woensdag 4 juni 2008

Een schitterende dag!

Deze blog is allang gestopt, maar we maken voor één keertje een uitzondering.

Afgelopen zondag vierden we het Gouden Huwelijk van mijn ouders. Het was een dag met een gouden randje en veel kleur. Echt een superdag! Veel enthousiaste, lachende gezichten, prachtige bloemen, en lieve kleine attenties. De locaties en het weer waren schitterend. Pap en mam hebben er van genoten! Het was echt hun dag, en ze zijn er nog niet over uitgepraat, hoe geweldig het wel niet was. Gisteren weer even alle foto's bekeken en alle cadeaubonnen. Mijn ouders zijn van plan om binnenkort nog een bonnenfeest te organiseren, omdat ze ze in hun eentje nooit opkunnen maken!



Van heinde en verre waren de mensen gekomen. Vrienden, familie. Sommigen hadden we al meer dan 10 jaar niet meer gezien, zo gaat dat soms. Maar als je elkaar dan weer ziet is het als vanouds. Sommigen hadden al jaren over elkaar gehoord, maar elkaar nog nooit ontmoet. Ze wisten grappige anecdotes over elkaar te vertellen.
tante Corrie, de oudste vriendin van mijn moeder vertelde een leuk verhaal over toen zij nog klein waren, en tante Lineke had een grappig lied gemaakt over mijn vader (daar is Menno met de waterpomptang). Het speelt nog door mijn hoofd.

Ook de huwelijksquiz waarbij mijn zus en ik ons hadden uitgedost in oude kleding uit mijn moeders klerenkast kreeg de mensen aan het lachen. Met sommige vragen (noem de volledige namen van alle kleinkinderen en de beide schoonzoons)had het publiek zelf ook moeite.


Na de receptie gingen we door voor het Chinese Buffet van Wu in het Stadsparkpaviljoen. Daar bleek dat de door ons gereserveerde serre te klein voor het aantal gasten. Zoveel mensen waren uiteindelijk spontaan toch nog mee gaan eten!

vrijdag 14 maart 2008

Bibberen in Bed (2)

We zijn weer terug!
We werden door Pa en Tette opgehaald van het vliegtuig, wat natuurlijk voor Jitse en Ibi één groot feest was. De gehele twee uur durende autorit bleven ze klaarwakker en kletsten aan één stuk door. De volgende dag gingen wij, met een groot stuk oude kaas en zonder de kinderen, door naar ons huis, om het te gaan herinrichten. Onze huurders waren er toen nog maar net één dag uit.. En werkelijk waar, ze hebben het keurig achtergelaten.
Bij binnenkomst bleek ons huis mooi versierd, met een slinger, een bloemenkrans, mooie tekeningen en verse bloemen! Dit door onze buurvrouw Sjitske, en haar "kleinzoon" Jason. Zij had de sleutels bekokstoofd bij mijn ouders, die daarvoor speciaal eerder naar de makelaar waren gegaan om ze op te halen en daar te brengen. Ook vonden wij in de koelkast een groot stuk superlekkere kaas, ditmaal afkomstig van míjn ouders....
Maar voordat we konden beginnen met ons werk, gingen we natuurlijk eerst nog even de nieuwe baby van Aukje en Basant bewonderen. Het kleine broertje van Rani dat zo lang op zich had laten wachten, (42 weken en drie minuten). Het was een zware bevalling geweest, maar nu waren ze gelukkig weer thuis waar je niet afhankelijk bent van de welwillendheid van verpleegsters, en niet vast hoeft te zitten aan allerlei slangen en toeters en bellen.
Ook was het eten thuis veel beter, want lekker indiaas! Dit aanbod konden wij natuurlijk niet afslaan zodat het behalve gezellig ook wat te laat werd om nog veel meubels te verslepen.

Inmiddels zit onze tweede volle dag in Nederland erop. Tussen de niesbuien van Rinke door (als je al je meubels een jaar lang in een klein kamertje stouwt worden ze toch wel wat stoffig )is het tijd voor onze eerste indrukken van Nederland.

Het is hier koud en guur en vochtig, en de bomen zijn nog kaal. En het ruikt hier anders dan in Brazilië. Hoe je het precies moet omschrijven weet ik niet. Misschien als de koele, kruidige geur van vochtig bos. Ook de geluiden zijn anders. Met name de overdaad aan zingende vogels (lente!) valt op. De koolmees hebben wij lang niet gehoord. De mensen zijn groot en wit, overwegend fors gebouwd en pafferig. Ze zijn dik ingepakt in warme jassen, handschoenen en mutsen. Desondanks vertonen ze een verbazingwekkende bijna acrobatische behendigheid als ze op de fiets tussen het verkeer doormanoevreren, met aan het stuur 2 boodschappentassen, en een kind achterop. In het straatbeeld zie je minder jeugdigen dan in Brazilie, en veel meer senioren. En het is natuurlijk vreemd om iedereen om je heen nederlands te horen praten.

Veel mensen kleden zich in donkere tinten. Zwart en donkerblauw zijn favoriet.
In de huizen en in het straatbeeld vallen op de overvloedigheid en de rijkdom. (Ik praat nu over onze reis vanaf Schiphol, en over de plaats waar wij wonen). De meeste auto's die je ziet zijn glanzend en nieuw. De wegen zijn uitstekend onderhouden. De tuintjes keurig. De huizen boordevolm geplemt met spullen (wij zijn daarin geen uitzondering). De winkeletalages zijn bijzonder rijk gevuld. De keuze aan producten in de supermarkt is bijzonder groot, en de kwaliteit ervan is schitterend.

Er wordt hier noest gebouwd en verbouwd. Ik ging vanmorgen eerst naar de apotheek, waar de dappere medewerkers tussen het geluid van zagende en borende bouwvakkers (compleet met bouwvakkersdecoletés) hun werk probeerden te doen. Als je het me in Brazilië had verteld had ik het niet geloofd! Vervolgens naar de natuurvoedingswinkel, waar ze tot mijn verbazing ook bezig bleken met een verbouwing. De winkel wordt twee keer zo groot! En op de terugweg kwam ik langs de huisarts, alwaar ook de hele boel op de schop lag, en werd verlicht door felle bouwlampen. Verder was er nog een hele nieuwe snelwegoprit, en voor ik het vergeet, onze vrienden Anneke en Martin hebben een nieuw schuurtje in hun tuin gezet. Schuurtje? Onze woning in Brazilië zou er 1,5 keer inpassen. Een kelder van 2.20 diep, en daar nog twee verdiepingen bovenop! Martin had eigenhandig aan de hele bouw meegewerkt, en heel veel zelf gedaan.Het is echt een heel mooi geworden.

En nog zoveel meer. Het is best wel een schok om hier weer te zijn. Het is spannend en leuk, maar tegelijkertijd ook heel onwerkelijk. Het is bijna niet te beseffen dat je eerst dáár was, en nu ineens hier..Op een heel andere plek in een heel ander leven. Alles zie je heel intens. Intenser zelfs dan als je het voor de eerste keer ziet, want bij alles dat je ziet moet het geverifieerd met het beeld dat in je geheugen ligt opgeslagen. Is dit nog het zelfde? Of is het veranderd? En iedere keer denk je weer mensen te herkennen. Want ze lijken allemaal een beetje op elkaar!

Nou. Mijn notebook zegt dat het 21.30 is, en dan is het dus half twee nederlands tijd. Hoogtijd om in bed te duiken. Ik hoopte nog dat Rinke het opzou warmen, maar die is van pure ellende in zijn donzen poolslaapzak tussen de narcissen op het balkon gaan slapen. Hij hoopt dat zijn slijmvliezen daardoor een beetje tot rust komen !

Nou, mij niet gezien. Gisternacht heb ik bijna niet geslapen. Behalve dat de jetlag niet meehielp, had ik het gewoon te koud. Zelfs ondanks trui sjaal en mijn nieuwe door Froukje gebreide sokken (!). Wat was het koud. Het leek wel Porto Alegre!

tshau!
Ingeborg

maandag 10 maart 2008

Gepakt

Alles ingepakt, klaar om naar het vliegveld te gaan. Een hoop spullen weggegeven, maar nog steeds ook een heleboel gewicht om te sjouwen.

En wat natuurlijk niet zo leuk is is afscheid nemen van mensen die je misschien wel nooit meer zult zien. Voor Porto Alegre hadden we dat al gedaan van Nida en Hilson, en hier moet dat nu van Margarida en Marcos, van Mattheus, Tiago en Christina, van Patricia, Martin, Penelope en Lotus, en natuurlijk van Thomas en Ana met wie we de laatste dagen heel leuk opgetrokken zijn, en die ons naar het vliegveld zullen brengen.

En ook van Ibi nemen we afscheid, want uiteindelijk heb je na een jaar zoveel spullen om weer mee te nemen, dat er voor Ibi geen plaats meer was. We hebben een mooi plekje voor haar gevonden in een rustig park, waar toch genoeg mensen langs zullen komen om zich over haar te ontfermen. Het riempje waarmee ze aan de boom vast zit is om te voorkomen dat ze rond gaat struinen en onder een auto loopt; de etens- en drinkbakjes waar ze mee zit te rommelen zijn voor het geval dat de eerstvolgende passant toch wat langer op zich laat wachten. Maar ik denk dat het wel goed komt, en dat ze daar niet al te lang zal hoeven te zitten. Voordeel is dat ze erg blond is, en dat vinden mensen hier mooi, dus ze zullen haar graag opnemen. En ze spreekt net zo goed Portugees als Nederlands, dus dat mag ook al geen beletsel zijn.

Hoewel ze het natuurlijk niet zullen en kunnen lezen, wens ik de mensen die zich over haar zullen ontfermen veel sterkte.

zondag 9 maart 2008

Afstandsbediening

In de serie "markante opmerkingen van Jitse" tekenden we het volgende gesprek op: nr 23: "de Afstandsbediening".

Jitse wil weten hoe je dood kan gaan. Ik vind het maar een rare vraag, en vraag hem wat hij nou precies bedoelt.

Jitse: "Nou, op wat voor verschillende manieren kan je dood gaan?"

Rinke: "Dat hangt er maar van af hoe je dood gaat. Als je van een heel hoog gebouw springt knal je heel hard op de grond, en dan ga je daardoor dood. Als je hoofd er af gehakt wordt, dan ga je dood omdat je geen hoofd meer hebt."

J (lachend): "He?? Kun je dan niet meer met lopen als je geen hoofd meer hebt?"

R: "Nee, dan kan je helemaal niks meer. Niet meer lopen, niet meer kijken, niet meer met je armen zwaaien, niks meer."

J: "Waarom niet dan?"

R: "Nou, omdat vanuit je hoofd alles bestuurd wordt. Als je armen bewegen, doen ze dat omdat jouw hoofd zegt: En nu gaan jullie bewegen, armen. Zonder dat kunnen je armen niet bewegen."

J: "Huh, en je benen ook niet?"

R: "Helemaal niks, je armen je benen, alles wordt bestuurd vanuit je hoofd."

Ineens gaat hem een licht op.

J: "Oooooh, als een bestuurbaarde auto. En dan is je hoofd de afstandsbediening. "

zaterdag 8 maart 2008

Patette Tatamindoe - een mysterie opgelost

Toen we een paar weken geleden de berg op terug liepen na een bezoek aan praia Jeribucaçu, hief Ibi, die op mijn rug in haar rugzak zat, een nieuwe mantra aan die we nog niet eerder van haar gehoord hadden. Met zacht doch helder stemmetje sprak ze steeds duidelijk verstaanbaar de woordjes voor zich uit, keer op keer herhaald:

Patette Tatamindoe
Patette Tatamindoe
Patette Tatamindoe
Patette Tatamindoe
Patette Tatamindoe

Sindsdien is dit hier te huize gevoegd bij het standaard repertoire van Ibi-frases waarmee we regelmatig een enthousiaste conversatie met haar aangaan. Dat gaat dan zo:

Rinke: Ibi: BEKKO BEKKO BEKKO
Ibi: BEKKO BEKKO BEKKO
R: Pietjeba, Pietjeba, Pietjeba
Ibi: NEEE! BEKKO BEKKO BEKKO

Om dat na een tijdje toch maar te laten volgen door Pietjeba pietjeba pietjeba.

Sinds die dag is dus ook Tatamindoe aan dit repertoire toegevoegd, altijd voorafgegaan door een aanduiding van een persoon. We weten niet wat het betekent. Ibi weet dat zelf waarschijnlijk ook niet (meer?), hoewel ze altijd wel heel stellig antwoord geeft.

Rinke: Ibi Tatamindoe?
Ibi: NEEE! Jisse tatamindoe?
Jitse: Ibi, mamma tatamindoe?
Ibi: Ja, mamma tatamindoe

Het mysterie is sinds kort echter opgehelderd. Jitse zat een DVD te bekijken die we al een tijdje niet meer gezien hadden, van de save-ums, z'n favoriete serie op televisie in Porto Alegre.

Een bezorgd eenogig, lichtgevend wormpje smeekte de save-ums via de videofoon om toch snel langs te komen, want ze hadden echt hulp nodig. Het blauwe visje met het gele gezicht van de save-ums stelde het wormpje gerust: Nao te preocupe, os save-ums ja ta vindu. (Maak je niet ongerust, de save-ums komen er al aan).

... ja ta vindu - snel uitgesproken, wordt... tatamindoe.

Grappig hoe zo'n zinnetje blijkbaar is blijven hangen bij Ibi, dan op een volstrekt gekke plaats en tijd ineens weer opduikt, en vervolgens een heel eigen leven gaat leiden.

We zijn nog steeds erg benieuwd wat Pietjeba nou eigenlijk betekent. Het was haar eerste echt duidelijk uitgesproken (en oneindig herhaalde) woordje

Stoer

Jitse heeft gisteravond gevochten in de kroeg, de Bar dos Banditos. Er loopt een aardige jaap over zijn neus naar rechtsonder richting zijn mondhoek, maar hij schijnt wel gewonnen te hebben. Hij beweert althans dat hij ze allemaal dood heeft gemaakt.

(zoals altijd: op foto klikken voor vergroting)

Zijn vader is trots op hem. Een waardig opvolger.

vrijdag 7 maart 2008

Nog 3 dagen

Onze laatste dagen hier in Brazilië. Tijd voor een korte balans.

Een paar dingen die we zullen missen:

  • het klimaat
  • de prachtige lokatie hier
  • de hartelijke open mensen
  • het adoreren van onze kindjes door iedereen, tot aan wildvreemden toe.


Wat dingen die we NIET zullen missen:

  • Internet dat 3 keer zo duur is als in Nederland, 4 keer zo traag als in Nederland, en 5 keer zo instabiel. Al met al is de prijs voor internet hier minstens een factor 15 duurder dan in Nederland.
  • apparaten, kabels, auto's, etc die om de haverklap stuk gaan wegens een combinatie van overal zeezout en zeewind en een volstrekt instabiel electriciteitsnet.
  • Wachten. Ingeborg heeft daar al genoeg over geschreven. Hoewel vriendelijk, zijn mensen volstrekt onverschillig en ronduit bot als je op een of andere manier van ze afhankelijk bent. Uren voor niks wachten is heel normaal, ook als dit heel makkelijk vermeden kan worden. Bij artsen hebben ze bij voorbeeld nog nooit gehoord van een afsprakensysteem - het is gewoon wie het eerst komt wie het eerst maalt, en dat is goed voor uren en uren wachten als je een dokter nodig hebt. Dit geldt voor tandartsen, docters, instanties, overheden, etc.
  • Eten. Het fruit is lekker, maar voor de rest is het vrij weinig keus en veel van het zelfde. Wij zijn er nogal op uitgekeken. En vegetarier hebben ze nog nooit van gehoord: als je iets zonder vlees vraagt komen ze aanzetten met ham of kip. Ik verkeerde altijd in de veronderstelling dat ham een specifiek soort vlees van een varken is, en kip vlees van een specifiek soort vogel, maar hier schijnt dat om mij duistere redenen anders te werken.
  • Muggen. Het is hier vergeven van die ***beesten.


Dingen waar we NIET naar uitzien in Nederland:

  • chagrijnige koppen op straat, in OV, in openbare gebouwen.
  • kou en rotweer.
  • overgereguleerdheid. Iets in mij verzet zich altijd uit alle macht tegen de wetenschap dat je in Nederland je eigen huis niet blauw mag verven als je dat goeddunkt.
  • Moeilijk doen. In Nederland moet je niet proberen om op een terras vanaf één en hetzelfde tafeltje een hapje van de ene tent te bestellen, en een drankje van de andere uitbater. Hier doen ze daar totaal niet moelijk over.
  • Materialisme. Het is onvoorstelbaar hoe weinig commercieel ze hier in de cabana bij voorbeeld zijn. Vergeleken met hier is de maatschappij in Nederland vergeven van de dikke materialistische geldwolven. Die totaal oncommerciële houding heeft natuurlijk z'n nadelen, maar veel charme heeft het ook.
  • En, wat mij betreft het akeligste aspect van Nederland tegenwoordig: de intolerantie en haatsfeer die er op dit moment heerst in het publieke debat in Nederland ten aanzien van buitenlanders. Dat valt vooral op als je zelf buitenlander bent in een ander land; ik ben blij dat ze in Brazilië wat dat aangaat lang niet zo ver afgegleden zijn als in Nederland.


Dingen waar we WEL naar uitzien in Nederland:

  • weerzien van familie en vrienden.
  • kaas.
  • De uitbundigheid van het voorjaar. Hier in Bahia zijn er geen seizoenen, dus ook geen losbarstend leven in het voorjaar.

donderdag 6 maart 2008

Het kabelspook

Mensen die mij een beetje kennen weten dat ik helemaal niets moet hebben van alles wat neigt naar paranormale verschijnselen, alternatieve geneeswijzen en andere kwesties waarbij er verondersteld wordt dat er "meer" is.

In Brazilië ligt dat natuurlijk anders. In dit land gelooft vrijwel iedereen wel in iets bizars als geesten, genezen op afstand, de kracht van gekleurde onderbroeken of andere onverklaarbaarheden. Nou doen ze daar eigenlijk niet werkelijk in onder voor de Nederlanders, want daar is meer dan de helft ietsist en gelooft in astrologie of homeopathie, of gelooft dat zij nou net wel die postcodeloterijhoofdprijs kunnen winnen.

Hier in Brazilië neemt dat echter andere vormen aan. Hier wordt je bij voorbeeld altijd gewaarschuwd als je alleen een paadje in de rimboe wilt verkennen - laatst ook toen ik met Martin op pad ging om die waterval da usina op te zoeken: niet doen, gevaarlijk.
Waarom dan?
Overvallen, zeggen ze dan, maar ik verdenk ze er van dat ze stiekem meer bang zijn voor de geesten die op zo'n paadje rondhangen, dan dat ze werkelijk geloven dat er rovers zijn die zo stom zijn om een wekenlang te gaan wachten langs een pad waar bijna nooit iemand komt. Het pad wat we laatst opliepen had een gastenboek, en daaruit bleek dat de vorige bezoekers drie maanden geleden waren geweest, en dat was dan nog met gids die de geesten kon verdrijven! Hoewel dat wel zou verklaren waarom ze geloven dat er geesten rondhangen bij zo'n paadje - dat zijn natuurlijk verhongerde rovers die tevergeefs wachtten op de volgende argeloze passant om te beroven.

Maar dat was toen. Want een land als Brazilië verandert je. Nu ben ik ook bijgelovig geworden. De oordoppenentiteit deed me al twijfelen, maar het kabelspook heeft me overtuigd: er is toch "meer", en één specifiek exemplaar van dat "meer" huist hier in en rond ons huis om ons plaagstootjes te geven.

De oordoppenentiteit sloeg een paar weken terug toe, ten tijde van mevrouw Dreun. Ik had mijn oordoppen in halfslaap onder het kussen gelegd, maar bij het ontwaken lag er nog maar één. De andere was spoorloos. Hele bed over de kop, alle beddegoed er uit (moest toch gewassen), maar... spoorloos.

Uiteindelijk tien keer de kamer afgezocht, tien keer alle beddegoed omgekeerd, niets te vinden. Ik werd er echt heel gefrustreerd van, vloekte en tierde.

Maar wat lag er pontificaal op de drempel van de slaapkamer, alsof het er neergelegd was, toen ik terug kwam van het doen van de was?? Juist.


Kun je dit nog afdoen als "niet goed gekeken misschien" (ik had wél goed gekeken), het kabelspook heeft me echt overtuigd. Het kabelspook sloeg gister en eergister toe. Er is één inkomende kabel voor internet. Dit wordt via een zogenaamde switch in tweeën verdeeld, zodat onze twee laptops aangesloten kunnen worden en ik kan werken en Ingeborg tegelijk met haar hobby (=internetten) bezig kan. Daarvoor hebben we twee kabels, een blauwe voor de ene, een grijze voor de andere computer.

De blauwe kabel was al een tijdje kapot. Dus die laten repareren. Ingeborg kwam er mee terug: Die man zei dat hij niet goed verbonden was, heeft twee draadjes omgedraaid, en nu moet hij het doen. Ik proberen: werkelijk helemaal niets doet het meer. De blauwe kabel doet het nog steeds niet, de grijze kabel doet het ook niet meer - terwijl hij het de hele dag gedaan had. Het enige wat nog werkt is de moederkabel die de switch in gaat, maar dat is lastig, want die steekt nog geen meter uit de muur, dus moet je vlak tegen de muur gaan zitten - en bovendien kun je niet meer tegelijk internetten, en ook niet meer bestanden van de ene naar de andere computer kopieren.

De volgende dag ging Ingeborg terug naar die winkel om alle kabels nog eens te laten controleren. Ondertussen vond het kabelspook dat we nog meer gepest moesten worden: ook de moederkabel die uit de muur komt deed het nu niet meer. Die komt bij de buren (Marcos en Margarida) het huis in. Marcos heeft drie maal achter elkaar gepoogd om alles daar opnieuw te connecteren, en elke keer werkte het welliefst een halve minuut, om daarna weer helemaal er mee op te houden. Hopeloos.

Ik zat me al te bedenken wat we nu verder moesten doen. De kabels allemaal op een hoop leggen, en dan drie maal linksom er om heen dansen, en vijf maal rechtsom? En dat dansen moet dan natuurlijk naakt, ingesmeerd met houtskool en rode aarde? Een vuurtje er bij stoken, wierook branden, en gezamelijk prevelen: "Kabelspook, verlaat onze kabels... Kabelspook, verlaat onze kabels"?? De kabels overgieten met een kruidenbrouwsel gestookt van inheemse planten gemengd met krabbenpoep en leguanentranen?

Maar toen lukte het Marcos blijkbaar, want ineens deed de moederkabel het weer. En vervolgens kwam Ingeborg thuis met onze eigen kabels: "De man heeft alles getest: die grijze doet het gewoon, en die blauwe was misschien kapot vlak bij het eind. Hij heeft er een stukje afgeknipt, en de plug er opnieuw aangezet.". Inderdaad deed de blauwe het weer. En de grijze ook weer.

Dat van die blauwe is prima logisch te verklaren. Dat die grijze het uit solidariteit met de blauwe ook een hele dag niet deed - terwijl er niets aan dat ding veranderd was, en het daarna tegelijk met die blauwe weer wel deed - is op geen enkele manier logisch te verklaren. Behalve dan door het kabelspook.

woensdag 5 maart 2008

bus verkocht

We hadden al zó vaak afscheid genomen van de bus, zo vaak de kinderzitjes en alles eruit gesloopt, de bus gewassen en er voor het laatst ermee gereden dat we er eigenlijk niet meer in geloofden. Maar nu kijk ik vanuit mijn hangmatje dan toch uit over een leeg plein en staat onze bus bij de autodealer. De sleutels zijn ingeleverd, het geld is ontvangen en over dik vier dagen stappen we op het vliegtuig naar Nederland...

Kopje onder


Op een dag ging ik met Jitse surfen. We doen dat de laatste tijd wel vaker, en hij vindt dat heel spannend en stoer. We hebben een stevig piepschuimen surfboard, wat ongeveer 1 meter lang is en 50 cm breed. Hij past er dus prima op.

Nou zijn de golven hier aan de kust af en toe wel wat ruig - rechtstreeks vanuit de atlantische oceaan rollen ze hier de kust op. Wat we dan doen is een stukje de zee in lopen, waarbij ik hem aan de lijn die aan de surfplank zit voorttrek. Als het me te ruig wordt met de branding en er een mooie golf aankomt, geef ik hem een duwtje mee, en surft hij zo vijftig, zestig meter mee op een golf, liggend op z'n plankje, met een rotgang naar het strand.

Die dag hadden we al een paar keer een mooie golf gehad, maar ineens kwam er een joekel van een golf aan die bijna twee maal zo hoog was als de normale golven van die dag, en die mij compleet over de kop sloeg. De lijn van de surfplank werd uit m'n handen gerukt. Toen ik even later weer boven kwam temidden van schuimend water, zag ik in de verte het lege surfplankje op de kop van de golf verder richting strand spoeden. Van Jitse geen spoor. Behalve dan het zwembandje dat van zijn arm afgerukt was en wat verloren wat achter de golf aan dobberde.

Verwilderd keek ik om me heen naar een spoor van Jitse. Gelukkig kwam hij tien seconden later weer boven, een meter of tien verderop. Met nog één zwembandje om zijn arm.

Hij zei heel nuchter: "Ik vond het wel wat eng, maar ik heb gewoon met mijn voetjes getrappeld totdat ik weer boven kwam."

En de volgende dag wilde hij gewoon enthousiast weer surfen.

De pofmais-tafels

Een paar weken geleden had ik Martin verteld dat als hij echt serieus wilde leren lezen, hij het beste kon beginnen met gewoon zichzelf te oefenen. "Begin nu eens met het lezen van alle uithangborden en opschriften op winkels om je heen",zei ik.

En zowaar, toen we hem afgelopen zaterdag oppikten uit de stad was hij hier mee begonnen en kon er haast niet meer mee stoppen. Alles liep hij uit te spellen toen we naar de bus liepen. Ook Jitse begon hierdoor enthousiast te worden, en want die herkent ook al ruim 20 letters, alhoewel hij er verder nog niet veel van begrijpt.
Ik heb Martin een flink compliment gegeven, want hij was al een heel stuk sneller dan voorheen.

Vervolgens heb ik vanmorgen ook een aanzetje gegeven voor het rekenen. Van getallen bakt hij namelijk ook niets. Hij heeft weinig benul van hoeveelheden, of een getal groter is of kleiner dan een ander. Hoe je iets uitrekent...
Dus eerst maar eens verteld over de tafels. En dat de eerste stap is om die helemaal uit je hoofd te leren. Met behulp van pofmaiskorrels (iedere keer 7 erbij leggen en verder tellen) heeft hij zelf de tafel van 7 opgeschreven. Dat tien keer zeven uitkomt op zeventig, en honderd keer zeven, zevenhonderd was voor hem een openbaring.

Of hij hier nu mee verder gaat? Ik denk dat het nog even moet sudderen. Dat hij het voordeel van kunnen rekenen nog moet beseffen. En voor hoé hij iets uit zijn hoofd kan leren is het denk ik ook nuttig om hem wat op weg te helpen met een paar methodes daarvoor.

maandag 3 maart 2008

vandaag!

Over het gedonder met de verkoop van de combi had ik al een week geleden een stukje geschreven, maar het was nog niet geplaatst.

Vervolgens was 'alles' in kannen en kruiken op dinsdag, kom ik bij de "vistoria" (die controleren of de auto wel dezelfde auto is als op de papieren staat), beginnen ze vervelend te doen over onze mooie kistbank.

"Er staat hier dat het een combi voor 9 personen betreft".
"Ja, op deze kist kunnen er drie zitten. Kijk maar, 2 kinderzitjes met gordels, en nog een derde gordel. Dan nog drie op de bank en drie voorin."
"Ja, maar deze kist is niet de originele bank. Je moet de originele bank erin zetten,anders is het illegaal."
"Ja maar op die bank wipten de kinderzitjes zo heen en weer dat het gevaarlijk was. De hoofdjes schudden zó heen en weer."
"Maakt niet uit, dan moet je maar even ergens een bank lenen, die erin zetten en dan hier weer terugkomen. Daarna kun je de kist weer terugzetten..."

Nadat dit alles was opgelost, toog ik de volgende ochtend vol verwachting naar de autodealer. De bus gewassen. De kinderzitjes er weer uit...

Maar ik kon weer gaan, want er bleek nog een papier te moeten komen. Op maandag..


Vandaag is het maandag. Vandaag zal dan dus eindelijk alles worden opgelost ...

Margarida vertelt mij dat zij al meer dan een jaar wachten op de aanleg van de waterleiding, dat haar tandarts na betaling voor haar nieuwe gebit bedacht dat hij meer kon verdienen met herbalife, zijn praktijk neerlegde, en dat zij naar haar geld (en behandeling) kon fluiten, en dat ze al meer dan 20 jaar wachten op de afronding van de zaak van de gemeentebus die tegen de vrachtwagen van haar ex-man was aangereden met de dood van zijn neef ten gevolge...

Ik begin hem wel een beetje te knijpen, of straks Rinke en de kindertjes alleen moeten terugvliegen, en ik mijn vlucht moet verzetten.

En nu begint Rinke ook nog over 11 maart, verhoogde aanslaggevoeligheid en Geert Wilders...

Zucht.

zaterdag 1 maart 2008

Paleontoloog in de dop

Jitse: Mensen worden geboren door hun pappa en mamma, en die pappa en mamma worden weer geboren door hun pappa en mamma. Maar hoe zijn die mensen geboren die helemaal daar voor waren, aan het begin? Hadden die geen pappa en mamma?

Ik vertel Jitse dat dat een hele slimme vraag is, en dat veel mensen zich dat net als hij al afgevraagd hebben. Ik vertel hem dat veel mensen geloven dat die eerste mensen door een grote meneer gemaakt zijn die ze "God" noemen, maar dat andere mensen bedacht hebben dat er eerst aapjes waren, en dat hun kindjes en de kindjes daarvan steeds meer op mensen gingen lijken. En dat er voor die mensen dus aapjes waren.

Jitse weer: Maar wat was er daarvoor dan? Waardoor werden die eerste aapjes dan geboren?

Ik leg hem uit dat er voor die aapjes ook weer dieren waren, en daarvoor ook weer, en daarvoor ook weer. Hij wil ook nog weten hoe het allereerste dier dan is "geboren", maar dat vind ik toch wel wat erg moeilijk worden om uit te leggen. Ik vertel hem dat mensen dat allemaal nog niet precies weten, maar dat hij als hij straks naar school gaat daar vast ook wel meer over te horen zal krijgen.

Vervolgens wil hij nog weten hoe de school dat allemaal weet, en ik vertel hem dus nog maar wat over mensen die dit helemaal uitgezocht hebben, en over fossielen.

Iedere ouder vindt z'n kind natuurlijk de geweldigste van de wereld, maar ik vind dit toch wel heel slimme vragen en heel diep doordenken voor een kind van nog geen vijf jaar oud. Ingeborg merkt nog op dat zij de vraag "hoe kan er iets ontstaan zijn uit niets" pas bedacht toen ze zestien was.

woensdag 27 februari 2008

wachten (op Godot)

Afgelopen vrijdag,was het zover. Ik zou de combi inleveren bij de autodealer die hem ging kopen, met hem naar de "Detran" (rijksdienst voor het wegverkeer) gaan en vervolgens naar de bank. Zo rond lunchtijd zou ik weer thuis zijn met een dikke stapel bankbiljetten. Maar helaas...

Hoe dat allemaal zit is een lang verhaal. De precieze details zal ik jullie besparen, maar feit is dat ik de hele vrijdag bezig geweest ben met wachten, en vandaag, maandag, dus weer.

Vandaag om tien uur had ik een afspraak bij de rijksdienst voor het wegverkeer en nadat om 11 uur de pief van afgelopen vrijdag 1 minuut naar onze auto gekeken had belde hij een volgende figuur die ook moest komen kijken. Hij zou voor de lunch nog langskomen dus of ik even een tempino (poosje) wilde wachten..
Ik mijn haakwerkje maar weer tevoorschijn gehaald...
Om 12.30 ik voelde de bui al hangen, kwam figuur met een telefoonnummer aanzetten dat ik na de lunch (dus na tweeen) maar even moest bellen.
Nu heb ik morgen weer een afspraak om half 9, terwijl we ook om half 10 bij de tandarts moeten zijn... De kindertandarts, dus gelukkig daar geen uren wachttijd ;-)
Maar of het allemaal nog goed komt voor ons vertrek op 10 maart???

De efficientie is over het algemeen ver te zoeken in dit land, waar de vlag getooid is met een spreuk getiteld "orde en vooruitgang".
Voor ons valt het niet te begrijpen. Men houdt totaal geen rekening met de tijd van een ander. Mensen laten wachten, en ergens voor nop heendirigeren geeft hen geen enkel ongemakkelijk gevoel. Als meneer A vorige week, toen ik voor zijn deur geparkeerd had een minuutje gekeken had, had hij toch meteen meneer B kunnen bellen, en iets kunnen afspreken voor vandaag? Dat had mij (en Rinke, die dus al die tijd niet aan zijn werk toekomt- onze kinderoppas doet een week stage in het ziekenhuis Haar broer zou het overnemen, maar kwam dus vanmorgen niet opdagen.) veel tijd kunnen besparen.
Maar zo denkt men hier niet.

Opvallend is dat de mensen hier het allemaal gelaten accepteren. Zo gaat het hier nu eenmaal. En zelf doen ze niet anders. Een afspraak is hier niets anders dan een 'intentie'. Zelfs als een ander daardoor in de problemen komt omdat er bijvoorbeeld een vliegtuig gehaald moet worden!

Maar gestreste mensen zie je hier weinig. Ik denk dat ze door de evolutie allemaal zijn uitgeselecteerd. Al vóór de voortplanting overleden aan een hartaanval...

dinsdag 26 februari 2008

een kind van 12 jaar.

Toen we afgelopen donderdag naar Ilhéus gingen om onze matras uit de bus naar de familie van Martin te brengen, troffen we hem alleen aan op het pleintje voor de kerk. We moesten de matras maar brengen bij een vriendin van zijn moeder, vertelde hij, want zijn moeder was weggegaan.
"Weggegaan?"
"Ja ze is voor 2 maanden weggegaan, naar Itacaré en heeft Lotus meegenomen."
"Waar slaap jij dan nu?"
"O, dan eens hier en dan eens daar."
Martin is een ster in ontwijkende antwoorden. Na een beetje doorvragen hoorden we dat zijn moeder na een ruzie met hem was weggegaan, en hem zijn paspoort had gegeven: "zoek het maar uit". Zijn zusje was bij de "tante" waarbij ze eigenlijk permanent verblijft, maar haar man wilde hem daar niet bij hebben. En bij de mensen waar hij en zijn moeder en broertje vaak verblijven, wilden ze hem alleen als zijn moeder er bij was. Martin is 12.

Tsja, en nu?

Hem voor de twee weken dat we hier nog zijn in huis nemen zagen we eigenlijk ook niet zitten. Martin is behoorlijk druk, en zit overal met zijn tengels aan (lees: sneuvelende aparaten). Bovendien ook was dat geen lange-termijnoplossing. Alhoewel ik niet dacht dat zijn moeder echt twee maanden zou wegblijven -waarschijnlijk wilde ze hem om de een of andere voor ons onbegrijpelijke reden, eens flink laten schrikken- was ik daar ook geen 100 procent gerust op.

Ik heb hem dus een telefoonkaart en ons telefoonnummer gegeven en het verder laten afhangen van de meer permanente vrienden en kennissen die hij hier in Ilhéus heeft. Ook als zijn moeder er wel is logeert hij immers regelmatig bij anderen. Ook verder kan hij zich uitstekend redden. Hij is gezegend met een gave om contact te leggen, doet zijn eigen was, en scharrelt zijn kostje meestal toch al zelf bij elkaar. Maar twee dagen later belde hij al wanneer hij kon komen.

Afgelopen zaterdag hebben we hem dus opgehaald, en op zondag hebben we (we hadden de bus immers nog) hebben we een uitstapje gemaakt naar Itacaré. Dit was ook waar zijn moeder ergens moest zijn, maar waar ze was wist hij niet, en haar zoeken wilde hij ook niet. We hebben de dag doorgebracht op een plekje waar we al eens eerder geweest waren. Rinke en Martin hebben samen nog een paar uurtjes door de Mangroven gestruind op zoek naar een waterval waar je eigenlijk alleen met gids heen mag. Jitse, Ibi en ik bleven bij de rivier, die bij eb in zee stroomde, en bij vloed landinwaarts werd gevuld door de zee. Het was een heel geslaagde dag.

Terug in Ilhéus gingen we een ijsje eten en daarna op zoek naar de tante waar zijn zusje woont. Ze was niet thuis, maar later kwamen we haar ook tegen. Ze was blij dat hij ook bij ons af en toe onderdak kon zijn. Ze zei ook erg van de situatie te balen, maar ook te denken dat Martins moeder wel snel weer zou verschijnen. Wat ook zo was, want even later kwamen we haar tegen op het plein.

Nadat aldus "alles" weer goed gekomen was, ging Martin met ons mee naar huis en viel al in de bus in slaap, zo moe was hij van de wandeling en de dag.

Hoe dit verder moet? Op een gegeven moment, en dat zal niet heel lang meer duren denk ik, zal Martin zijn eigen weg gaan. Hij weet niet anders. Zo is hij het gewend. Omdat hij intelligent is,een opgewekte natuur heeft,en gemakkelijk contacten legt, zal hij het wel redden. Als hij rond de 40 is zal hij denk ik nog maar weinig eigen tanden en kiezen hebben, doordat hij niet poetst, en alleen naar de tandarts gaat als er pijn is in combinatie met geld voor de tandarts. Maar ik denk dat hij nog wel goed terecht komt.

Maar hij is lang niet het enige kind dat op straat zwerft, en velen van hen zijn gedoemd tot een leven van diefstal, drugsmisbruik en uitbuiting.

zaterdag 23 februari 2008

vrolijke oudjes

Toen ik vanmorgen op weg ging om de combi over te dragen aan de koper (hetgeen nogal wat voeten in de aarde blijkt te hebben, maar dat is een ander verhaal) zag ik Margarida een
hele stapel tafels en stoelen neerzetten.



"Wat is hier aan de hand?" vroeg ik, denkende aan een uitgebreide schoonmaakoperatie.

"Heb je het nog niet gehoord?" zei ze, "Er komen hier straks 80 oudjes".

"80 oudjes? Denk je dat het veel lawaai wordt?"

"Ach nee, het zijn toch 'velhinas'"(= oudjes).

Maar toen ik vanmiddag onverrichterzake terugkwam van een hele dag bureaucratie omtrent de bus, was de hippe eigentijdse muziek al van verre te horen. Echter, inplaats van de rollende heupen en billen waar we gewend aan waren geraakt bij dit soort muziek, waren de velhinas en hun begeleidsters houterig bezig met soort combinatie van dans en ochtendgymnastiek.
Daarna werden de oudjes, slippers en sandalen in de hand, door het zand begeleid naar de zee. Voor een flink aantal van hen was dit de eerste keer (!). Ook het zwembad was voor velen een hele nieuwe belevenis. Tot wanhoop van Margarida spoelden ze er hun slippers in af, of gingen er met al hun zanderige kleding in, om dat vervolgens nog even goed uit te spoelen... Haar verzoek om dit niet te doen werd met koppige oostindische doofheid en/of oostindische alzheimer genegeerd.

In de patio waren hapjes en priklimonade, en er hing een groot spandoek van de (prefeitura) burgemeester en gemeenteraad van hun stad. Zij hadden deze reis mede mogelijk gemaakt. 's Avonds werden er met een beamer foto's vertoond van de akties die allemaal waren uitgevoerd om deze reis mogelijk te maken, onder andere van een modeshow waarop verschillende van de aanwezigen herkenbaar waren, en waarover veel gegiecheld werd. Ibi vond het geweldig, en onder het motto "film zien" maande ze mij tot zitten en kijken. Dit deed de ogen van de verzamelde velhinas menig keer van het scherm afdwalen. Af en toe hoorde ik iets als "que coisa mais linda" en "parece una bunceca". "Wat mooi, het lijkt wel een pop".

Ondertussen werd de prefeitura uitvoerig en met naam en toenaam bedankt. "Het was een prefeitura die al hun beloftes nakwam, en men moest hen herdenken bij het stemmen en in hun gebeden". Ook werd er een bijbeltekst voorgelezen die alle aanwezigen meemompelden, en daarna werden vertegenwoordigers van de verschillende kerken naar voren geroepen om elk iets namens hun aanhangers te zeggen. Naarmate de avond vorderde werd het steeds stichtelijker, en toen de gehele goegemeente psalmen begon te zingen (uiteraard vals) ben ik er tussenuitgeknepen. Met Ibi, wier oogjes inmiddels aardig klein waren geworden.

Naschrift: inmiddels is het de volgende dag, en hebben de oudjes het reuze naar hun zin in het zwembad. Wij hebben onze hele voorraad drijfmiddelen voor de kinderen aan hun geleend, en diverse tachtigjarigen drijven hiermee nu in het diepe.
Anderen lopen trots rond met een t-shirt van hun club genaamd de positieve aspecten van de 3-e leeftijd (tercer idade). En op de achterkant: "op elke leeftijd kun je feliz zijn" (= gelukkig).

Als ik ook op deze manier oud mag worden, dan teken ik ervoor!

donderdag 21 februari 2008

Capoeira aan het gouden meer

Daar gingen we weer, op weg naar Canaveiras en de gruta Lapao. Het was een flinke ruk van ruim 170 km, met een km of 10 daarvan over een onverharde kuilenweg.
Maar helaas. De gruta de Lapao kon alleen met gids bezocht worden, en de laatste 5 km ernaar toe was eigenlijk alleen geschikt voor auto's met vierwielaandrijving. En zeker niet voor een combi die nog onbeschadigd verkocht moet gaan worden. Dus dan maar op naar het lagoa Dourada, waar je leuk zou kunnen zwemmen, en ook een aardig wandelpaadje langs de rivier zou wezen.
Het lagoa Dourada (gouden meer) bleek een aardig klein zandafgravingspoeltje. Toen we eraan kwamen was het er nog rustig, maar naarmate de dag vorderde werd het er steeds drukker met plaatselijke jeugd en jonge gezinnetjes die de grootste lol hadden. Uiteraard vergezeld van het gedreun en gebonk uit de luidspeakers van diverse auto's elk op hun maximum vermogen, in een poging om het geluid van de competitie te overstemmen.

Reden te meer om ons maar eens aan de wandeling te gaan wagen, maar helaas, die bestond niet meer. Diverse stukken grond waar het pad overheen liep waren de laatste jaren in handen van andere eigenaren gekomen, die het hadden afgesloten.

Na nog een korte duik in het meer besloten we dan maar eens in kijkje in het geroemde Canaveiras te gaan nemen. Maar toen ik nog wat foto's stond te nemen wilde er ineens allerlei lui op de foto (zie je wel Rinke...) Vervolgens werden we door een stel zeer veerkrachtige jongelieden uitgenodigd om foto's te maken van hun capoeira oefeningen. Ze waren me al opgevallen omdat ze al een aantal uurtjes onvermoeibaar voor en achterwaartse salto's maaken, en haasje over 5 personen tegelijk speelden. Toen ik op de camera ook nog een filmfunctie ontdekte (wat een gepiel) was de pret helemaal compleet...

Hier zijn:
paulo, Alexandre, Sergio, Aldo,Sandra, en Paulo...


Paaseieren en onze bus.

Het is zover. De eerste paaseieren hangen alweer in de winkels. Het zijn reusachtige gevallen, omwikkeld met een royale lading spannend cellofaan. Grote delen van de plafonds van snoepwinkels en de grotere supermarkten zijn ermee behangen. De kleinsten zijn zo'n tien cm hoog. Goedkoop zijn ze niet. Men telt grif 30 reaal (ruim 10 euro) neer voor zo'n geval. En wat krijg je daarvoor? Een hol chocolade ei van zo'n 10 cm hoog met daarin een plastic niemendalletje van hetzelfde kaliber als de goedkopere surprise eieren bij ons in nederland.

Voor ons zijn ze een teken dat de klok nu echt helemaal rond is gegaan. Toen we vorig jaar aankwamen in Porto Alegre was het ook paaseieren tijd.

En ook verder begint het erop te lijken. De bus is verkocht, voor een zeer redelijk bedrag (maar 250 euro minder dan we hem destijds hebben aangeschaft). We hebben hem verkocht aan een autohandelaar. Nu hebben we ook wel het een en ander laten herstellen en andere kosten gehad, maar toch. Dat auto's en combi's hier in Ilhéus veel minder waard zouden zijn dan in Rio Grande do Sul hebben we niets van gemerkt.
Er schijnen veel autohandelaren vanuit RS naar Salvador te reizen om daar een auto te kopen, en deze dan met winst weer in RS te verkopen. Hilson, man van Nida heeft dat een tijd gedaan en het scheen erg lucratief te zijn.
Maar in ons geval was dat dus niet zo. Het was juist een pluspunt dat de bus uit RS kwam, omdat hij minder aangetast is door roest als een even oude bus hier. Iedereen vind hem er geweldig uitzien.
Wat ons verbaasde, is dat geen van de potentiele kopers de moeite nam om even onder de bus te gaan liggen of er zelfs maar even mee te rijden. Zelfs de motorklep hoefde niet open. Nou, zo zou ík nooit een auto kopen!

Dus toen ik vandaag nog even langs de dealer reed om door te spreken hoe ik de bus as vrijdag zal inleveren, was hij verbaasd te merken dat er maar een achterbank inzit, en dat de andere een kist is. Gelukkig had ik dat wel doorgesproken met zijn collega maar hij was er niet erg verheugd over.

zondag 17 februari 2008

Vader en zoon Nerd begrijpen elkaar

Ingeborg: Jitse, weet je hoe je het getal tien schijft?
Jitse: Ja, een één en dan een nul.
Ingeborg: En weet je ook hoe je het getal honderd schijft?

Dat wist Jitse niet, en duizend ook niet.

Rinke: Jitse, weet je ook hoe je het getal zeshondervierenvijftig biljoen tweehonderzevenentwintig miljard hondervierentwintig miljoen negenhonderelfduizen vijfhonderdzeventien schrijft?

Jitse: Ik weet het niet, Oh ja toch. Dat is eerst een zeven, dan een vier, nog een vier, en nog een vier, en een acht, en nog een acht, en nog een acht, en een vijf, en een vijf, en een vijf, en een drie, en een twee en een vier, en nog een vier en een twee, en een drie en een zes en een zes en een vier en nog een vier en nog een vier, en nog een vier en een twee ...

zondag 10 februari 2008

een leuke ontmoeting

Onze laatste weken in Ilhéus zijn aangebroken. Zolang we onze bus nog niet verkocht hebben proberen we nog zoveel mogelijk leuke uitstapjes te maken in de omgeving. Vandaag stond Canaveiras op het programma, en vlak daarbij een natuurpark met een grot. Om acht uur zaten we dus al in de bus, om met gezwinde spoed op weg te gaan.
Maar nog geen 12 km verder, in Olivença, zagen we langs de kant van de weg een "nieuwe", interessant ogende paderia en loncheria ((bakkerij en eethuisje). We stopten de bus en ik ging op onderzoek uit. In de bakkerij bleek van een jonge duitser, die samen met zijn braziliaanse vrouw volkorenbrood, sapjes en allerhande andere lekkere broodjes verkocht. Zoals croissants en baquettes. Dat is uniek voor deze omgeving, dus haalde ik snel Rinke en de kinderen.

Na een uurtje, waarin we nog met een stel uit Sao Paulo in gesprek raakten die een jaartje in Ilheus wilden komen wonen en onze pousada een interessante optie vonden, en een poging om onze bus aan de jongelui van de padaria te slijten (wie weet!) togen we weer op weg. Maar weer een km of 20 later, (bij de afslag naar Ecopark Una) kwamen we langs een klein kraampje waar ze chipjes, koekjes en blikjes fris verkochten. Eerder waren we daar met pa en tette ook al eens geweest. Ik was toen in gesprek geraakt met de vrouw achter de kraam die een hoedje ophad, gehaakt van plastic zakjes. Omdat de familie ondertussen zat te smelten in de bus, kon ik het ingewikkelde verhaal waar haar nichtje woonde die deze hoedjes haakte, toen niet opschrijven.

Dit keer werden we meteen hun huis binnengeloodst. Er was geen ontsnappen aan hun enthousiaste gastvrijheid. Alles moesten we zien. Hun zelfgebouwde huis (van bamboestokken en golfplaat, in meerdere kamertjes verdeeld door wanden van doek. De rivier, waar Amilton, de zoon zojuist een dikke vis gevangen had in een fuik , hun fruitbomen en de geneeskrachtige kruiden tegen reuma, hoesten en hoofdpijn. In acht jaar tijd hadden ze alles zelf opgebouwd op een stukje gekraakt land vlak naast de weg. Het was duidelijk dat deze mensen voor het grootste deel zelfvoorzienend waren, en in financieel opzicht maar een zeer marginaal inkomen hadden. Maar ze waren vrolijk en goed gevoed, de fruitbomen stonden er goed bij, en ze woonden op een mooie prettige plek.

De kinderen waren helemaal weg van de kippen met kuikentjes die overal rondscharrelden, en ook de poes, en de hondjes moesten natuurlijk flink geknuffeld worden. Uit een grote tank in de schaduw haalden ze het sap van de genipapovrucht, waar we meteen ook 2 liter van meekregen (aangelengd wel goed voor zo'n zes liter(!). De genipapo hadden ze eerder geperst met een grote houten pers van eigen makelij. Het is een sterk smakende vrucht. De smaak is het best te omschrijven als een soort fruitige petroleum. Met een boel suiker en water is het best te drinken al is het wel even wennen. Het plastic hoedje moest ik ook aannemen (vond ik natuurlijk geweldig!) en ook werden we overladen met avocados.

Omdat ik verder niets had om op onze beurt cadeau te geven, en geld geven niet gepast was, haalde ik de origami maar weer van stal. Van een nieuwe kalender (het enige papier dat ze in huis hadden) vouwde ik een grote bloem, een paar kikkers en een vliegende vogel.

Het was heel gezellig. Zij vonden ons al net zo exotisch als wij hen, en de tijd vloog voorbij. Het plan Canaveiras werd verlaten. Omdat Amilton iets op moest halen in Ilhéus, en daar zijn haar wilde laten knippen en nog wat zaken, kon hij mooi met ons meerijden, en ons dan ook zelf wijzen waar de nicht van de hoedjes en tasjes woonde. En (je bent dokter of je bent het niet) we konden we dan ook mooi meteen even langs de apotheek voor wat medicijnen. Amilton had een zeer heftige malassia furfur. Een opzichzelf onschuldige huidschimmel, maar erg ontsierend. En hun buurmeisje Leila had een fiks ontstoken wond aan haar been waar de kippen af en toe even in pikten).

Nadat we met Amilton nog ergens geluncht hadden, togen we naar de nicht (Gianni) die vlak bij ons om de hoek bleek te wonen samen met haar moeder en overgrootmoeder (die misschien maar een paar jaar ouder was dan mijn eigen ouders). Gianni bleek haar hele kamer behangen te hebben met tassen en hoedjes die ze fabriceert van Colalipjes, oude plastic zakjes en telefoonkaarten, en in reepjes geschuurde lapjes op een zeer kunstige en vaardige wijze. Ik heb er meteen drie gekocht. Een voor mijn zus, een voor Anneke, en een voor mezelf. En ik heb Gianni gevraagd om er nog eentje te maken, maar voor wie dat is nog een verrassing..

donderdag 7 februari 2008

Zelfkennis

Jitse: "Als ik groot ben gaan jullie dood."
Rinke: "Ja, want wij zijn veel ouder. Dus gaan we waarschijnlijk eerder dood. Dan heb je geen lieve pappa en mamma meer."
J: "Ja, maar ik ben dan al groot, en ik heb dan zelf misschien wel kindjes."

Even stil...

J: "Maar ik wil toch geen kindjes als ik groot ben, want die krijsen veel te veel."

dinsdag 5 februari 2008

Bij de kindertandarts

Bij de kindertandarts waar we geweest zijn ging het trouwens een stuk beter. Je zal er best wel eens moeten wachten, maar de afspraken zijn ruim ingepland. Beide keren dat we er waren was Jitse zelfs een beetje teleurgesteld dat we direct aan de beurt waren en dat hij niet kon spelen met de grote hoeveelheid verleidelijk speelgoed in de wachtkamer.
Ook in de behandelkamer was veel speelgoed voorhanden, en boven de behandelstoel hangt een TV. Helaas was de dvd speler kapot zodat er geen kinderfilm gekeken kon worden. Toch denk ik dat de aanwezigheid van de TV voor veel kinderen rustgevend werkt. Thuis staat dat ding immers ook de hele dag aan. Tenminste bij kinderen wiens ouders de tandarts kunnen betalen.
Gisteren vond dan eindelijk Jitses eerste echte behandeling plaats. Een stukje van een kiesje was afgebroken,door een gaatje dat tussen twee kiesjes was ontstaan. Ook de kies ernaast bleek grote caries te hebben. De twee kiesjes konden in een moeite door met dezelfde verdoving behandeld worden.
Het bezoek aan de tandarts was trouwens wel schrikken. Jitse blijkt 7 gaatjes te hebben! Dit was de onafhankelijke constatering van deze kindertandarts. Half december waren we ook al bij een tandarts geweest die het zonder ergens in te prikken of tegen te tikken al over vijf gaatjes had. Het lijkt wel of ze zich met de snelheid van het licht vermenigvuldigen. Iedere keer als hij zijn mond open doet zit er weer een gaatje bij. De tandarts noemde het ontstaan van caries een samenspel tussen erfelijke aanleg, poetsen en dieet. Aangezien wij de kinderen niet overladen met snoep of flessen melk mee naar bed geven, kunnen we ons dus alleen nog op het poetsen en flossen richten.
Maar drie keer per dag zoals de tandarts adviseert wekt aversie, omdat de tandpasta (ook de kindertandpasta ) prikt.

vrijdag 1 februari 2008

De kunst van het wachten

Het woord patient komt uit het latijn en heeft verwantschap met ons nederlandse woord "geduldig". In Brazilië noemt men, althans bij de tandarts, de patienten "cliëntes", maar daardoor wordt de noodzaak voor geduld helaas niet opgeheven. Integendeel. Hier in Brazilië is de kunst van het wachten tot grote hoogten geevolueerd. In volstrekt meditatieve (of vegetatieve?) staat betrekken de patienten 's morgens om half acht de wachtkamer. Daar zitten ze, zonder enig teken van lichamelijke of mentale activiteit gemiddeld zo'n twee uur. De televisie tettert op volle sterkte en sommigen kijken daar met een half oog naar maar de meesten staren stilletjes voor zich uit.
Behalve natuurlijk die ene gekke hollandse juffrouw die zich altijd zo vreselijk zit op te winden dat het gemiddeld twee uur duurt voordat ze aan de beurt is. En altijd wat te frunniken of te lezen bij zich heeft. En zit te rekenen "in de negen keer dat ik hier geweest ben ben ik twee keer voor niets geweest, en heb ik ongeveer 20 uur in de wachtkamer doorgebracht tegen maximaal 3 uur in behandeling".

dinsdag 29 januari 2008

Invoeling

Jitse: "Rinke, ik vind muggen stout, maar overdag vind ik ze ook wel lief hoor".

Aangezien het hier stikt van de muggen, met name 's nachts, vraag ik Jitse waarom hij de muggen ook wel lief vindt.

J: "Ik vind het wel zielig voor ze dat niemand ze lief vindt, dus dan vind ik ze wel lief. Maar alleen overdag."

Een dergelijk groot inlevingsvermogen vertoonde hij ook al een paar dagen geleden, toen hij een splinter in z'n teen had - wat overigens heel veel gekrijs opleverde bij tevergeefse pogingen die er uit te halen. Na afloop van dit avontuur, waarbij iedereen doodop was en Jitse alle pogingen om de splinter er uit te krijgen had laten mislukken met gespartel, geschop en ware doodskreten, verklaarde hij luchtig:

"Nou, ik vind het niet erg hoor dat de splinter er nog in zit. Ik vind het wel zielig voor de splinter dat niemand hem in z'n voetje of handje wil."

zondag 27 januari 2008

De avonturen van slungelmans in het land van de Opdondertjes: "gevloerd in de ijssalon"

Toen ik weer boven kwam met de servetjes, zag ik dat Ibrich opnieuw met haar lepeltje in een bakje halfgesmolten ijs aan het prikken was. Ter voorkoming van opnieuw enorme knoeipartijen riep ik alvast "Ibi, niet doen" en versnelde mijn pas naar het tafeltje. Dat zou ik echter niet bereiken; het volgende moment lag ik languit op de grond, m'n handen tegen het voorhoofd, te kermen van de pijn. Jitse keek onthutst toe, en ook Ibi nam geen hap meer van haar ijsje.

Toen ik in staat was om weer omhoog te kijken zag ik wat er gebeurt was. Het plafond - dat al nauwelijks hoog genoeg was - werd ondersteund door een 30 cm dikke en brede betonnen draagbalk, en daar was ik in volle vaart met m'n kop tegenop geknald. Jitse hoefde van de schrik zijn ijsje niet meer, dus dat kwam mooi uit, want die kon ik nu tegen de pijnlijke plek aanhouden. Toen ik tien minuten later in staat was om naar beneden te strompelen, kreeg ik ook nog een zak met ijsblokjes van het geschrokken personeel.

Bij het pleintje met de pula-pula zat ik half achterover op Ingeborg te wachten met een zak ijsblokjes op m'n hoofd geduwd, terwijl de kinderen zich gelukkig vermaakten op Thomas' springkussen.

Nu twee dagen later heb ik nog steeds koppijn en een flinke bult daar, en mogelijk een lichte hersenschudding - hoewel je daar officieel voor buiten westen moet zijn geweest (wat bij mij dus niet zo was). In elk geval sinds die tijd voornamelijk in bed doorgebracht met tamelijke koppijn; misschien dat het binnenkort beter gaat.

Natuurlijk is het een beetje onzin om de Brazilianen uit te maken voor "kleine opdondertjes"; het zijn juist wij Nederlanders die mondiaal gezien de extremen zijn: we zijn het langste volk van de wereld. En ja, met name in andere werelddelen kan dat wel eens lastig uitpakken - auw!

vrijdag 25 januari 2008

Computerperikelen

Brazilië is een land waar dingen enerzijds een stuk makkelijker gaan dan in Nederland - probeer in Nederland maar eens je huis blauw te verven als je daar op een dag zin in krijgt: gegarandeerd krijg je allemaal grote problemen met enge instanties als welstandscommissies, bevolkt door figuren die regelneukerij belangrijker vinden dan creativiteit en levendigheid. Het schijnt dat in Steenwijk zelfs een ecohuis afgebroken dient te worden omdat de eigenaar twee jaar te lang over de bouw ervan deed.

Anderzijds gaan in landen als Brazilië dingen een stuk moeilijker. Neem nou computers. Op Curaçao hadden we daar ook al dramatische ervaring mee. Nou gaat de ontwikkeling van die dingen heel rap en wordt de afschrijvingstijd steeds korter, maar drie computers er door jagen in de anderhalf jaar dat we daar zaten is nou niet bepaald bevorderlijk voor de productiviteit en efficientie - zeker als dat een landelijke trend lijkt te zijn. De combinatie van zout, wind, hitte en af en toe een fikse stroomstoot over het electriciteitsnet is doorgaans funest voor dergelijke apparatuur.

Ook hier was het spiksplinternieuwe laptopje dat ik dik twee maanden terug gekocht had ineens kaduuk. Internet wilde niet meer, met geen mogelijkheid. Na een dag lang wanhopig kabeltjes verwisselen, IP-adressen en gateway-instellingen in het wilde weg uitproberen, en internetfora afsneupen voor oplossingen, ging ik maar terug naar de winkel.

Om een lang verhaal kort te maken: het zou 5 dagen duren (die 7 dagen werden), toen nog 5 dagen, en toen nog 10 tot 20 dagen.

Eigenlijk heb ik goed de schurft aan laptop computers. Niet alleen zijn ze twee maal zo duur als een gewone computer met dezelfde kwaliteit/snelheid, maar het is ook bepaald niet ergonomisch verantwoord, en bovendien is het zo goed als onmogelijk om er zelf wat aan te klussen. Met een normale computer had je voor 20 euro een nieuw netkaartje gekocht, er zelf ingezet, en klaar was kees. Maar ja, dat past niet in zo'n dun ding, en omdat het ook nog eens geintegreerd zit in het moederbord moet werkelijk de hele zooi uit elkaar gehaald om dat moederbord te vervangen.

Maar een maand zonder werkcomputer, dat kon dus niet. Dus togen we maar met een drie man sterke delegatie (ik, Ingeborg, en Ronald, een Nederlander die hier ook in Ilhéus woont) naar de winkel om te bepleiten dat dit zo echt niet kon. Ik arme had me helemaal uitgegeven aan die computer, en had dat natuurlijk niet gedaan om vervolgens een maand zonder bron van inkomsten te zitten.

Zulk soort argumenten is een Braziliaan natuurlijk gevoelig voor, dus het koste niet zo veel overredingskracht om een computer in bruikleen los te krijgen tot die van mij klaar was. En nu zit ik die dan uit te pakken en te configureren: compleet nieuwe machine (geen laptop), met spiksplinternieuwe platte monitor, toetsenbord, muis en boxen.

Je kan zeggen wat je wil, maar de service is hier goed.

donderdag 24 januari 2008

Chaoshoofd

Het bericht onder deze link was al wel geschreven, maar per ongeluk nog niet geplaatst.

Omdat berichten met een oudere datum niet bovenaan komen, en dus het gevaar lopen aan ieders aandacht te ontsnappen, plaats ik dus maar even een linkje er naar toe.

woensdag 23 januari 2008

compartir

Zoals Remco Roest op zijn weblog al schreef (doorklikken via het stukje "borsten en billen",) weten Brazilianen altijd wel een reden te bedenken voor een feestje. Nadat wij Ibrich haar tweede verjaardag in stijl hadden gevierd, met taart voor iedereen die in de buurt was, werden wij een paar dagen later op onze beurt uitgenodigd voor de verjaardag van Laetitia. Al diverse keren die week hadden ze haar in het zwembad "cumpleanos feliz "toegezongen, misschien om al vast te oefenen? Waarschijnlijker gewoon omdat ze het leuk vonden. Het bleek dat de kleine meid 14 maanden was geworden. Toen wij een beetje verbaasd vertelden dat we in nederland maar 1 keer per jaar de verjaardag vierden, bleek dat in principe hier ook het geval. Maar omdat Laetitia, zwitserse vader en braziliaanse moeder, haar 1-e verjaardag in Zwitserland had gevierd, had daarbij de braziliaanse familie niet aanwezig kunnen zijn. Dus een goede reden om het nog eens te vieren en natuurlijk iedereen in de omgeving uit te nodigen.

Compartir "deelnemen" is het braziliaanse en het spaanse woord voor "delen". Wanneer je je in de buurt van een groep brazilianen of andere latino's bevindt, is het heel ongebruikelijk dat ze geen contact met je maken. Indien er iets gegeten of gedronken wordt, wordt je eigenlijk altijd wel iets aangeboden.

Ook is het heel gewoon, dat als je bijvoorbeeld op het strand zit, of in de bus, of eigenlijk overal (zeker als je met kinderen bent) mensen spontaan een gesprekje aanknopen. Nu heeft het er zeker mee te maken dat wij buitenlanders zijn, en dat dat de nieuwsgierigheid prikkelt, maar feit is dat mensen hier veel gemakkelijker contact leggen met iemand die ze niet kennen. Ze zijn gewoon minder gereserveerd, en ook minder verlegen dan wij Nederlanders.




Dat het in Nederland anders gaat, placht ik af en toe te vergeten. In Nederland is voor het eerst met iemand kennis maken vaak een subtiel spel van aantrekken, en zelf niet overdreven geinteresseerd lijken. Voorzichtig, en langzaam dichterbij komen. Anders schrik je mensen af. Een leuke annecdote is die van een bruiloft die wij ooit bezochten. Omdat wij niemand van de overige genodigden kenden, besloten wij aan een van de grootste tafeltjes te gaan zitten. Ik verwachtte dat er dan spoedig meer mensen zouden aanschuiven, waar we dan in gesprek mee zouden raken. Maar wat gebeurde er? Onze tafel bleef leeg. Wel bleven er mensen stoelen bij onze tafel weghalen, zodat wij uiteindelijk met zijn "drietjes" (Ibi zat nog in mijn buik) aan een enorme tafel zaten, en om ons heen een aantal groepen zich verdrongen rond véél te kleine tafeltjes.

Uiteindelijk werd het nog heel gezellig, maar eerst moest daarvoor het ijs gebroken worden door een kennismakingsspel geholpen door alcoholische versnaperingen.

Bij dit stukje had uitstekend een foto gepast van ons uitstapje van afgelopen weekend. Bij een strand, een eindje noordelijk van Ilhéus werden wij (zittend in een warme poel die zich in een rots had gevormd) getracteerd op koude priklimonade, en zelfgebakken cake. Rinke maakte een paar foto's, maar toen ik ze net bekeek, bleek dat op allemaal alleen ik en de kinderen te zien waren.
Behalve een paar ellebogen helemaal niets van de kleurrijke gastvrije familie en hun schattige kindjes in de leeftijd van Ibi en Jitse. Toen ik Rinke ernaar vroeg was zijn reactie: "maar ik weet helemaal niet of zij wel op de foto wilden! Ik vind het genant om iemand zomaar op de foto te zetten".

Maar zo voelt dat hier helemaal niet, tussen de vakantie vierende mensen. Als je een poosje leuk met iemand gebabbeld hebt, is het heel normaal om je camera of mobiele telefoon tevoorschijn te trekken en snel even een fotootje of een hele serie) te knippen. Kinderen van drie trekken al een heel gelikte "smile" uit de kast, zo getraind zijn ze erin. Ook wij worden te pas en te onpas gefotografeerd, waarbij Ibi de absolute favoriet is.

Toch nog te nederlands dus, die Rinke...

maandag 21 januari 2008

woelwater

Onze Ibi, die zo langzamerhand steeds meer op een echt klein meisje begint te lijken, compleet met bikinibovenstukje (af en toe dan...) is me er eentje. Zonder dat ze nu echt overdreven bewegelijk of onrustig is, houd ze er wel van om de grens op te zoeken. Als hobbies heeft ze fietsen, zwemmen, klimmen en dansen (en uit het raam zwaaien naar Mattheus).

Maar omdat het Ibi is vindt zij dat op de gewone manier te saai. Dus wil ze met de driewieler de trap af, zonder bandjes in het zwembad, in de losstaande rieten kast klimmen, en als ze naar Mattheus zwaait staat ze bij voorkeur bovenop de sofa met driekwart van haar lichaam buiten het raam.
Ook het eten is nooit saai met Ibi. Aan tafel zitten? waarom zou je dat doen, als het ook staand kan?

Borsten en billen

Wat preutsheid en onpreutsheid betreft blijft Brazilië een uiterst merkwaardig land vol tegenstrijdigheden. Dat valt vooral op als je in een cabana woont gelegen aan het strand en met zwembad op 30 cm van je deur. Zo midden in het hoogseizoen worden de vaste bewoners in aantal behoorlijk overtroffen door de vakantiegangers, en waar er vakantie gevierd wordt aan het strand gebeurt dat natuurlijk vooral met veel vertoon van lichamen.

Vanmiddag was ik daar getuige van dankzij een schokkend tafereel. Een meisje van 5 werd door een lieftallig zusje het bikini-bovenstukje van het lijf gerukt - en uiteraard niet terug gegeven want zo gaat dat immers bij zusjes - wij zien die dagelijkse strijd ook tussen onze bloedjes van kinderen. Met de armpjes over haar "borsten" gevouwen van schaamte rende ze het bad uit en het huis in, op zoek naar een andere minieme bikini om haar zo vrouwelijke rondingen te bedekken.
Persoonlijk vind ik dit nogal een hilarische gebeurtenis, maar in wezen is het natuurlijk diep triest dat kinderen van 5 zich al half dood schamen voor de borsten die ze nog niet eens hebben. Persoonlijk is het begrip "schaamte voor je eigen lichaam" in mijn ogen sowieso al bizar, maar als het er op zo'n leeftijd al zo zwaar ingegoten is, dan lijken mij de betreffende ouders ook rijp voor menige sessie bij een psycholoog.

Dat de tieten van een kind van vijf al bedekt dienen te blijven voorspelt natuurlijk weinig goeds voor de stranden hier. En inderdaad: blote borsten zul je hier niet ontwaren op het strand - behalve dan toen bij die dame die ik zag van wie het bovenstukje zo ongeveer achterstevoren werd gerukt omdat de branding wel erg ruig was die dag, maar dat was natuurlijk een vergissing. Naaktstranden schijnen er wel te zijn, maar op de twee of drie die wij gezien hebben was klaarblijkelijk niemand van de aanwezigen zich er van bewust dat men zich hier volgens internetsites op een "clothing optional"-strand (zoals dat eufemistisch heet) bevond, want ook hier was zelfs "topless" uit den boze.

Daarentegen is juist de "string" dermate populair, dat minstens de helft van de vrouwen op het strand met trots een vaak niet weinig indrukwekkende bilpartij etaleert. Het schijnt zelfs dat de "string" uitgevonden is op de stranden van Rio.

Maar dat vrouwen zich nou echt schamen voor hun borsten dat kun je nou ook bepaald weer niet zeggen. De moeder van Charly, een driejarig vriendje van Jitse en één van de andere vaste bewoners hier, heeft bijvoorbeeld zo'n gigantische boezem dat het niet anders kan dan dat dat kunstmatig behoorlijk wat maatjes verder opgepompt is. En dat moet gezien worden natuurlijk - het heeft ten slotte niet voor niks een lieve duit gekost - en zo loopt ze er dan ook vaak bij, uiteraard in combinatie met erg korte broekjes. En hierin is ze niet de enige - waar geen kleding helemaal taboe is, is zeer weinig kleding hier helemaal niet ongewoon in bij voorbeeld de gemiddelde winkelstraat midden in de stad. (En ik ben niet de enige die dit opgevallen was. )

Ook als je dit in een wat breder perspektief plaatst zie je veel tegenstrijdigheden. Homo's wordt over het algemeen totaal niet moeilijk over gedaan, en dat is opmerkelijk voor een latino land. Vrouwen zijn erg vrijgevochten en zelfbewust. De mensen die wij kennen doen ook totaal niet moeilijk als tienerdochters vriendjes hebben bij wie ze af en toe blijven slapen - iets waar je je in menig latino land een algemene excommunicatie mee op de hals haalt, als het niet nog erger is.
Aan de andere kant is er geen land ter waar de vrouwen zichzelf zo vaak laten herbouwen als Brazilië: menige buik of schaamlip wordt hier "gecorrigeerd" met het chirurgisch mes. Maar ook iets simpels als een ongeschoren vrouwebeen is natuurlijk echt "not done".

maandag 14 januari 2008

Mevrouw Dreun

Mevrouw Dreun is een vrouw van een jaar of 25 die hier de Cabana met grote regelmaat frequenteert, en die een erg klein ego en een groot sociaal hart heeft. En die wij niet graag zien komen. Dat zit zo.

Mevrouw Dreun heeft namelijk, om haar gebrek aan zelfvertrouwen te maskeren, een prachtige glimmende zwarte auto gekocht - op afbetaling, want zo gaat dat hier. Het onderdeel van die auto waar ze echt helemaal de blits mee maakt bij iedereen bevindt zich in de achterbak: die is compleet gevuld met een joekelige set van geluidsboxen, 18 in totaal, om het hele spectrum (maar vooral de bassen natuurlijk) te bedienen. En omdat mevrouw Dreun erg sociaal ingesteld is wil ze graag iedereen mee laten genieten van de muziek die uit die boxen komt. Bovendien houdt mevrouw Dreun van een feestje: ze vindt dat de hele wereld haar privé-discotheek is, en dat je dat ook zo vaak en zo lang mogelijk moet laten horen - of beter: voelen, want de bassen dreunen helemaal door tot in je buik en je kast met glazen in de keuken.

Nou is mevrouw Dreun hier niet een betalende gast die in een van de appartementen verblijft, maar dat weerhoudt haar er natuurlijk niet van om zichzelf via haar prachtige boxen helemaal aanwezig te verklaren zodra ze bij haar vrienden die hier vakantie vieren op bezoek komt.

Onlangs ging het een beetje mis met mevrouw Dreun. Omdat de beheerster Margarida er niet was, had ze zichzelf maar een verlengsnoer en een stekker toegeeigend, want anders slurpen die boxen je auto-accu zo leeg. Dit was echter tegen het zere been van Margarida toen die thuis kwam, en prompt was ze genoodzaakt om op haar eigen stroomvoorziening over te schakelen (accu dus maar weer), en bovendien werd haar geboden om het volume omlaag te draaien. Heel vervelend, ze wist niet eens precies hoe dat moest. Margarida was natuurlijk een muziek-hater, en het had vast ook te maken met die vervelende buitenlanders die altijd chagrijnig keken zodra ze het terrein op kwam rijden. Margarida beweerde dat een van hen het nichtje van de eigenaresse was.

Beledigd vertrok mevrouw Dreun in haar auto. Dat ze al aardig wat bier op had was daarvoor geen beletsel, op z'n best verhoogde dat de lol. Dan maar elders op zoek naar drank en "fun".
Dat dat goed gelukt was bleek halverwege de avond. Mevrouw Dreun had besloten om met een zatte kop met haar blitse auto over het strand te gaan scheuren. Dat was goed gelukt, tot ze ter hoogte van Cabana Paraiso Tropical nog even weer haar vrienden wou bezoeken, van het strand af reed, en tot de assen vast kwam te zitten in het zand. Haar auto was dan wel blits, maar het was helaas geen jeep met vierwielaandrijving.

Het gedreun klonk dus nu vanaf het strand, en mevrouw Dreun zat met haar vrienden onderuit geleund tegen haar blitse auto te wachten op de sleepwagen.

Morgen vertrekken de vrienden van mevrouw Dreun. En daar zijn die chagrijnige buitenlanders zo blij mee dat ze dan zelf een feestje gaan bouwen. (hetgeen natuurlijk wel een saai feestje wordt, zonder harde muziek. Het blijven tenslotte zuurpruimen.)

donderdag 10 januari 2008

Het is zover!

Met het zweet in mijn trillende handen en een dikke kikker in mijn keel (niet alleen van de hitte en verkoudheid) haalde ik mijn creditcard uit zijn goed verborgen verstopplaats en ging er even rustig voor zitten. Het grote moment was aangebroken. Hét moment waarvoor ik een jaar geleden een creditcard had aangeschaft...

Het was 12 uur 's-middags. We waren klaar met lunchen en het was tijd voor de siesta. Een goed moment voor zaken zoals het boeken van een online vliegticket wat, zoals iedereen weet rust en concentratie vereist.
Na een uurtje heen en weer gezoek, toen ik eindelijk alles maar dan ook álles goed had ingevuld bracht ik met kloppend hart en stijgende spanning mijn vinger naar de knop "boeken" en drukte hem in.
Er gebeurde niets.
Het bleek dat het boekingsprogramma van de vliegtuigmaatschappij onze braziliaanse postcode weigerde te accepteren. Van alles geprobeerd. Niets ingevuld, alleen maar nullen ingevuld en de postcode ergens anders aanplakken, alleen maar puntjes invullen, de computer herstarten, niets hielp. De maatschappij gebeld, maar ook met hun adviezen geen resultaat. Dan maar een nederlands adres invullen. Maar ook daarvan werd door de Duitse maatschappij de postcode niet geaccepteerd. Vervolgens dan maar over de telefoon boeken( 25 ct per minuut). Maar tijdens het opzoeken van onze postcode op onze weglog, liep onze computer vast. Dus mijn adresboekje erbij halen. Ondertussen werd de verbinding helemaal verbroken. Bleek dat mijn Skype beltegoed op was. (voor skype heb ik al meer dan tien keer automatisch beltegoed opwaarderen aangevraagd, en ik dacht dat dat nu eindelijk gelukt was.. niet dus). Dit geregeld en met goede moed weer aan de slag. Weer de vliegmaatschappij gebeld. Na een aantal keren van de lijn gegooid te zijn 15 seconden na het opnemen, kreeg ik eindelijk weer iemand aan de lijn.Een nieuwe medewerker, dus weer van voren af aan beginnen. Maar toen de namen eindelijk goed waren gespeld door het meisje aan de andere kant van de lijn, en we tot betalen konden overgaan, weigerde mijn creditcard.
Eerst moest ik dus de creditcardmaatschappij in nederland bellen hoe dit nu weer kon.
Natuurlijk viel tijdens het bellen de internetverbinding uit. Maar na 20 minuten was ook dit euvel weer opgelost en kreeg ik (na het beluisteren van alle andere informatie en keuzemogelijkheden die de spraakcomputer mij wenste voor te schotelen) iemand aan de lijn waaraan ik opnieuw mijn vraag kon stellen. Het antwoord was dat mijn kredietlimiet te laag was. 1500 euro ipv de 2000 die ik dacht. Tsja, wat dan. Gelukkig waren Rinkes ouders er ook nog, en mochten we hun creditcard gebruiken. Dus weer gebeld met de vliegtuigmaatschappij.
Maar inmiddels waren de brazilianen alweer uit hun sietsta ontwaakt en kwam er een auto het strand oprijden rijkelijk voorzien van de al eerder door ons beschreven geluidsinstallatie in de achterbak. En waar ging die auto staan? Natuurlijk. Op het strand, op nog geen 15 meter afstand van onze ramen die allemaal vrolijk mee begonnen te trillen. Net zoals het hele huis en onze ingewanden overigens. Gelukkig dat wij zulke fantastisch diep slapende kinderen hebben (!). Het meisje van de vliegtuigmaatschappij moest wel lachen toen ik zei "dit is Brazilië".
Nadat ik in de tropische hitte alle ramen en duren gesloten had, en met mijn handen tegen mijn oren (koptelefoon ingeplugd) en dubbelgevouwen over de laptop om mijn mond zo dicht mogelijk bij het microfoongaatje te brengen haar alle nummers had "ingefluisterd". (Ik hoop niet dat ze nu gesprongen trommelvliezen heeft)kwam eindelijk het verlossende woord. De boeking was gelukt!

En de datum van aankomst op schiphol is...... 11 maart.

naschrift.
Daarna meteen maar even doorgepakt, om ook de binnenlandse vlucht van Ilheus naar Salvador, (ca 350 km hemelsbreed) te regelen. De siesta kon ik toch op mijn buik schrijven want inmiddels was het alweer vier uur. Maar nadat ik álles had ingevuld... inclusief mijn sofinummer van hier....

Morgen maar even naar Ilheus naar een reisbureau.

naschrift 2
En die auto is vast komen te zitten tot zijn assen in het zand, en werd vannacht rond 12 uur (dus tot die tijd intermitterd uitbundige muziek) uiteindelijk opgehaald door een hoe noem je zo'n auto ook alweer...

zaterdag 5 januari 2008

Ibi Jarig!


Twee jaar alweer is onze kleine grote meid vandaag! Jitse en mama hadden gisteren een mooie verjaardagsmuts voor haar geknutseld, slingers opgehangen en de kadootjes ingepakt. Papa lag op apegapen in bed,en dat was helaas vandaag ook zo. Voor Ibi mocht het de pret niet drukken. Prachtig vond ze het allemaal. "Feestje" zei ze steeds, en "Ibi jarig!" wijzend op de slingers. Van neef Allerd en nicht Floor waren er via email digitale bewegende felicitaties gekomen. Ibi én Jitse kropen zowat in het scherm om ze goed te kunnen bekijken. Ook kreeg ze kadootjes ( een paar échte grote meisjeschoentjes en een puzzel). Jitse hielp haar snel met het uitpakken want "dat kan ze nog niet zo goed". en deed voor hoe ze de puzzel moest maken. Nou, maar daar was Ibi zelf ook best handig in! Ook de taart ging er goed in, net als bij de overige gasten van de pousada, die haar stevig toegezongen hebben. Ibi vond al die aandacht fantastisch, en toen ze ook nog bij gingen dansen was de pret helemaal compleet en deed ze enthousiast mee. Jitse verstopte zich ondertussen half achter mij. De ereplaats die hij had gekregen op een hoge kruk naast Ibi bleef leeg. Hij vond het maar wat best toen ik weer naar huis ging om de lunch te maken, en hij met mij mee kon, terwijl Ibi bij deze vrolijke 15 koppige familie achterbleef om nog wat te spelen met(het speelgoed van) Laetitia, een babymeisje van 1.

vrijdag 4 januari 2008

Ver"kou"den

Het is weer zover: smooooor. Brandende strot, zware druk op alle holtes in het hoofd, op de jukbeenderen, op de slapen, op het voorhoofd, druk op de oren, zowat stikken in het snot..., zware niesbuien...

Ik herinner me nog televisiereclame uit de tijd dat ik jong was (toen het leven nog simpel was en we nog televisie in huis hadden):
- "Waar is Jantje?"
- "Thuis juf, hij is verkouden".
Reclame voor medicijnen zomaar op televisie mag inmiddels niet meer, maar dat is niet het enige wat veranderd is. Ik herinner me nog dat ik Jantje maar een dikke aansteller vond: een beetje sneu in bed gaan liggen lijen met een verkoudheidje. Maar als ik zelf tegenwoordig verkouden ben ben ik te lamlendig om op te staan, en hou ik minstens twee dagen het bed omdat dat de enige dragelijke plaats is als je kop elk moment lijkt te kunnen ontploffen. Elke volgende verkoudheid is blijkbaar heftiger dan de vorige bij mij.
Maar los daarvan zou ik tegenwoordig nog niet naar school of werk gaan met een verkoudheid. Verkoudheid is namelijk de meest voorkomende ziekte, en dat komt doordat het ook nog eens één van de meest besmettelijke is; als je daarmee toch naar je werk gaat dan neem je dus doelbewust een aan zekerheid grenzend risico om collega's te besmetten. Als ik werkgever was zou ik iedereen die het waagt om verkouden op het werk te komen onmiddelijk met een uitbrander weer terug sturen naar huis. De ijver is voorbeeldig, maar wat heb je daaraan als als gevolg daarvan twee dagen later de halve afdeling snottert of ziek is.

Met mijn huidige tropische verkoudheid is in elk geval ook de stellingname van mijn ouders weer een stukje minder waarschijnlijk. Toevallig schreef Siep het nog twee dagen geleden in een mail: Let maar op, daar in de tropen worden jullie niet verkouden, maar zodra je hier bent in het koude Nederland is het raak.

Het is een veel voorkomende bron van twist: is er een relatie tussen verkoudheid en kou? Iedereen erkent wel dat de werkelijke veroorzaker van verkoudheid natuurlijk een virus is; maar volgens het kamp van mijn ouders wordt de bevattelijkheid voor dat virus vergroot door tocht en kou. Volgens de medische wetenschap is dat onzin.

Het bekendste onderzoek is een proef waarbij amerikaanse recruten verdeeld werden in twee groepen, die in de kou werden gezet. Het bleek geen draad verschil te maken: de dik ingepakte groep werd even vaak verkouden als de groep die alleen in T-shirt de vrieskou in moest. Ook zijn er verscheidene proeven gedaan met mensen die hete baden namen, en daarna in de tocht gezet werden gedurende een half uur. Ook daar bleek er geen verschil tussen de "wel kou" en "geen kou"-groepen. Ook bij sauna-bezoek heb ik nooit enige relatie met verkoudheid ervaren.

Als kou iets met verkoudheid te maken heeft, zou je verwachten dat er verschillen in het voorkomen van verkoudheid zijn op verschillende breedtegraden. Allereerst blijkt dat inderdaad zo te zijn voor de polen, maar dan precies andersom: onder eskimo's komt verkoudheid nauwelijks voor. Een waarschijnlijke verklaring daarvoor is dat de bevolking daar dermate dun gezaaid is, dat de overdracht van het virus onwaarschijnlijk wordt. Te grote kou lijkt me niet zo van invloed op het virus; aangezien virussen niet leven, kunnen ze ook niet doodgaan van de kou, dus het lijkt me niet dat virussen nou minder virulent zijn bij -20 dan bij +10 graden Celsius. Wat wel nog zou kunnen meespelen is de hoge UV-straling op de polen.

Of verkoudheid meer in de gematigde zones voorkomt dan in de tropen heb ik niet kunnen vinden; het schijnt ook dat er niet veel onderzoek naar verkoudheid gedaan wordt, omdat er nauwelijks aan verkoudheidsmedicijnen valt te verdienen (immers als je niets doet is het ook na vier vijf dagen weer over) en omdat het niet "cool" onderzoek is.

Wat wel onomstotelijk vast staat is dat verkoudheid in de gematigde zones vaker in de winter voorkomt dan in de zomer. Hoe dat komt weet eigenlijk niemand; regelmatig wordt als verklaring geopperd dat mensen in de winter meer binnen zitten, dus dichter op elkaar zitten, waardoor het virus veel makkelijker over springt van persoon op persoon, en zo veel sneller als het ware een kettingreaktie van besmettingen veroorzaakt (met dank aan die uitslovers die toch verkouden naar hun werk gaan...). Zelf kan ik me voorstellen dat Ultraviolette straling van de zon het virus beschadigt, en aangezien in de zomer de zon meer schijnt dan in de winter...

Hoewel ik neig naar de wetenschappelijke lezing (het zou immers hoogmoed zijn om als leek de onderzoeken van mensen die hier aan gestudeerd hebben in twijfel te trekken), twijfel ik ook wel erg over deze kwestie. De wetenschap zelf twijfelt natuurlijk ook meer dan ze naar buiten toe toegeeft; ik herinner me vagelijk een kort bericht in de vakblaadjes van Ingeborg (Medisch contact) waarin genoemd werd dat een recent onderzoek nou net wel weer de relatie tussen kou en verkoudheid aantoonde.

Mijn eigen ervaring spreekt ook voor een relatie tussen die twee. Ik herinner me een keer dat ik toen ik jong was zo de balen van school had, dat ik er echt niet naar toe wilde (nog zo'n heikel discussiepunt: hoe goed is school voor een kind...). Ik ben toen een uur met m'n blote bast in het open raam gaan zitten in de nachtelijke kou van eind november. Inderdaad was ik twee dagen later flink verkouden, en de opzet was geslaagd: ik hoefde niet naar school. Maar zoals ik nu ook weer ervaar: deze truuk had dermate veel nadelen dat ik hem niet meer dan eens heb uitgehaald.

Rest me nog te zeggen dat ik erg te doen heb met Ingeborg, die er nu alleen voor staat met twee kleine monstertjes - waarvan één toch echt wel in de categorie "moeilijk hanteerbaar".