maandag 8 november 2010

De vorm van de onderhandelingstafel

Gisterochtend zijn we fijn de hele ochtend bezig geweest met opvoedingsproblemen. Dat ging zo...

Ingeborg was er even niet, ik was even in de benedenkamer bezig met de computer, en de DVD waar de kinderen naar hadden zitten te kijken liep ten einde. Ineens klinkt er allemaal gegil en gekrijs van boven:
"Nee Jitse NEE Jitse NEE Jitse HOU OOOOOOOOPPP!".

Het is weer zover: ruzie.

Ik snelde naar boven, en vroeg de kinderen wat er aan de hand was.
Ibrich: "Jitse doet tetete tete tete teteeeeeh naar mij"
Jitse: "Dat is niet waar. Dat deed ik niet. Ik zong alleen maar het liedje van de film, en dat vond Ibi niet leuk en die begon te gillen."
Ibrich: "Wel waar jij deed zo naar mij."

Teteteteteeeeh slaat op de tong naar de ander uitsteken, en op een nare, dreinerige manier de ander na doen met als doel te treiteren. Een erg populair spelletje onder onze kinderen, en omdat het de spuigaten uitliep is er nu een zero-tolerance beleid voor teteteteteeeeh.

"Nou, ", zeg ik, "de een zegt het ene, en de andere zegt het andere. Iemand van jullie beiden zit dus te jokken. Wie is dat...? ".
Tegelijkertijd wijzen ze naar elkaar.
"Jitse" roept Ibrich.
"Ibi" roept Jitse.

Ik vraag het nog een keer. Hetzelfde resultaat. En nog eens; weer hetzelfde resultaat. Ik probeer het nog eens anders, door ze beiden te laten vertellen wat er nou precies gebeurde, maar geen resultaat, ze blijven beiden bij hun versie.

Ik besluit om rigoreuze maatregelen toe te passen. Ze gaan allebei voor straf naar hun kamer, totdat de waarheid aan het licht komt. Mokkend en kwaad verdwijnt elk naar de eigen kamer.

Normaliter wordt aangeraden om bij straffen een kind het aantal minuten van z'n leeftijd naar z'n kamer te sturen, maar omdat dat in dit geval helemaal niets oplost, besluit ik dat het maar zo lang moet duren als het duren moet. En dat blijkt dus een hele lange adem. Een half uur later, en verscheidene pogingen verder, zijn we nog helemaal niets opgeschoten en beweren ze nog steeds beiden dat de ander liegt. Ik besluit de poot deze keer echt goed stijf te houden, ondanks het feit dat we nog weg willen.
Weer een minuut of twintig later: ze zitten nog steeds beiden op hun kamer, en geen van beiden is bereid om ook maar een strobreed toe te geven. Ik suggereer Jitse, de oudste, dat ze maar met elkaar moeten gaan praten om gezamenlijk met een eenduidig verhaal naar buiten te komen. Hij pikt de suggestie op.

Er is een probleem echter: omdat ze straf hebben, moeten ze dus op hun kamer zitten, en mogen ze niet er uit, want dan is dat veel te leuk en is het geen straf. De onderhandelingen mogen dus alleen plaats vinden op een van de kamers van de kinderen.


Dit blijkt haast een onoverbrugbare barriere. Er worden over en weer troika's uitgezet om de andere partij te bewegen tot enig toegeven, maar helaas. Zodra Jitse een poging doet om de onderhandelingen met Ibrich te beginnen op haar kamer, start het gekrijs:
"Jitse, NIET OP MIJN KAMER. JE MAG NIET OP MIJN KAMER. GA WEEEEEGGGG VAN MIJN KAMER AF".

Ik maak duidelijk dat ze desnoods tot het eind van de dag voor straf op hun kamer blijven... nee, desnoods een hele week, en dat de straf pas voorbij is als ze samen met een eenduidig verhaal naar buiten komen. En daarvoor zal er toch echt met elkaar gepraat moeten worden.

Jitse is teleurgesteld. Hij wil best onderhandelen, maar mag niet Ibrichs kamer op. Ik suggereer dan dat het misschien een idee is om op zijn kamer te onderhandelen met Ibrich. Mokkend gaat hij accoord.
Ibrich ziet ondertussen kennelijk ook de noodzaak van onderhandelen met Jitse. Ze klopt uiteindelijk aan op Jitses kamer, en dan begint het weer van voren af aan, maar nu andersom:
"NIET OP MIJN KAMER. ZE MAG NIET OP MIJN KAMER. DAN ZIT ZE WEER OVERAL AAN, NU UIT MIJN KAMER."


De situatie lijkt hopeloos. Geen van beiden is bereid een draad toe te geven, en ik voel me alsof ik midden in de koude oorlog de ontwapeningsgesprekken tussen Rusland en Amerika moet leiden, terwijl het enige wat de beide partijen tot nog toe gedaan hebben is zitten te bakkeleien over de vorm van de onderhandelingstafel.

Met dit gedoe verstrijkt er weer drie kwartier. Uiteindelijk zijn ze zo ver dat Jitse op de kamer van Ibrich mag komen om daar te onderhandelen.
"Ehmm, waar moeten we het eigenlijk over hebben?" vraagt ze nog even van te voren.

Een kwartier later liggen ze schateren bij elkaar in het bedje van Ibrich. Maar er is nog steeds geen verhaal. Ik maak hen duidelijk dat dat toch echt moet, willen ze ooit van hun kamer af komen. Maar nu de sfeer eindelijk goed is, gaat dat ineens verrassend makkelijk. Ze onderhandelen nog even een paar minuten, en dan komt de aap uit de mouw: Ibrich was degene die zat te liegen, het bleek inderdaad dat de versie van Jitse de juiste was.

We voeren een ernstig gesprek met Ibrich: dat Jitse dankzij haar gejok heel lang voor straf op z'n kamer heeft gezeten, en dat hij eigenlijk onschuldig was. Ze kijkt schuldbewust. Eigenlijk zou ze nu voor straf nog een keer net zo lang op haar kamer moeten als Jitse er onschuldig gezeten heeft, zeg ik, maar omdat ze eindelijk de waarheid heeft verteld krijgt ze dat daarom kwijtgescholden.

Een kwartier later zitten ze beiden aan tafel huiswerk te maken. Ik ben even naar de WC, en... gegil, gekrijs.
"Jitse krast met zijn pen in mijn boek"
"Nee, ze krast zelf met die pen in haar boek om mij de schuld te geven..."

Ik snel naar de tafel. Er staat een dikke kras in Ibrichs boek, inderdaad in de kleur van Jitses pen. De schijn is tegen hem...
Beiden houden ze hun verhaal stug vol: de ander heeft het gedaan. Ik heb een zeer beklemmend gevoel van deja-vu, en ik zucht diep.

"Nou jongens, ik ben heel erg teleurgesteld. Nou zijn we vanochtend uren bezig geweest met een heel onbenullig dingetje waar een van jullie over zat te jokken, en het heeft heel veel pijn en moeite gekost om dat op te lossen, en nog geen kwartier later doen jullie precies het zelfde weer opnieuw."

Dat raakt eindelijk een snaar. Ibrich bekent schuldbewust: zij heeft Jitses pen gegrepen, een kras in haar eigen boek gezet, en begon daarna meteen te roepen om Jitse de schuld te geven.

Iedereen is nu heel erg boos op Ibrich. Maar denken dat de zaken nu opgelost zijn en afgehandeld kunnen worden blijkt een illusie.
Ingeborg vraagt Ibrich "Vertel mama nou eens, weet je nu waarom iedereen heel boos op je is?", en Ibrich weigert stug om hierop antwoord te geven, met als resultaat dat ze steeds weer terug naar haar kamer moet. Maar uiteindelijk, moegestreden, geeft ze helemaal toe, en wordt als oplossing bedacht dat Jitse één van haar knuffels mag uitzoeken om het goed te maken.

Wij, ouders, zijn ondertussen doodmoe maar uiteindelijk toch wel tevreden. Het was een lijdensweg, en heel veel gedoe om conflictjes die in eerste instantie maar heel onbenullig leken, maar uiteindelijk denk ik dat het toch goed is dat we de poot heel stijf gehouden hebben. Nou maar hopen dat Ibrich er echt iets van geleerd heeft.


En toen was het alweer drie uur 's middags... erg laat voor ons tripje naar de berg...

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Vervolgens natuurlijk weer gedoen over de knuffel die van eigenaar veranderd is.. zucht.
Ibi blijkt ineens het woord geven niet meer te snappen, en het te vervangen door het woord lenen.

Lang leve het kinderdagverblijf!

Toen ze daar vanmiddag vrolijk vandaan kwam hadden de leidsters haar daar ook al door. Ze hadden een rough day gehad zeiden ze...
De eerste dagen hadden ze wat medelijden met haar omdat ze nog geen Engels sprak, maar haar engels was met verbluffende snelheid toegenomen, maar haar begrip dat als alle kindertjes op de mat moesten gaan zitten voor een verhaaltje dat ook voor haar gold nog niet.
Dus ook op de peuterspeelzaal (want daar zit ze nu) zero tolerance...

Arme Ibbeltje...
But.When the going gets tough, the tough get going. And tough she is.
Onze kleine stoere meid.

Ingeborg

Anoniem zei

Ingeborg,
wanhoop niet. Deze kinderen worden sterke persoonlijkheden.
ik leef met je mee en voel wat je doormaakt.
hou vol, Liefs van ilse