Terug naar de poel van de vorige keer, en deze keer nog wat meer foto's.
woensdag 27 juli 2022
zondag 24 juli 2022
Op Vakantie
Iemand wenste ons "nog een prettige vakantie".
Ik zat daar een beetje over na te denken. Ok, we zijn op een exotische locatie, ver weg uit ons "normale" bestaan, de dagelijkse sleur, maar toch voelt het niet echt als vakantie.
Wat maakt het dan anders? Misschien het gegeven dat we ons, in die 2,5 maand zoveel mogelijk proberen in te passen in het dagelijks leven hier? Een structuur te creeren met activiteiten, kennissen en vrienden. En Rinke werkt gewoon door voor zijn baan in Nederland. (dit keer niet veel anders met een tijdsverschil van maar twee uur).
Toch is het natuurlijk ook anders dan de andere keren (zoals in Brazilië, Mexico en nieuw Zeeland) toen we voor een wat langere periode naar een ander land gingen. Een tijdsbestek van ongeveer 11 weken is natuurlijk erg kort, je kunt op z'n hoogst wat snuffelen aan het leven hier, dus wat dat betreft zou je het ook wel een vakantie kunnen noemen. Maar toch voelt het anders. Maar wat is dan het verschil?
Misschien toch dat je meer je best doet om je te verbinden met het leven hier. Meer investeert in contacten, de taal probeert te leren, en iets van de lokale gebruiken op te vangen. Tegelijkertijd heb je te maken met het organiseren van de randvoorwaarden zoals huisvesting, vervoer, voeding, leuke activiteiten waar we aan kunnen deelnemen vinden, regelen en de materialen daarvoor. En dat is eigenlijk best intensief want in het begin ken je natuurlijk geen heg en steg. Extra lastig is dat het land hier een enorm relief heeft: dan zie je bijvoorbeeld al van ver iets liggen zoals een supermarkt op een berg, maar als je dichterbij komt, onderaan de berg is ie niet meer te zien en heb je geen idee welke kronkelige weg naar boven je moet nemen. Ook heb je in het begin te maken met allerlei dingen zoals een telefoon of internet die het om onverklaarbare redenen niet doen, winkels of supermarkten die pas om 12 am open gaan of dicht zijn voor de siesta en het donker dat tegen 18 en 18.30 snel invalt. Alhoewel het nu winter is hier met een maximum temperatuur overdag van zo'n 25 graden is het leven hier aangepast aan het tropisch klimaat. Dat betekent vroeg op, in de namiddag een pauze/ evt en siesta, en daarna verder. Maar ook niet tot heel laat. Want de meeste mensen lijken hier vrij vroeg al naar bed te gaan. En niet alleen zij maar ook wij liggen er rond 21.30 in, terwijl we wel rond dezelfde tijd als in Nederland opstaan.
Gisteravond waren we bijvoorbeeld naar het afsluitende feest van een festival. Er was een film, die begon om zes uur, en een concert, welke begon om acht uur, en vervolgens was het tegen half tien een aflopende zaak en begonnen mensen naar huis te gaan. En dat op een zaterdavond! Dat kun je je in Nederland haast niet voorstellen. En op de 14e juli, de nationale feestdag van Frankrijk was er aangekondigd dat er een feest met vuurwerk zou zijn om half acht bij het strand. Wij dachten dat we wel rustig aan konden doen, wij houden niet van vuurwerk, wilden alleen het feest een beetje zien en mensen arriveren toch altijd wat later.. Maar niet dus. Toen wij de auto (een heel eind verderop) hadden weten te parkeren, en tegen kwart over acht aankwamen gingen grote groepen mensen alweer huiswaarts.
Maar weer even terug naar het onderwerp van dit stukje: Anders misschien ook is dat ons leven in Nederland nu ver weg lijkt. Het voelt alsof we ook net zo goed hier een jaar of langer kunnen blijven. We wonen nu hier. De realiteit van alle dag is nu hier. Als je op vakantie bent is het meestal toch een kortere periode en dan ligt het aftellen tot het huiswaarts gaan toch wat meer aan de oppervlakte van je bewustwijn.
Maar goed. Met afscheid nemen zijn ze nu voorlopig nog niet bezig. Maar des te meer met opstarten van ons leven hier. Voor wat betreft activiteiten gaan Ibi en ik nu voorlopig elke woensdag naar een cursus vlechten met palmbladeren (gisteren was de eerste keer) en elke zaterdag naar een keramiek atelier. Verder heeft Ibi vandaag een eerste duik, maakt Rinke regelmatig een lekkere wandeling en bezoeken we af en toe iets toeristisch zoals vorige week Kelonia, een soort opvang a la Pieterburen maar dan voor schildpadden. Wat een schitterende beesten. Groot ook! Het schijnt dat er maar twee schildpadden eieren leggen op Reunion, en dat er ook een poos geen schildpadden hier meer kwamen, door verstoring van hun habitat door mensen. Dat er toch weer twee schildpadden hier jaarlijks eieren komen leggen is dus een triomf en ook heel bijzonder want schildpadden zijn heel honkvast qua locatie.
vrijdag 22 juli 2022
Weer een mislukte wandeling, maar deze keer goed mislukt
Ingeborg en Ibrich waren vandaag bezig met artistieke workshops, en ik moest om 's ochtends 8 uur met een zieke kip naar de dierenarts onderaan de straat. Gelukkig was dat laatste op loopafstand. Maar toen ik terug kwam met kip en medicijnen, waren Ingeborg en Ibrich dus al naar hun afspraak met de auto, en de afstanden hier zijn meestal ook niet beloopbaar of befietsbaar.
Maar geen nood, het bleek dat het openbaar vervoer best goed is. In Frankrijk zelf is het waardeloos, maar hier was ik aangenaam verrast door de kwaliteit, prijs en frequentie.
We wonen nu dus voor een aantal weken in Piton St Leu, een plaatsje wat een paar kilometer bergopwaarts ligt van het havenstadje St Leu (alle steden zijn hier een of andere Sint). St Leu stelt niet zo heel veel voor, maar toch is het busnetwerk best goed.
Ik had al eerder het vage plan ontwikkeld om Grand Ravine (het grote ravijn) stroomopwaarts te gaan verkennen. Dat is een enorme brede en diepe kloof die in deze tijd van het jaar vrijwel geheel droog staat, en waar we al een aantal keren via een viaduct overheen gekomen zijn op weg naar Sint Paul, een stukje verderop.
Al snel had ik een website gevonden met het netwerk van bussen, en zowaar er liep een buslijn direct van Piton St Leu, door Sint Leu, linea recta naar het viaduct van de kustweg over Grand Ravine. De bushalte was 10 minuten lopen, en de bus deed 25 minuten over zo'n 15 km rijden, en dat voor 2 euro. En hij ging ongeveer eens in het uur - OK, dat is geen Nederland, maar voor franse begrippen is dat geweldig.
Het pad wat ik zou volgen, Grand Ravine in, bestaat dus niet. Ik weet het, ik had me voorgenomen hier niet meer te bushwhacken, maar een ravijn volgen (zeker als dat een 'Grand' ravijn is) is nog wat anders dan zomaar door de bush gaan, dus het leek me wel te doen. Zo'n droge rivier is toch voornamelijk van steen tot steen hoppen, en dat gaat prima. Volgens opnieuw de bushwhackers van Randopitons was de voorgenomen route slechts "dificil" ( en dus niet "tres dificil" wat ze ook veelvuldig hebben), en kon je vanaf de kust tot 3 km landinwaarts komen in anderhalf uur tijd, tot onderaan de eerste waterval.
Die bustocht ging dus voorspoedig, en ik had besloten een halte later dan Grand Ravine uit te stappen, om nog een stukje kust mee te pakken bij de tocht. Alleen hier ging het dus opnieuw mis, maar nu goed mis, met nadruk op "goed". Dat stukje kust wat ik mee zou pakken, lag achter een enorm stuk bouwterrein waar niemand op mag, en waar voornamelijk hopen stenen en graafmachines staan, maar waar meestal geen activiteit is. Tussen dit bouwterrein en de kust is dan ook nog een flinke wabi-bosschage. Die wabi, die kennen we nog van onze tijd in Curacao - daar stond het er vol mee. Het is een struik die het grootste deel van het jaar compleet kaal is, die hoogstens drie meter hoog wordt, en die veel vertakte takken heeft met enorme lange doorns er aan. Een van die doorns had ik bij mijn eerdere bushwhack-avonturen al uit mijn been geplukt - het was er eentje van 3 cm lang.
Al met al was dat stukje kust vanaf de weg slecht bereikbaar, terwijl het werkelijk prachtig was. Een smal paadje voer tussen de wabi's en de afgrond door, kronkelig over de bovenkant van de kliffen. Ergens halverwege lag een verscholen paradijsje: grote diepe rotspoelen waar je alleen met flink omlopen kon komen, en die slechts af en toe door een grote golf van water voorzien werden. De diepste poel kon je net niet staan, en zat vol met de prachtigste koralen en vissen.
Je moet weten dat de oceaan hier erg moeilijk is, en bepaald niet tegenmoetkomend is richting toeristen. Stranden zijn er niet heel veel; het meeste is rotskust. Je kunt vrijwel nergens zwemmen; dit omdat elke poging tot zwemmen hoogstwaarschijnlijk zou eindigen in een bloederige tegen de rotsen gekwakte pulp. Voordat de golven hier woedend op de kust beuken hebben ze namelijk de hele Indische Oceaan over kunnen steken - duizenden kilometers aan ongehinderd niks maakt dat golven erg groot worden. Daarnaast stikt het hier van de gevaarlijke haaien, en vind je her en der langs de kust opgerichte kruisen voor haaienslachtoffers. Je kunt alleen de zee in op plekken waar er een koraalrif vlak voor de kust ligt, zodat er een beschutte lagune ontstaat. Die plekken zijn er wel, maar daar is het dan natuurlijk meteen ook smoordruk, en het snorkelen achter zo'n rif viel ons tot nu toe behoorlijk tegen. Je zag vooral kale zandbodem met stukken rots bezaaid met zeekomkommers, maar een fatsoenlijk stuk levend koraal had ik nog nergens gezien.
Totdat ik dus aangenaam verrast deze poelen tegen kwam.
Kortom: het was hier zo mooi dat ik er ben blijven steken, en geen tijd meer had om die Grand Ravine te gaan doen.
Ik had voor deze dag het plan gehad om te gaan "rockhoppen" door een opgedroogde rivierkloof, en had daarom niks aan snorkelmateriaal of zwemspul bij me, maar toch zo goed en kwaad als het gaat deze foto's kunnen maken. We zullen hier zeker terug komen.
woensdag 20 juli 2022
Hond uitlaten
Omdat foto's van heel banale gebeurtenissen en handelingen misschien nog wel de beste indruk geven van hoe we hier nu wonen, hier wat foto's van het uitlaten van de hond.
maandag 18 juli 2022
Starend in het niets
Nadat ik mijn voeten een paar dagen gegund had om te helen, en ik ondertussen de wonden gelikt had, besloot ik twee dagen geleden nog maar eens een wandeling te doen.
Probleem van dit eiland is de microklimaten. Je moet je voorstellen dat er links van ons een enorm continent ligt (Afrika), dat de hele dag door gigantisch aan het opwarmen is en behoort tot de heetste continenten van de wereld. De lucht boven dat continent is zinderend heet, en stijgt dus op. Vandaar dat er hier continu een stevige oostenwind staat: als de lucht boven Afrika steeds opwarmt en daardoor opstijgt, moet dus op grondniveau die lucht weer aangevuld worden, en dat heet wind.
Dit lucht komt vanover het grote niets van de Indische Oceaan aanzetten, heeft de hele tijd niets van weerstand ontmoet behalve wat golven van misschien een meter hoog, en dan is er ineens zo'n eiland van 3 km hoog. Voeg daarbij dat de vorm van het eiland ook nogal bizar is, met her en der diepe dalen en grote kuilen in het oppervlak, en je krijgt allerlei rare weerseffecten. Zo regent het hier aan de windkant van het eiland meer dan 20 x zo veel als aan de lijzijde. Regen is ook moeilijk te voorspellen.
Ik kwam aan bij de Maido, een deel van de rand van het Cirque de mefate (een van de in vorige post al benoemde caldera's), en zou naar de Grand Benare lopen, dat is de op een na hoogste piek van het eiland, en de grens tussen twee van die caldera's. De weersberichten voor mijn wandeling waren goed, maar helaas, ter plekke bleek dat het hele cirque de Mefate vol met wolken hing, als akelige damp boven een brouwsel in een soort heksenkookpot. Tijdens de tocht langs de rand van het cirque had ik nog af en toe wat uitzicht, maar veel stelde het niet voor. De wolken werden steeds brutaler, en kwamen steeds hoger, zodat ik het laatste stuk uiteindelijk in de mist liep.
Het was redelijk druk op het pad, maar op de top van le Grand Benare ben ik niet lang gebleven, ondanks alle mensen die het kennelijk spannend genoeg vonden om er wat langer te blijven en foto's te maken van een witte wolkenmuur van niks. Helaas begon het na 10 minuten afdaling te regenen, en dat bleef doorgaan tot ik terug was. Ik hou niet van lopen in de regen: alles wordt klam, en het pad wordt gevaarlijk, omdat de rotsen nat en glibberig worden. Gelukkig viel dat op dit pad mee. Een ander nadeel is vaak dat mijn eeuwige sandalen bij regen een nadeel worden: er komt een laagje water tussen voet en zool, en dat betekent dat je voeten in je schoenen gaan glijden. Toch niet zo leuk op een rotsig pad met een diepe afgrond naast je.
Nou ja, volgende wandeling hopelijk wel een succes, na twee wandelingen hier die wat minder leuk verliepen.
P.s.: nou we het toch over het weer hebben: het schijnt vandaag en morgen in NL over de dertig graden te worden, met records die potentieel oplopen tot 37 graden. Ik vind het wel jammer dat ik dat mis, want ik mag dat graag, lekker warm. In dit hele kalenderjaar heb ik geen temperaturen boven de 26 graden meegemaakt, en dat zal ook niet gebeuren. Hier is het vandaag erg winderig, en zo'n 21 graden. Het is hier winter; en de gemiddelde temperatuur ligt elke dag ergens tussen de 20 en 23 graden.
donderdag 14 juli 2022
Drie meter er naast...
Hier is het pad hoor, het is heel duidelijk te zien.
Nee hoor, hier is het pad, je loopt de hele tijd precies drie meter naast het pad.
Zo ging dat, met mijn ouders en broer op vakantie in Frankrijk, in mijn jonge jaren. Mijn vader bleef dan bij hoog en laag beweren dat er ergens een duidelijk pad liep, hetgeen hij volgde, terwijl de rest van het gezin allang het idee had dat we gewoon dwars door een oerwoud liepen en dat wat voor pad dan ook allang opgelost of overwoekerd was. Tegenwoordig weet ik van broer Ar dat dit hedentendage bushwhacken heet, en dat hij dat in Amerika regelmatig schijnt te doen.
Ik weet niet hoe heftig hij daar bushwackt, maar voor mij vandaag was het geen lolletje. Je zou kunnen zeggen dat ik opnieuw een meerdere gevonden heb.
Ik zou vandaag mijn eerste serieuze wandeling op dit eiland doen, in m'n eentje, want als ik continu op de rest moet wachten kom je nergens, en ik loop doorgaans toch twee keer zo snel. Nou is er een prachtige website waar alle sentiers van het eiland op staan, randopitons. De website heeft alleen een probleempje: de mensen die er achter zitten hebben soms nogal extreme ideeen over wat een pad is - net zoals mijn vader vroeger, maar dan nog twintig keer zo erg. Zo waren we laatst samen een korte wandeling aan het doen in het cirque de Cilaos, naar een waterval. Je stond dan aan de bovenzijde van deze waterval om stapje voor stapje naar een heel enge rand te schuifelen, om daar te zien hoe in een gruwelijke afgrond het water naar beneden stortte. Volgens randopitons was dat een pad, die "afdaling" naar beneden. Gelukkig stond er in de commentaren van gebruikers bij dat dat echt niet te doen was zonder klimmateriaal, maar dat een pad noemen was tekenend. Het was inderdaad totaal niet te doen.
Dat was een paar dagen geleden; nu dan zou ik een ander pad gaan volgen...
Het idee achter dit pad:
1. ga van de kust af de berg op met de auto.... Dit is al een hele onderneming. Afstanden op dit eiland zijn namelijk klein en groot. Klein, als je van stad X naar stad Y wilt. Stad X en stad Y liggen dan beide aan de kust, en de wegen zijn goed, en er is zelfs een snelweg het eiland rond, dus dat gaat lekker hard, en in drie kwartier ben je het halve eiland rond.
En de afstanden zijn groot, want als je in plaats daarvan in een lijn loodrecht op de kust reist, dan heb je te maken met hellingen van meer dan 100% (hemelsbreed), en wegen die enkel en alleen uit haarspeldbochten bestaan, en dan vaak ook nog zo breed zijn dat tegenliggers elkaar niet kunnen passeren.
2. ... tot de hoogst mogelijke plek waar je kunt komen met de auto... Voor het startpunt van de wandeling had ik een plek gekozen precies boven onze woonplaats de berg op, hemelsbreed nauwelijks 8 km verder. Daar doe je dan een uur en een kwartier over om er te komen, en het kost je meer dan 100 haarspeldbochten. Een deel van die tocht moet in de eerste versnelling van de auto, omdat het te steil is voor de twee.
3. ... vandaar lopend naar de rand.... Ingeborg zette me af op deze parkeerplek, en vandaar was het 3 uur en een kwartier lopen de berg verder op naar de rand. Dit eiland bestaat uit een enorme vulkaan van 3070 meter hoog. De bovenkant van die vulkaan is ooit ontploft, en wat er overbleef is vervolgens nog een paar honderd meter naar beneden gestort de magmakamer in - dit heet een caldera. Bij deze berg is dat niet met 1 krater gebeurd, maar met drie: je krijgt dan een enorme berg van 50 x 50 km in het rond, met in het midden drie kraters knus bij elkaar. Die kraters noemen ze hier cirques, en bestaan uit een gebied dat omringd is met voor honderden meters loodrecht oprijzende rotswanden. Soms is er naar één kant een opening in die kraterrand, om de magma van latere uitbarstingen weer door te laten.
Het doel van de tocht was dus te lopen naar deze kraterrand, naar de locale top die petite Benare heet.
4... en vandaar de rand een stuk volgend... Omdat langs dezelfde weg terug saai is, had ik besloten een stuk langs de rand te lopen, daar aan te sluiten op een ander pad, en zo terug te gaan. Deze route staat beschreven op de website van randopitons, le petit benare. Er stond wel bij dat het deels hors sentier was (buiten de officiele paden), maar ik dacht, ach, t is langs die rand bovenop, en daar staat niet zo veel bush. he
Nou dat heb ik geweten. Het grote probleem was: op de topo-kaart stond een zwart kronkelig lijntje aangegeven, volgens de legenda "autre chemin". Dat autre bleek in praktijk: niet vindbaar of niet bestaand. Dus moest ik op zeker moment toch van de al lastige rand weg, en dwars door de bush de bewoonde wereld zien te vinden. Af en toe wat geklauter van rotspartijen af was nog niet zozeer het probleem. Het grote probleem was de jeneverbes-achtige vegetatie met vele keiharde dode takken die overal tussendoor staken. Daarnaast nog de pokdalige lava-bodem: ik zette m'n voet een keer neer, en zakte ineens met dat been een halve meter verder omlaag, met lekker flinke schrammen over m'n scheen. Uiteindelijk zat ik helemaal klem in de bush. Wat ook niet hielp voor de gemoedsrust: een dikke wolkendeken die over het dal lag, en die af en toe een dreigende uitval deed richting de plek waar ik was, maar die gelukkig nooit zo hoog kwam. Volgens de kaart moest er een eind lager, evenwijdig aan de rand, een onverharde weg liggen. En volgens diezelfde kaart moest elke van de rivier-ravijntjes uiteindelijk die weg kruisen.
Dus heb ik mij naar de dichtsbijzijnde droge rivierkloof geworsteld, met vallen en opstaan, en deze kloof gevolgd. Af en toe moest ik om een droge waterval heenklauteren naar een niveau lager, maar deze droge rivier was uiteindelijk een stuk beter begaanbaar dan de bush daarboven. En ja, hoera! Eindelijk kwam de weg in zicht. Toen ik daar aankwam heb ik de grond gekust en omhelsd, voor zover dat laatste ging.
dit is de bush die gewhacked moest worden....
Maar toen was het dus al 16:00, exact de tijd dat ik met Ingeborg afgesproken had om me op te pikken op een parkeerplaats die ver beneden lag. Dus snel langs het normale pad weer naar beneden. Helaas lag Mick Jagger daar ook op de loer: een flinke kei rolde onder mijn voet weg precies toen ik daar op ging staan, waardoor ik die dag voor de zoveelste keer languit ging. Dus daarna toch maar iets minder snel naar beneden. Je moet op dit eiland trouwens echt opletten je tochten goed te plannen, want om 18 uur is het aardedonker... Maar gelukkig was ik ruim voor die tijd op de parkeerplaats, hoewel drie kwartier later dan gepland.
Wat ging er fout?
Omdat je van fouten moet leren even een leuk evaluatiemomentje hiervan gemaakt. Wat deed ik nou eigenlijk allemaal fout hier. Wel, achteraf bezien was het fout op fout op fout.
1) Slechte voorbereiding. Ik had de beschrijving op randopitons niet goed gelezen (want he, frans!). Daaruit bleek dat zij ook precies dezelfde rivierkloof volgden vanaf de rand, maar dan zonder eerst te zoeken naar een niet-bestaande weg, en daarbij veel te ver door te lopen, en dus ook weer terug te moeten door de bush.
2) Te lang doorgaan terwijl je eigenlijk al vindt dat het te ver gaat. Staand op de rand zag ik de bewuste rivierkloof een stukje beneden me, en ik dacht nog bij mezelf: dat kan ik natuurlijk ook volgen, dan kom ik vanzelf bij die weg hieronder. Ik besloot dat niet te doen, want door zo'n kloof is toch lastiger dan over zo'n weg, en je denkt steeds van he, nog even over dit topje, en dan zie ik die weg die ik wil nemen vanaf de rand vast liggen. Maar elke keer komt er dan weer een nieuw topje waarvan je denkt dat de te vinden weg daar net achter ligt.
3) Toen bleek dat het zinloos was om langer de rand te volgen op zoek naar een weg die niet bestond, had ik terug moeten gaan langs die rand, in plaats van dwars door de bush naar de rivierkloof. Het lijkt korter maar dat is het niet.
En zo kwam ik terug op de parkeerplek. Die doorn van 3 cm lang die helemaal onder de huid verdween had ik al verwijderd.
dinsdag 12 juli 2022
Nous avions acheté avions en Avignon...
..et apres nous pensions à notre pension dans notre pension....
Nou zo ver is het nog niet gelukkig, en een vliegtuig, laat staan meerdere denk ik nooit van m'n leven aan te zullen schaffen maar deze zinnen geven een beetje mijn geworstel met de franse taal weer waar ik mij momenteel in bevind.
Rinke babbelt een aardig stukje weg, maar ikzelf ben volkomen de weg kwijt met verleden, toekomstige tijd en andere grammatica. Dit is altijd al een probleem geweest, maar ja Spaans en Portugees lijken daarin nog al op elkaar, en bij Papiaments ging het ook automatisch maar Frans is toch net even anders.
Lezen gaat goed, verstaan gaat heel redelijk (als ze natuurlijk in een rustig tempo spreken) maar zelf iets zeggen...
Ondertussen hebben we het hier goed getroffen, aardige mensen die we via internet hebben leren kennen. Geweldig hoe dat zo kan, en op die manier ook gekomen aan goed onderdak, en een fijne auto die we de eerste 5 weken van ons verblijf hier mogen gebruiken.
Eerste indrukken: een prachtig zeer uitbundig groen vulkanisch eiland. Erg veel relief, woeste kusten, goed onderhouden, mensen over het algemeen welvarend, en heel behulpzaam en rustig. Mensen spreken hier het Creools, maar veel mensen spreken ook Frans. Het is een Frans overzees department dus alles is hier Frans en betalen gaat dus gewoon in euro's. Wel is alles hier duurder dan in Nederland. Logisch, het is een eiland. Omdat het op dit moment hier " winter' is, is het het droge seizoen. Ook is het relatief koel. Ongeveer 16 graden snachts en 23 overdag waar wij zitten, op ca 300 m hoogte. Op het strand zie je momenteel niet veel zwemmers, maar voor ons gewend aan Nederlandse temperaturen is het goed te doen.
De eerste 10 dagen hebben we gelogeerd bij Imane in Mont Vert bij St Pierre, moeder van twee dochters die voor de vakantie naar hun vader in Frankrijk gingen. Met haar was het gezellig en hebben we ook een leuk dagtochtje gemaakt en een aantal mooie plekjes op dit eiland bezocht. Vanaf 8 augustus komen we weer bij haar terug en dan blijven we bij haar tot ons vertrek op 18 Sept.
Nu zitten we voor 4 weken in het gezellige huis van Marion en Benoit, op een heuvel in Piton St Leu. Er zijn hier een aantal huisdieren. Paco een lieve maar zeer energieke hond, met verlatingsangst. Hij is al twee keer eerder gedumpt en loopt je nu de hele dag achterna en wordt erg baldadig als hij vindt dat hij niet genoeg aandacht krijgt.
Dan zijn er nog de Sushi en Zinette. De 3 kippen Paulette, Josette en Lady Gaga en Buzz de schildpad. De schildpad (maar liefst zo groot als een kleine sinaasappel) is in winterslaap en beweegt de hele dag niet. Toch was ze ineens verdwenen! Ik keek al argwanend naar Paco, maar blijkbaar had Buzz toch even (geslaapwandeld) naar een plekje maar liefst 2,5 meter verderop.
Gisteren hebben we voor het eerst Coralie bezocht ook een heel leuke vrouw waar Ibi en ik wat creatieve dingen mee gaan doen. Met haar hebben we (Rinke en ik dan) ook een paar heel leuke plekjes bezocht. ( Ibi bleef onderwijl liever in een hangstoel op haar veranda hangen).
Ook is er nog Sandrine, die nu voor een maand in Frankrijk zit, dan even terugkomt en vervolgens met haar man en tweelingszoons (16) gaat verhuizen naar Andorra. Haar dochter van 18 begint dit jaar aan een studie farmacie in Belgie. Met Sandrine hadden we een picknick aan het strand van Bassin Bleu aan de cote sauvage. Zij had creools voor ons gekookt, en wij zouden een workshop zeefdrukken geven. Helaas liep het zeefdrukken niet helemaal goed, want de lichtgevoelige emulsie was te hard geworden, en er stond ook wat veel wind, maar toch was het gezellig. Er waren daar aan het strand bij de picknicktafels (overal op dit eiland staan picknicktafels) erg veel honden. Straathonden, maar ook andere schooiers zoals de hond van de ouders van Sandrine die elke dag 2 km naar het strand loopt om daar te gaan schooien en in de avond weer terug naar huis gaat voor het diner.