maandag 31 januari 2011

klimgeitje

Met name onze Ibrich is een echte klimgeit. Ze hangt altijd overal op de meest bizarre plaatsen ondersteboven ergens in. Parkeermeters, hekken, bij het eten, etc. Bij de dierentuin in Christchurch waren we zelfs even in de problemen, omdat Ibrich doodleuk over het hek geklommen was om binnen te komen, terwijl wij allen nog kaartjes stonden te kopen.
Ook Jitse houdt wel van wat klimmen, maar vaak moet hij toch in Ibrich zijn meerdere erkennen, wat dit betreft. Ze durft meer, en ze is lichter, en kan dus hoger en verder komen.

In de bossen hier hangen nogal eens wat lianen waar je lekker in kunt hangen en aan kunt slingeren. Verder zijn er hier veel lekkere rotsblokken... Zo ook op onze vakantie...








zondag 30 januari 2011

inhaalslag foto's

Na de vakantie hebben we natuurlijk enorme hoeveelheden foto's te verwerken. Ik ben daar dan ook dapper mee begonnen. Hier eerst nog een aantal foto's van willekeurige oudere datums die om een of andere reden nog niet geplaatst waren, en waarvan ik dat onterecht vond.


Jitse op het eindfeest van het schooljaar.






Ook dit princesje was aanwezig op het eindfeest van de school. Alle kinderen waren verkleed.



Redwoods in het bos vlakbij, op de Kaitake Range.



Op weg naar Rinkes ochtendstrandje










Als het bovenop onze berg nogal hard waait, dan verdampt de sneeuw daar en krijg je zulk soort bizarre wolken om de top heen.



Onze lieve Wimpie III, een van onze huisdieren, hier op mijn fototas. Ibrich loopt regelmatig met een dikke spin rond en kirt dan "Ooooh, wat een schatje...". Zonder blikken of blozen laat ze ze over haar armen lopen.

zaterdag 29 januari 2011

Thuiskomst

We zijn terug van onze vakantie naar het Zuid-eiland. Nog midden in de troep. De foto's worden verwerkt, en binnenkort volgen enkele updates. We zijn dus ook weer bereikbaar per telefoon.

woensdag 26 januari 2011

Westland

Er zijn maar weinig plekken waar de wegen de hoge Southern Alps oversteken, en Arthur's Pass is de centrale plek. Het gaat een heel eind omhoog door een landschap van vele kale afgeronde bergen, en daarna daalt het af naar het Westland. Dat is een smalle strook land van soms slechts 20 km breed, gelegen tussen de Tasman zee en de Southern Alps. De laatste vormen een enorme fysieke barriere met de rest van het land. Er gaat vrijwel geen weg of pad over, en ze zijn zwaar bedekt met sneeuw en gletschers.

Vandaag (22 jan) hebben we een tripje gemaakt rond een van de twee makkelijk te bereiken gletschers, de Fox Glacier. Morgen gaan we de Copland Track doen, althans voor een deel. Dat is naar mijn weten het enige wandelpad dat echt de alpen zelf oversteekt, om aan de andere kant bij Mount Cook Village uit te komen. Hemelsbreed is dat 24 km, maar om dan via de weg weer bij de auto terug uit te komen is het zo'n 300 km omrijden om weer bij het beginpunt te komen. En aangezien we met een kind van net 5 natuurlijk ook niet vier dagen gaan lopen en een besneeuwde pas over gaan steken, doen we alleen maar een stukje, om dan dezelfde weg terug te gaan.

Ultieme doel is de Wellcome Flat Hotsprings: een vlak stukje in het traject, met een berghut, en even verderop een stel heetwaterbronnen waar je in kunt badderen, ondertussen uitkijkend op gletschers en sneeuwbekapte bergen even verderop. We moeten maar zien hoe dat gaat met de kindjes; het idee is er drie dagen over te doen.

En dan op naar het Noorden, en terug naar huis in Oakura.

maandag 24 januari 2011

Cyclonen en aardbevingen

Christchurch, 6:03 vanochtend, op 20 januari 2011: we lagen in bed in ons hotel. Ik werd voor misschien 20% wakker van iets, maar wist niet waarvan. Vervolgens was het er weer: de ramen trilden stevig, er klonk een wat razend geluid, het bed trilde zeer duidelijk, en het was alsof er een zeer zware vrachtwagen of een tank door de straat beneden reed. Het hield zo'n drie seconden aan,
Ik schoot vrijwel onmiddelijk overeind, met voor mij op dit uur verbazingwekkende tegenwoordigheid van geest. "Aardbeving!". Ik rende naar Jitses bed, tilde hem op en zette hem half slapend onder de deurpost van de WC. Ingeborg was daar inmiddels ook slaapdronken aangeland. Vervolgens lifte ik Ibrich uit haar bed, en bracht die naar dezelfde plek, en zette haar half slapend half zittend op de grond.
Er gebeurde verder niets. Doodse stilte, Verkeer was er niet. Ook geen geluid van mensen. Na een halve minuut of zo besloten we maar weer naar bed te gaan. "Een 5.1, schat ik", zegt Ingeborg nuchter, maar zij is dan ook ervaringsdeskundige, met als topper haar 8.9 in San Francisco.

Die avond tevoren hadden we nog even een gezamelijke aardbeving-oefening gedaan. Dat hield in: snel naar de deurpost lopen, want dat is de veiligste plek in een gebouw omdat daar de muren het stevigst zijn. Daar onder schuilen en afwachten.

Twee uur later waren we net wakker toen er nog een naschok was. Deze keer rammelden alleen de ruiten, maar een trilling voelden we zelf niet. Nu is er net op de televisie in het hotel dat het inderdaad een schok van 5.1 was op de schaal van Richter. Hoi hoi hoi, mijn eerste aardbeving!!

Net de dag er voor waren we gevlucht voor een dubbele cycloon. We zaten aan de Marlborough sounds, toen we door de campingbeheerder die ochtend gewaarschuwd werden: zorg maar dat je wegkomt, want er komt zeer zwaar weer. Er was een weersysteem op komst dat bestond uit de samenvoegingen van twee uitgeraasde tropische cyclonen. Echte cyclonen waren het niet meer, maar het zou wel betekenen dat er vies weer kwam met veel regen en flink veel gezwollen rivieren. Vooral het Noorden van het Zuid-eiland, waar we zaten, zou getroffen worden. Australie in gedachten (de overstromingen daar zijn hier al weken voorpaginanieuws) zijn we snel vertrokken. Het schijnt inderdaad aardig gespookt te hebben. Wij vertrokken naar Christchurch, midden aan de oostkust van het Zuid-eiland. Onderweg inderdaad flink regen gehad, maar de dag daarna was het weer stralend weer. Het schijnt dat het cycloon-systeem zeer snel over Nieuw Zeeland getrokken is.

Vandaag vertrekken we naar de westkust van het zuideiland. Het is daar ontzettend nat altijd; vijf keer zo veel regen als aan de oostkust, vanwege de regenschaduw van de bergketen die dwars over het eiland ligt. De wind is overwegend west, waardoor de wolken tegen de alpen aan blijven hangen en het oosten door blijft, maar het westen kletsnat is. Het westen is echter ook landschappelijk gezien het ruigste en ongerepste gebied.
De komende week wordt oostenwind verwacht, hetgeen betekent dat de situatie is omgedraaid: oostkust nat, west droog. Dus op naar het Westen.

En net staan we bij de auto klaar om te vertrekken, terwijl de laatste tas achterin gezet is, en er klinkt een doordringend rommelend geluid door de hele stad. Het lijkt op het geluid van een zeer zware donderslag bij ver onweer. En weer schudt de grond even heel duidelijk. De derde aardbeving van die ochtend... Iedereen reageert wat lacherig. Je raakt er aan gewend. "Ik blijf hier geen seconde langer" grap ik. We stappen in de auto. Op naar het westen.

zaterdag 22 januari 2011

Weka-pad

We zijn vertrokken naar het Zuid-eiland, samen met Paula. Heel Nieuw Zeeland heeft momenteel vakantie en wij dus ook.

We zijn op zich wat huiverig voor het Zuid-eiland. De voorstelling die ik had was een beetje zoals Schotland: mooi, maar altijd regen en koud. En in onze opinie ga je niet naar zulk soort oorden als je Nederland zelf eigenlijk al te koud vindt. Maar misschien valt het mee. We zullen zien.

De eerste week op het Zuid-eiland zijn we niet heel ver gekomen. Helemaal bovenin, in het NoordOosten, waar de boot aankomt, liggen de Marlborough sounds. Een gebied dat half land half zee is, omdat het bestaat uit een stelsel van rivierdalen dat door daling van het land voor meer dan de helft ondergelopen is.
In dit gebied zijn de afstanden enorm, zeker omdat alles of per boot moet, of per verschrikkelijk kronkelige bergwegen waar je blij bent als je op een lang recht stuk eens met 40 km per uur kunt gaan scheuren.
Dwars door het gebied loopt de queen charlotte track, en wandelroute waar je geacht wordt drie tot vijf dagen over te doen, en die 49 km lang is.
Onze kindjes echter hebben weinig tot geen wandelervaring, dus het hele stuk leek ons te veel. Desalniettemin leek ons dit een uitstekende gelegenheid om geharde wandelaars van ze te maken, omdat de track zeker voor de verste helft niet veel stijgt of daalt, en genoeg afleiding heeft. Qua conditie kunnen kinderen zulk soort afstanden vaak best lopen; het probleem is meestal de aandacht en de motivatie.

We besloten dus de track voor de verst afgelegen helft te lopen. Zo'n 25 kilometer, te doen in twee dagen en een beetje.
Ik zei al dat afleiding hierbij belangrijk was. Dat hebben we geweten: het lopen met ze ging werkelijk uitstekend, maar de prijs was wel een continue stroom van woorden zodat onze oren er bijkans af vielen. We hadden bedacht dat we ze vooral af moesten leiden, en dat ging door verhaaltjes te verzinnen, hetgeen zo goed aansloeg dat we er niet meer af kwamen. Na mijn hele historie als ruimtepiloot uittentreure uitgespit te hebben, en nadat de verhalen steeds bizarder werden, waren vooral wij volwassenen uiteindelijk blij dat we het eindpunt bereikten.

Een heel belangrijke afleiding waren ook de Weka's.
Dit is een groot soort ral, verwant aan onze eigen waterral dus, die die endemisch is voor Nieuw Zeeland (dat wil dus zeggen dat hij enkel hier voor komt). Ze komen maar in een zeer beperkt aantal gebieden voor, en als je ze tegen komt is volstrekt duidelijk waarom: ze zijn vreselijk nieuwsgierig, ontzettend tam en kunnen niet vliegen. Uitstekende prooi dus voor maori's, blanke kolonisten, katten, honden of alle andere ongerechtigdheid dat de Nieuw Zeelandse eilanden gekoloniseerd heeft maar er niet thuis hoort.
Maar voor kinderen is het wel heel erg leuk. Ze komen op je af, trekken aan de touwtjes van je rugzak, eten uit je hand, en met een beetje mazzel kruist zelfs een hele familie je pad. Op een zeker moment waren we onderzocht door papa Weka, mama weka en twee kleine zwarte kuikentjes.

Na twee en een halve dag lopen kwamen we uit bij Ship Cove, de historische plek waar James Cook, de ontdekkingsreiziger die voor het eerst Nieuw Zeeland echt verkende (na Abel Tasman, die er 100 jaar eerder alleen maar langs voer), voor het eerst aan land kwam.
En omdat we maar op'e dolle roes waren vertrokken, hadden we dus geen schip geregeld om ons daar weer vandaan te halen. Gelukkig kregen we redelijk snel een lift van een schip dat daar twee mensen oppikte, en die brachten ons terug naar halverwege de track, waar de auto stond.

Foto's volgen later, aangezien we deze nu niet kunnen inlezen/verwerken.

woensdag 19 januari 2011

3.7%

Toen Paula hier was was dat ook een mooie gelegenheid eindelijk onze eigen Mount Taranaki helemaal te beklimmen, de berg waar we onder wonen. Ingeborg zou op de kinderen passen, en wij hadden dan vrij spel. Zo gezegd zo gedaan.


zonbeschenen vegetatie tegen een wolkenachtergrond geeft een mooi sfeertje



De trap omhoog, voorportaal van de puinhelling


Mount Taranaik is de op een na hoogste berg van het Noordeiland, en de klim staat bekend als pittig. Dat komt omdat het bovenste deel van de klim bestaat uit een worsteling over los vulkanisch puin, waarbij je twee stappen omhoog doet en een stap weer naar beneden glijdt, en ondertussen allerlei gruis in je schoenen verzamelt. Daarbij kan het weer ook nog elke minuut veranderen.


Oprukkende en oplossende wolken boven de puinhelling



Bewolking boven het zuiden


Voor deze dag was er bewolking voor de zuidelijke zijde van de berg voorspeld. Dat heb ik ook letterlijk gezien: de wolken dreven naar het noorden om de berg heen, maar losten onderweg helemaal op. Heel bizar om dat voor je ogen te zien gebeuren.

De tocht was inderdaad pittiger dan Tongariro. Niettemin goed te doen voor mij, hoewel Paula halverwege erg boos werd op het gruis en het puin, maar helpen deed dat niet.


De krater is gevuld met een flink sneeuwdek


Na anderhalf uur klimmen pakte ik de kaart. Paula was aan het puffen en steunen tegen de berg op, en ik bekeek gewichtig de kaart, en verklaarde: "Het gaat goed. Volgens de kaart hebben we al 3.7% van de totaal af te leggen afstand gedaan.". Die opmerking had een erg grappig effect op Paula.
Een minuut later kwam er nog een meisje van een jaar of 18 aanlopen, die zo mogelijk nog moeilijker keek dan Paula. Toen ik haar hetzelfde vertelde, zag je even alle moed uit haar wegzinken - het was een heel komisch gezicht. Ze fleurde gelukkig weer op toen we snel vertelden dat in werkelijkheid al bijna de helft van de afstand er op zat. Het volgende stuk zou echter veel meer tijd kosten, want daar zou de puinhelling beginnen.


de top



Fantham's peak vanaf de top


Bovenop lag een erg slordige krater met een flink sneeuwveld. Ook hier was het vrij druk, echter lang zo druk niet als bij Tongariro.



Fantham's peak



Tongariro, Mount Doom en Ruapehu in de verte



Afdaling door het puin



Laat licht over de flanken van de berg

maandag 17 januari 2011

Tongariro crossing

Paula had bedacht dat ze de Tongariro crossing wilde doen. Deze tocht staat bekend als de mooiste dagwandeling die je op het noordereiland kunt maken.


Mount Doom tegen de ochtendzon


De Tongariro is een van de vulkanen die in het eerste en oudste nationale park van Nieuw Zeeland ligt. Er liggen drie grote vulkanen in: Tongariro zelf is de laagste. Daar vlak naast ligt Ngauruhoe, ofte wel Mount Doom, de jongste van het stel, en vrijwel perfect symmetrisch. De hoogste is Ruapehu, en dat was zo ver in de zomer de enige berg op het noordereiland (samen met onze eigen Taranaki) waar nog sneeuw op lag.


Mount Doom



Mount Doom met op de achtergrond Ruapehu



Gestolde lavastromen op Mount Doom. De jongste is van 1975


Tongariro crossing is erg populair en er waren dan ook honderden mensen op dit pad. Voor iedereen die hier niet van houdt zou ik adviseren om de andere paden in het park te doen: ook mooi, maar daar is echt helemaal niemand te vinden.

De toch staat bekend als pittig, maar persoonlijk vond ik het niet veel voorstellen qua moeilijkheidsniveau. We hebben dan ook een zij-uitstapje gemaakt naar de top van Tongariro zelf. Paula had het af en toe wel even wat moeilijk met de klim, maar dat zal dan de wraak van de peuk wel zijn, :-P .

Was het niveau niet bijzonder, de uitzichten waren dat wel. Zie foto's.


Puin op de bodem van South Crater



South crater van boven



Het zijpad naar de top van Tongariro



Central crater van boven, met een zwarte plak uitgevloeide lava



Het pad door central crater



Red crater



uitzicht. In het midden net rechts naast de wolk is de top van onze eigen berg Taranaki te zien, 200 km verderop



Zwemmen in Blue Lake, een kratermeer. Het was heerlijk na een warme klim. Ik vraag me dan altijd af waarom ik de enige ben van al die honderden mensen die zoiets doet.



De afdaling. Wolkje doet z'n best.

zaterdag 15 januari 2011

huisdier

Jitse ging laatst naar bed, maar begon toen te roepen dat er een beest op zijn klamboe zat.

En inderdaad, dit schatje was door het open raam naar binnen gelopen en op z'n klamboe gaan zitten.
Jitse: "Ik dacht dat het een sprietje was maar ineens zag ik een oogje."

Het is een wandelende tak. Het arme beest heeft waarschijnlijk nooit zo veel aandacht gehad. Ik was bezig met foto's maken, en Jitse en Ibrich zaten er bovenop. Ibrich scheen bij met een lampje (voor makkelijker scherp stellen), en Jitse heeft ook minstens 70 foto's zitten maken. De laatste foto is van Jitse.

Daarna is sprietje op een blaadje gezet en aan z'n lot overgelaten.





donderdag 13 januari 2011

Drijfhout en Zeemeerminnen


Een stukje verderop langs de kust ligt Okato. Een klein dorp, wat verder van de stad af, en dus veel rustiger. Af en toe gaan we daar ook eens op het strand kijken. Het is er uitgestorven, het ligt vol met drijfhout, en er komen een aantal wat grotere riviertjes op het strand uit.

Hier wat foto's van het laatste bezoek.


Veel drijfhout...


Vliegende Ibi's




In de rivier zagen we zeemeerminnen


Rinke wordt meegesleurd door Stony River

maandag 10 januari 2011

"The best spot in New Zealand"

Op onze vierdaagse trip met Paula raakten we ergens tussen Rotorua en Taupo verzeild op de Rotota Sun Club. Een paradijselijk kampeerterreintje midden in de rimboe, gelegen aan het Ohakuri stuwmeer, en alleen bereikbaar via een onverharde weg, op kilometers afstand van de bewoonde wereld. Zo paradijselijk, dat men ook de kledij daarmee in overeenstemming bracht - dat wil zeggen geen kledij.


Lake Ohakuri bij ochtendnevel


We waren eigenlijk op een hotsprings-tour - maar dan wel de natuurlijke hete bronnen, want zodra er een muurtje omheen staat en men het in z'n hoofd haalt er entree voor te vragen vinden we het niet meer leuk. Na het drukke Kerosene kreek in Rotorua leek het me aardig om wat afgelegen hete bronnen te exploreren, en op de site voor hotsprings van Nieuw Zeeland werden enkele afgelegen mooie bronnen beschreven in de buurt van Lake Ohakuri, "past the nudist colony". Dat klinkt natuurlijk interessant.


California Quail (Californische kwartel)


We zijn nog nooit zo betrokken ontvangen op een kampeerterrein. Iedereen was allervriendelijkst, probeerde je echt een welkomsgevoel te geven, en dat werkte goed. Daarnaast was het terrein ook prachtig. Het stikte van de half tamme kwartels die rondscharrelden op mooie omboste veldjes, en het strandje was ideaal voor de kinderen, compleet met vlot en hotpool.


het strandje




Behalve dat ging het ook om die hotspring in de buurt. Die bleek helemaal onze verwachtingen te overtreffen. Het bleek te gaan om een rivier (Akatarewa Stream) met water van een graad of 38. In de bovenloop waren wat poelen waar je in kon badderen, maar het spectaculairste was de kloof die verder stroomafwaarts begon in de vorm van twee hete watervallen helemaal omringd door rotsen. Als je de rivier dan verder volgde kwam je op een stuk van een meter of 80 lang waarbij de rivier door een heel erg nauwe kloof stroomde. De rotswanden lagen nog geen halve meter uit elkaar, en je moest tot je nek toe door het warme water tussen de beide wanden door schuifelen. Uiteindelijk kwam deze kloof uit in het stuwmeer.


de hete watervallen



erg smalle kloof





Ibrich vindt de kloof ook leuk



Midden in de nacht lag ik nog samen met Paula en twee kiwi's in de hotpool aan het strand naar de sterren te kijken. Van de beide kiwi's hoorden we opnieuw dat dit de beste plek van Nieuw Zeeland was. Orion hing op de kop, en de melkweg was heel duidelijk te zien, omdat er in de verste verte geen lichtvervuiling te bekennen was. Over het meer klonk het geroep van de morepork. En dan ben je toch wel erg geneigd om te gaan geloven dat dit inderdaad de beste plek van Nieuw Zeeland is.


We komen hier zeker nog eens terug.