto's met nauwelijks enige tekst en uitleg, nu maar eens een wat langer verhaaltje. Zoals trouwe lezertjes wellicht al begrepen hadden, is internettoegang een lastig iets hier in de bush en de outback van Australie, dus komt het maar sporadisch voor dat we tijd hebben om een goed verhaal hier op te zetten. De verbindingen zijn rampzalig, en het is ook nog eens peperduur doorgaans.
Echter, nu zitten we op een camping in Eungella, aan de rand van een hoogvlakte, uitkijkend over een dal. Op dat randje, bij de ingang van de camping staat een UMTS-telefoonmast - ja, zo'n ding waar eco-hippies doorgaans spookbang van zijn en die ze vooral niet in hun achtertuin willen hebben, uit vrees dat ze op hun vijftigste ineens dood neervallen aan hersentumor vanwege de straling die er uit komt. Het grappige is trouwens dat uit onderzoek blijkt dat zulk soort zendmasten inderdaad nogal slecht voor de gezondheid van veel onwonenden zijn, maar dat het daarbij geen fluit uitmaakt of dat ding nou echt straling uitzendt, of dat hij gewoon uitstaat en niets meer is dan een dood stuk staal. Zodat je dus kunt stellen dat de aktiegroepen die tegen zulke masten te hoop lopen vooral zelf heel slecht voor de gezondheid zijn. Waarmee maar weer eens bewezen is dat de mens het meest lijdt van het lijden dat hij vreest - maar dit terzijde.
Maar goed, onze tent staat dus op 30 meter van een telefoon/internetmast, en dit zal dan wel de reden zijn dat internet op deze camping goed en gratis is. En dat is nogal wat in een land waar ze soms vrolijk 3 dollar voor een kwartiertje online rekenen. We krijgen er dan wel hersentumoren van, maar we kunnen gelukkig eindelijk eens fatsoenlijk het internet op, om onder meer deze blog eens bij te werken.
Goed dan, een overzichtje van onze avonturen in Australie.
Na Cairns gingen we eerst uitgebreid precies de verkeerde kant op, namelijk de regenwouden van het noorden in, rondom Cape Tribulation. Daarvan is reeds uitgebreid verslag gedaan op deze blog.
Vervolgens zakten we weer af tot in de buurt van Cairns, maar dan ietwat landinwaarts op de Atherton Tablelands. Ook hier is al over bericht. Een erg mooi gebied met veel lekkere watervallen en spectaculaire beestjes. Hoogtepunten in dit gebied waren wat ons betreft Emerald Creek Falls, de Behani Gorge, en Granite Gorge voor de kinderen, vanwege de handtamme wallabies hier.
Na de tablelands zakten we dan eindelijk echt af in de richting die we op moeten: het zuiden.
Bij Etty Beach troffen we eindelijk onze eerste Cassowarie. Keer op keer hadden we de wegen en paden rond Cape Tribulation in het oerwoud doorkruist, doelbewust op zoek naar dit beest. Veel mensen die we spraken hadden ze net gezien voordat wij aankwamen, maar wij leken ze steeds te missen. Bij Etty beach was het eindelijk zo ver, terwijl we pannekoeken zaten te maken op een publieke barbecue.
Cassowaries zijn bizarre loopvogels van wel twee meter hoog met een volstrekt idiote helmachtige benen kam op hun kop. Ze lijken zich nauwelijks iets van je aan te trekken, maar toch gluurde dit exemplaar stiekem naar onze etenswaren terwijl hij op anderhalve meter langs liep. Best een eng beest zo dicht bij eigenlijk, want je weet niet hoe bedorven ze zijn door voeren, en ze kunnen heel hard schoppen en pikken.
Daarna zijn we drie nachten op Magnetic Island gebleven, in een youth hostel waar het stikte van de wallabies, waar de parkieten (rainbow lorikeets) op je hoofd gingen zitten, en waar de possums met elkaar zaten te rollebollen over de vloer van de open-luchteetzaal, omdat ze kennelijk allebei deze plek maar wat graag bij hun territorium wilden rekenen. Ook een erg mooi strandje hier (Balding Bay) waar het riviertje twee prachtige zwempoelen maakte voor in zee uit te stromen - en zonder krokodillen dit keer. Het grote nadeel van Queensland in deze tijd van het jaar is dat je niet in zee kan zwemmen (en dat bij over de dertig graden) vanwege de potentieel dodelijke kwallen die vanuit noordelijke oorden langsdrijven. Maar met zulk soort prachtige poeltjes is dat probleem ook opgelost.
Ook een echte wilde Koala gespot tijdens een vroege wandeling. Dit zijn duffe beesten die vooral in eucalyptus zitten, en die daar twintig uur per dag slapen - dus dat "wild" moet niet heel letterlijk genomen worden. De tijd dat ze niet slapen besteden ze aan het kauwen van eucalyptusbladeren en aan het uitstoten van bizarre grommende rochelende geluiden. Het deed ons een klein beetje denken aan de brulapen die we ooit in Venezuela hadden in de boom waaronder we sliepen.
Na Magnetic Island weer verder naar het zuiden, vlak boven de stad MacKay dit keer, op een nationaal park dat Cape Hillsbourough heet. Hier troffen we de eerste echte kangoeroes, en hoe. De beesten lagen gewoon naast het wc-hok van de camping te herkouwen, of ze lagen doodleuk als badgast languit op het strand te knikkebollen. En opnieuw super benaderbaar. Niet geinteresseerd in eten of gevoerd worden, maar ze liepen ook niet weg als Jitse of Ibrich steeds een stapje dichterbij kwamen. Het enige dat ze deden was quasi-ongeinteresseerd toekijken, tot de kinderen binnen letterlijk aaiafstand waren. Toen Jitse dan even z'n vacht aanraakte werd het toch te gortig, en stond de kangoeroe op om een stap verder te gaan suffen.
Ook heel veel hagedissen hier, om de twee meter schiet er een kleine of grote blauwtong weg, of iets in die geest.
Minder leuk waren de wandaden van geboefte dat huisgehouden had onder de haaien. Op het strand vonden we uiteindelijk een stuk of 7 haaien; allemaal met afgesneden rug- en borstvinnen. Het verhaal gaat dat Japanners die vangen, de vinnen afsnijden voor hun soep, en de dieren vervolgens terug in zee mieteren. Verspillende eco-vandalisme waar ik me zelf behoorlijk pissig over kan maken, en ook Jitse was behoorlijk onder de indruk. Maar ja, ik eet zelf al jaren geen vis meer omdat ik niks te maken wil hebben met die roofbouw die visserij heet.
En nu zitten we dan ten Westen van MacKay in een gebied dat Eungella heet. Een gebied dat oploopt naar een hoogvlakte, en met daarin weer mooie kloven, veel waterval, en dit keer ook mooi een platypus (oftewel vogelbekdier) gezien.
zaterdag 11 februari 2012
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
4 opmerkingen:
Wat een herinneringen! Heel veel plaatsen waar ik zelf ook geweest ben lang geleden. Zelfs in Eungella, waar ik nog werkte tegen kost en inwoning in het "Rainforest Cafe" met een Duitser. Die bleek een volkomen dronkelap te zijn en die verschrikkelijk antisemitisch was. En waar ik dus ook weggelopen ben naar verloop van tijd. Je vindt interesaante karakters in de rimboe. En racistisch dat de meesten zijn! Ik heb nergens anders mensen ontmoet waar racisme, vnl mbt Aboriginals, zo gemeengoed is.
Inderdaad veel vogelbekdieren daar.
He Arjen, We vroegen ons af of je in Finch Hatten gewoofd had bij het Platypus Bush Camp. Een hele mooie sympathieke plek nabij spectaculaire watervallen met mooie zwempoelen. Ingeborg
Ha Ar,
Ik vroeg me van elke plek al een beetje af of jij er ook geweest was, ooit. Het "Rainforest cafe" is hier niet meer volgens mij, of het heet nu anders.
Heb je nog andere tips langs de oostkust??
Finch Hatten klinkt wel bekend, maar ik ben daar niet geweest volgens mij. Rainforest cafe was weer zo'n plek waar ik terecht kwam door te liften; meestal had ik niet een vast plan, maar liet me leiden door omstandigheden.
Het is allemaal aardig lang geleden, dus veel plekken zijn voor mij in de vergetelheid geraakt, maar jullie beschrijvingen rakelen het dan weer op. Ik heb de meeste tijd in de omgeving van Cairns door gebracht. Fraser Island was wel mooi, maar zou nu wel eens erg commercieel kunnen zijn. Er zijn ook andere eilanden die ik wel had willen bezoeken, maar niet aan toe ben gekomen. De Blue Mountains ten westen van Sydney waren ook wel mooi. Ik geloof niet dat jullie van plan zijn om naar Tasmania te gaan, maar Freycinet NP is spectaculair! Het weer kan wel eens niet geweldig zijn als jullie daar aankomen. Veel plezier!
Een reactie posten