Ingeborg en Ibrich waren vandaag bezig met artistieke workshops, en ik moest om 's ochtends 8 uur met een zieke kip naar de dierenarts onderaan de straat. Gelukkig was dat laatste op loopafstand. Maar toen ik terug kwam met kip en medicijnen, waren Ingeborg en Ibrich dus al naar hun afspraak met de auto, en de afstanden hier zijn meestal ook niet beloopbaar of befietsbaar.
Maar geen nood, het bleek dat het openbaar vervoer best goed is. In Frankrijk zelf is het waardeloos, maar hier was ik aangenaam verrast door de kwaliteit, prijs en frequentie.
We wonen nu dus voor een aantal weken in Piton St Leu, een plaatsje wat een paar kilometer bergopwaarts ligt van het havenstadje St Leu (alle steden zijn hier een of andere Sint). St Leu stelt niet zo heel veel voor, maar toch is het busnetwerk best goed.
Ik had al eerder het vage plan ontwikkeld om Grand Ravine (het grote ravijn) stroomopwaarts te gaan verkennen. Dat is een enorme brede en diepe kloof die in deze tijd van het jaar vrijwel geheel droog staat, en waar we al een aantal keren via een viaduct overheen gekomen zijn op weg naar Sint Paul, een stukje verderop.
Al snel had ik een website gevonden met het netwerk van bussen, en zowaar er liep een buslijn direct van Piton St Leu, door Sint Leu, linea recta naar het viaduct van de kustweg over Grand Ravine. De bushalte was 10 minuten lopen, en de bus deed 25 minuten over zo'n 15 km rijden, en dat voor 2 euro. En hij ging ongeveer eens in het uur - OK, dat is geen Nederland, maar voor franse begrippen is dat geweldig.
Het pad wat ik zou volgen, Grand Ravine in, bestaat dus niet. Ik weet het, ik had me voorgenomen hier niet meer te bushwhacken, maar een ravijn volgen (zeker als dat een 'Grand' ravijn is) is nog wat anders dan zomaar door de bush gaan, dus het leek me wel te doen. Zo'n droge rivier is toch voornamelijk van steen tot steen hoppen, en dat gaat prima. Volgens opnieuw de bushwhackers van Randopitons was de voorgenomen route slechts "dificil" ( en dus niet "tres dificil" wat ze ook veelvuldig hebben), en kon je vanaf de kust tot 3 km landinwaarts komen in anderhalf uur tijd, tot onderaan de eerste waterval.
Die bustocht ging dus voorspoedig, en ik had besloten een halte later dan Grand Ravine uit te stappen, om nog een stukje kust mee te pakken bij de tocht. Alleen hier ging het dus opnieuw mis, maar nu goed mis, met nadruk op "goed". Dat stukje kust wat ik mee zou pakken, lag achter een enorm stuk bouwterrein waar niemand op mag, en waar voornamelijk hopen stenen en graafmachines staan, maar waar meestal geen activiteit is. Tussen dit bouwterrein en de kust is dan ook nog een flinke wabi-bosschage. Die wabi, die kennen we nog van onze tijd in Curacao - daar stond het er vol mee. Het is een struik die het grootste deel van het jaar compleet kaal is, die hoogstens drie meter hoog wordt, en die veel vertakte takken heeft met enorme lange doorns er aan. Een van die doorns had ik bij mijn eerdere bushwhack-avonturen al uit mijn been geplukt - het was er eentje van 3 cm lang.
Al met al was dat stukje kust vanaf de weg slecht bereikbaar, terwijl het werkelijk prachtig was. Een smal paadje voer tussen de wabi's en de afgrond door, kronkelig over de bovenkant van de kliffen. Ergens halverwege lag een verscholen paradijsje: grote diepe rotspoelen waar je alleen met flink omlopen kon komen, en die slechts af en toe door een grote golf van water voorzien werden. De diepste poel kon je net niet staan, en zat vol met de prachtigste koralen en vissen.
Je moet weten dat de oceaan hier erg moeilijk is, en bepaald niet tegenmoetkomend is richting toeristen. Stranden zijn er niet heel veel; het meeste is rotskust. Je kunt vrijwel nergens zwemmen; dit omdat elke poging tot zwemmen hoogstwaarschijnlijk zou eindigen in een bloederige tegen de rotsen gekwakte pulp. Voordat de golven hier woedend op de kust beuken hebben ze namelijk de hele Indische Oceaan over kunnen steken - duizenden kilometers aan ongehinderd niks maakt dat golven erg groot worden. Daarnaast stikt het hier van de gevaarlijke haaien, en vind je her en der langs de kust opgerichte kruisen voor haaienslachtoffers. Je kunt alleen de zee in op plekken waar er een koraalrif vlak voor de kust ligt, zodat er een beschutte lagune ontstaat. Die plekken zijn er wel, maar daar is het dan natuurlijk meteen ook smoordruk, en het snorkelen achter zo'n rif viel ons tot nu toe behoorlijk tegen. Je zag vooral kale zandbodem met stukken rots bezaaid met zeekomkommers, maar een fatsoenlijk stuk levend koraal had ik nog nergens gezien.
Totdat ik dus aangenaam verrast deze poelen tegen kwam.
Kortom: het was hier zo mooi dat ik er ben blijven steken, en geen tijd meer had om die Grand Ravine te gaan doen.
Ik had voor deze dag het plan gehad om te gaan "rockhoppen" door een opgedroogde rivierkloof, en had daarom niks aan snorkelmateriaal of zwemspul bij me, maar toch zo goed en kwaad als het gaat deze foto's kunnen maken. We zullen hier zeker terug komen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten