zondag 21 augustus 2011

De oogst is rijp

Eerder al hadden we bericht over de pompelmoenenoogst. Destijds hebben we daarvan het staartje meegekregen; het grootste deel lag bij onze aankomst al aangevreten en rottend op de grond.

Dit jaar is dat beter: nu in augustus, eind van de winter, hangt de boom afgeladen, en hebben we de eerste emmers binnen. Ibrich en ik gingen onlangs de boom in, elk met een touw en een emmer. Dat is een mooi samenwerkingsverband: Ibi kan vanwege haar geringe gewicht de dunste takken doen en ik doe de grotere. Ze zit wel gezekerd met een touw, want we hoeven natuurlijk niet nog een gebroken pootje in dit huishouden.

Niemand weet natuurlijk wat een pompelmoen is, dus daarom maar wat uitleg. Eigenlijk bestaat dat woord helemaal niet - de echte naam is pompelmoes.

Het gaat om de vrucht die in de wetenschap Citrus paradisi genoemd wordt, en die de meeste mensen zullen kennen als - vooruit dan maar, daar gaat-ie, vergeef me, dit doet even pijn... de grapefruit.
Zo dat is er uit. Ik haat dit woord namelijk, het is een van de spuuglelijkste woorden uit de "Nederlandse" taal, en daarom weiger ik pertinent het te gebruiken. Niet alleen is het oerlelijk engels, maar het slaat ook nog eens echt helemaal nergens op.

Volgens de belgen is de oernederlandse - of beter, oervlaamse - naam van deze vrucht pompelmoes. Ook de Franse naam is "pamplemousse" is van dit Nederlandse woord afgeleid, net als de Duitse trouwens. Volgens veel Nederlanse bronnen echter is pompelmoes synoniem voor pomelo (Citrus grandis = C. maxima = C. decumana), een soort met grotere vruchten, en dus niet synoniem voor dat lelijke woord dat ik niet wil gebruiken. Weer anderen beweren dat de pomelo een kruising is tussen pompelmoes en mijn pompelmoen, en dus niet synoniem voor pompelmoes. De verwarring is dus enorm.

Omdat het woord pompelmoes dus verwijst naar verschillende soorten vruchten heb ik er maar pompelmoen van gemaakt. Dat schept tenminste duidelijkheid.

Hoe het ook zij, de vrucht is waarschijnlijk in de 19e eeuw ontstaan in het Caraibisch gebied als een kruising tussen de Citrus grandis en de sinaasappel. Het bevat veel vitamine C en antioxidanten.
Veel mensen moeten echter oppassen bij deze vrucht, want er is interactie met een flink aantal medicijnen. Dat komt omdat het stofje, 6,7-dihydroxybergamottin (DHB), door dezelfde receptoren in de lever afgebroken wordt. Daardoor kunnen die medicijnen dus niet of verminderd afgebroken worden, waardoor in wezen de concentratie in het bloed veel hoger wordt dan bedoeld. In wezen krijg je dan een overdosis medicijn dankzij de pompelmoen. Dit effect is specifiek voor pompelmoen - bij andere citrusvruchten treedt het niet op.

Op sommige websites staat er dan weer doodleuk bij dat er altijd alternatieve medicijnen voor handen zijn waarbij dit effect niet optreedt. Het aloude fabeltje dat alternatief geen bijwerkingen zou hebben. Ik begrijp nooit hoe mensen zoiets kunnen geloven. Los van het feit of je een medicijn "alternatief" noemt of niet: ofwel een medicijn werkt, en dan kan het dus bijwerkingen hebben. Ofwel een medicijn werkt niet - omdat er geen werkzame stof in zit, en dan heeft het dus ook geen bijwerkingen. De combinatie "wel werken, nooit bijwerking" is eenvoudigweg logischerwijze onmogelijk. Geloven dat een medicijn op geheimzinnige wijze zelf "weet" dat het alleen op de bedoelde plek aan moet grijpen en verder nergens anders is mijns inziens een vorm van "magisch denken", ofte wel bijgeloof. Maar goed, dat is een andere discussie.



Geen opmerkingen: