woensdag 3 augustus 2011

Pleonastische tuin



Onder het motto "Je moet toch wat met je kind in het gips", togen we onlangs met de kinderen naar het stadspark. Jitse heeft tenslotte 6 weken in een ziekenhuisbed doorgebracht, dus dan mag hij er ook wel eens uit.
Voor hem hoeft dat nooit. Hij heeft van Pake de naam "Jitse de huismus" gekregen, maar een echte huismus gaat liever naar buiten dan Jitse zelf. Jitses favoriete spreekwoord is Oost West Thuis Best, en als het aan hem ligt komen we nooit ergens.
Dat wil soms wel eens tot irritaties leiden, maar als je je niet te veel aantrekt van om de drie minuten "Wanneer gaan we nou naar huis...", kan het toch best leuk zijn op tripjes, en eigenlijk geeft hij zelf ook vrijwel altijd achteraf toe dat het toch een stuk leuker was dan thuis blijven.

Goed dus, het stadspark. Er is ook een botanische tuin te vinden - raar woord eigenlijk, want volgens mij is in principe elke tuin botanisch - behalve de dierentuin dan. Na wat geheister met de rolstoel menig trapje op was het uiteindelijk echt de moeite waard. Ibrich die enthousiast van plant naar plant rende ("ooooh, aaaah, die is moooooi", en Jitse die zich helemaal uitleefde met mijn camera - waar hij bij wijze van uitzondering ook eens mee mocht.

Dus hier maar wat foto's. De foto van de vorige keer was natuurlijk geen echt beest, maar ook een van de planten hier genomen.












zondag 31 juli 2011

Roodpootspinel



Dit rare beest met knalrode poten en enorme voelsprieten troffen we laatst in een tuin aan. Het is een roodpootspinel. Over een paar dagen meer nieuws hierover.

woensdag 27 juli 2011

Scheepsorkest


Afgelopen maandag steeg het kwik hier tot welliefst een enorme 6.7 graad Celsius. En 's nachts was er zowaar nachtvorst. Het Zuidereiland schijnt volgesneeuwd te liggen, en ook her en der op het Noordeiland zijn wegen dichtgesneeuwd. Het is het dikste pak sneeuw in 15 jaar.
Niet dat we daar hier veel van merken. De berg ziet er een stuk witter uit. En ja, die kou merken we natuurlijk wel. Daarom ons nu maar even verlekkeren op de globale opwarming...

De titel van dit stuk is gejat van schrijver Koos Van Zomeren. De vergelijking kwam onmiddellijk bij me op bij het lezen van dit artikel. Erg interessante materie, maar zeer verontrustend.
Zo'n 200 miljoen jaar geleden kwam er een einde aan het Trias-tijdperk, door een massa-extinctie: de schatting is tientallen procenten van de soorten op aarde toen uitgestorven zijn.
Men meende altijd dat uitstoot van CO2 door vulkaanuitbarstingen de oorzaak was van de uitsterving, maar recent onderzoek wijst er op dat dit meer aanleiding dan oorzaak was. Door die toename in CO2 in de atmosfeer destijds warmde de aarde een beetje op, waardoor er uiteindelijk een drempel overschreden werd, en er ineens veel methaan uit de zeebodem losgemaakt werd. Dit methaan nu veroorzaakte een enorm broeikaseffect, veel sterker dan CO2 zelf.

De parallellen naar tegenwoordig zijn overduidelijk. De mens zorgt voor een veel grotere toename in CO2 dan destijds die vulkanen. En er is al gewaarschuwd voor het vrijkomen van heel veel methaan als straks de toendra's gaan ontdooien. Daar komt dus nog het vrijkomen van methaan uit de zeebodems bij.

Ondertussen lukt het internationaal niet om Kyoto te verlengen. En dan staan er nog miljarden Chinezen, Indiers en Indonesiers klaar om ook aan te schuiven aan de grote feestdis van "het kan niet op". Het zij hen gegund, na al die decennia van ploeteren, maar dat neemt niet weg dat het probleem alleen maar groter wordt. Zulke landen halen groeipercentages van tegen de tien procent, en dat betekent dus ook doodleuk eenzelfde groei in uitstoot.

En ondertussen zitten we in Nederland met de meest rechtse regering ooit aan de macht, bestaande uit partijen die hier volkomen schijt aan hebben. Grote goeroe Geert, voor mij toch al de verpersoonlijking van het kwaad zelve, ontkent gewoon staalhard dat er een klimaatprobleem is, en daarmee is hij de held van dom Nederland. Want ja, groen, wetenschap en vooral nadenken, dat zijn toch allemaal "linkse hobby's" die enkel nut hebben als je nog iets zoekt waar nog fors op te bezuinigen valt.

Ben ik doemdenker? Laatst al een doemstuk over de economische ontwikkelingen (Obama waarschuwde trouwens gister nog voor een diepe economische crisis, na het lezen van deze weblog). En nu dit verhaal? Misschien... - zeg later niet dat ik niet gewaarschuwd heb.

"Die poeha over zure regen destijds is toen ook met een sisser afgelopen", hoor ik vaak domme mensen zeggen. "Ook dat was opgeklopte lucht waar niks van bleek te kloppen."
Domme mensen inderdaad, die dit zeggen, want die zure regen van destijds liep met een sisser af juist omdat er toen maatregelen genomen zijn: 90% van de SO2-uitstoot van de industrie is teruggedrongen door verplichte rookgasreiniging, 80% van de NOx-uitstoot is destijds teruggedrongen door verplichte driewegkatalysatoren voor auto's, en 80% van de ammoniakuitstoot door veeteelt is teruggedrongen door verplichte mestwetgeving. Opvallend is dat veel mensen nu "zure regen" aanhalen als argument om maar lekker niks te doen, terwijl het juist een voorbeeld bij uitstek is dat laat zien dat er succes geboekt kan worden door wel iets te doen.
Het is dus echt argumentatie van PVV-niveau, namelijk leeg, onwetend en dom.

dinsdag 26 juli 2011

Winterhard

Was het tot nog toe een verrassend warme winter, en hangen de pompelmoenen al weer aardig geel in de boom achter ons huis, het begint het nu toch wel steeds kouder te worden.

Vannacht was het -0.5 graden, en gisteren overdag tegen de 7.

Gisteren, toen ik Ibi naar het vakantieprogramma van de YMCA bracht riep ze ineens. Hee, op die auto ligt sneeuw! Ik dacht aan hoogstens een beetje rijp, maar inderdaad stond er een geparkeerde auto met een dikke laag sneeuw erop. Helaas was Ibi niet te bewegen tot een partijtje sneeuwballengevecht. Ze vondt het te koud!

Later op mijn werk hadden verschillende collega's stoere verhalen hoe ze door de sneeuw naar het werk gekomen waren. Want op ongeveer 20 minuten rijden van het ziekenhuis - in Inglewood en Stratford - had het flink gesneeuwd.

Wat nu echt nog eens dubbel en dwars opvalt is dat de Kiwis zich weinig van de kou aantrekken. Lopen wij als nederlandse watjes 's morgens met dekens omgeslagen in ons koude huisje, hier lopen veel kinderen nog steeds rond op blote voetjes, en in het straatbeeld zien we ook nog menige puber, met muts, sjaal, rode appelwangetjes, maar in korte broek of minirok. Ook volwassenen zie je nog wel in korte broek. De Braziliaanse Gauchos zijn er niets bij!

In Nederland zouden ze je denk ik al gauw de kinderbescherming op je dak sturen, maar hier is het heel gewoon en niemand die zich er druk om maakt. En veel snotneuzen en verkoudheden heb ik hier nog niet gezien.

zondag 24 juli 2011

droomcadeau

Jitse heeft van PaTette een droomcadeau gehad omdat hij ontslagen was uit het ziekenhuis: een radiografisch bestuurbare helicopter. Hij is er zeer verguld mee. Dus veel dank aan PaTette!!

De besturing valt nog niet mee. Na een paar eerste flinke crashes, waarbij alle inzittenden jammerlijk om het leven zijn gekomen, gaat het hem nu best aardig af.

Ook een uitdaging voor mij natuurlijk om dit mooi op de foto te krijgen. Het is een heel interessant object om te fotograferen, omdat je zo enorm veel kan varieren met sluitertijden, en je dat onmiddelijk terug ziet in het resultaat.

Ook dat fotograferen viel nog niet mee. Maar uiteindelijk zijn libelles een stuk moeilijker.


Opname bij daglicht, zonder flits. Heli mooi scherp, achtergrond vaag.



Opname met flits. Nadeel is de enorme slagschaduw van de heli.



Deze vind ik erg geslaagd geworden. 1/250, F/8, ISO 1000. Alleen zo krijg je de hele helicopter nog scherp zonder dat de rotor echt een enorme vage vlek wordt. De ISO1000 is dus noodzakelijk, maar geeft eigenlijk ook wel een mooi effect. Het licht op de rotor is zonlicht dat binnenvalt door het raam. Geeft een mooi effect tegen de donkere achtergrond. Ik had Jitse speciaal gevraagd om de heli in het zonlicht te laten vliegen.



1/250 f/5.6 ISO1000. De heli zelf is haarscherp maar de rotor geeft erg een gevoel van beweging. Aan de achtergrond is duidelijk de enorme ISO-waarde te zien - ook al omdat de foto nogal onderbelicht is.



1/180 f/8 ISO1000. Het grote verschil met vorige foto's is de flitser. Het effect is dramatisch, want de rotor staat nu helemaal stil op de foto en is haarscherp. Het verschil met libelles is erg opvallend: die krijg je echt niet met "bevroren" vleugels op de foto bij 1/180 met flits. Libelles gaan dus vele malen sneller met hun vleugels dan deze helicopter.



Nog een mooie ter afsluiting. Tegenlichtfoto's kunnen erg leuke effecten geven. Nu met 1/80 f/16 ISO1000 om een grote scherptediepte te krijgen. Maar de rotor is daardoor wel veel vager.

vrijdag 22 juli 2011

are you shivering?

Als je in een van de verste uithoeken van de wereld gaat zitten, mis je wel eens wat. Zo ontdekte ik vandaag toevallig op internet dat een van mijn muzikale helden overleden is. Peter Christopherson van Coil is op 24 november, een half jaar geleden alweer, overleden.
Coil zelf was al eerder ter ziele, met het verscheiden van John Balance, zes jaar eerder. Absoluut uniek waren ze, meesters van bizarre sfeerlandschappen met een hoge "chillfactor".
Met het overlijden van Hector Zazou 2 jaar geleden zijn dat toch forse verliezen in de wereld van muziek.

Toch maar even een filmpje/linkje hier, ter herinnering.






woensdag 20 juli 2011

De wildste vrouwen van de wereld

We zitten hier goed. Volgens een studie zijn de Nieuw Zeelandse vrouwen de meest promiscue ter wereld, en een gynaecoloog maakt zich daar in dit artikel erg druk om.
Nieuw Zeelandse vrouwen zouden gemiddeld 20.3 sexpartners hebben gehad, een stuk meer dan het mondiale gemiddelde van 7.3. Bovendien was Nieuw Zeeland het enige land ter wereld waarbij de vrouwen meer sexpartners hadden dan de mannen; de mannen hadden er volgens deze studie 16.8 - trouwens ook ver boven het mondiale gemiddelde.

Het stond hier volop in alle kranten; en spontaan kreeg ik weer eens een gevoel van déjà-vu. Destijds in Brazilië kregen we van alle kanten te horen dat 90% van de mannen daar homo is.

Mochten er nu lezers zijn die denken dat ik mij met een angstige blik in de ogen schuchter en ineengedoken door het straatbeeld begeef hier te Nieuw Zeeland: nee, niets van dat alles. En dat komt niet omdat ik het allemaal wel spannend vind, een wereld waar je elk moment door een oververhitte vrouw besprongen kunt worden, maar omdat ik er natuurlijk weer eens geen barst van geloof. De gynaecoloog die zich in het artikel zo druk maakt heeft namelijk niet veel kaas gegeten van statistieken en van het interpreteren van getallen in het algemeen. Een euvel wat je wel vaker ziet onder artsen: ik heb onder Ingeborgs collegastudenten de grootst mogelijke methodologische en statistische blunders gezien in verslagen die doodleuk met vette achten beoordeeld werden. Dokters zijn verdacht vaak statistische onbenullen.

Het eerste wat al foute boel is aan de gepresenteerde getallen is dat er gemiddelden worden genoemd. Gemiddelden zijn leuk maar voor sommige dingen totaal niet geschikt, en dit is er één van. Voorwaarde voor een zinnig gemiddelde is namelijk dat dat wat je onderzoekt normaal verdeeld is - dat betekent onder meer dat er ongeveer evenveel personen met een bovengemiddelde score zijn, als personen met een ondergemiddelde score. De verdeling is symmetrisch, heet dat in jargon.
Het aantal bedpartners van mensen is nou typisch iets dat totaal NIET normaal verdeeld is: de meeste mensen zitten in een dikke bubbel aan het begin van de curve, en verder is er een enorme langerekte staart in de grafiek waar alle macho's, womanizers en prostituees zitten.
In normaal Nederlands: er hoeft maar een enkele prostituee met 5000 partners in je steekproef te zitten en hup, daar gaat je gemiddelde omhoog met 7 punten. Oftewel: de ruis is enorm, en puur toeval heeft een erg grote invloed op de eindscore.

Gelukkig zijn er ook journalisten en onderzoekers die dit door hebben, getuige dit artikel in dezelfde krant. Hier wordt al vermeld dat je niet het gemiddelde, maar de mediaan moet gebruiken.
Dit is eenvoudig het midden van de verdeling: er scoren evenveel mensen beneden als boven dit punt. De mediaan is - in tegenstelling tot gemiddelde - ongevoelig voor extreme gevallen in je steekproef.

Dan wordt het al een ander verhaal. Hier de resultaten even gekopieerd:

Median number of sex partners by age 32 (NZ) or 25-34 (UK)

New Zealand

Men 10
Women 8

United Kingdom

Men 7
Women 5


En ineens is die hogere score voor vrouwen verdwenen! Echter, let ook even op de leeftijden die bovenaan genoemd staan. Bij Nieuwzeelanders ging het om een leeftijd van 32, bij Groot Britannie om 25 tot 34 jaar. Gemiddeld jonger dus! Omdat het hier om het totaal aantal partners in iemands leven gaat, zorgt dit leeftijdsverschil ook al voor vertekening. De werkelijke verschillen zullen nog weer kleiner zijn.

Wat ook opvalt aan zulk soort getallen is dat de mannen vrijwel altijd hoger scoren dan de vrouwen. Iets wat wel een belletje moet laten rinkelen, want met wie gaan die mannen dan naar bed.... juist! In een wereld waarbij er alleen maar hetro's bestaan, MOET de score van het aantal bedpartners bij mannen en vrouwen eenvoudig wel gelijk zijn; ze gaan immers met elkaar naar bed.

Er zijn maar een aantal mogelijke verklaringen voor de verschillen die er altijd gevonden worden tussen mannen en vrouwen:


  1. homo's: Een procent of 4 a 5 van de bevolking is natuurlijk homosexueel, en dan zijn er ook nog wat bi. De enige manier waarop er echt verschil tussen scores in mannen en vrouwen kan bestaan, is dat homosexuele mannen veel wilder zijn dan de homosexuele vrouwen. Nou lijkt me dat niet onaannemelijk, maar aangezien homo's nog altijd heel erg in de minderheid zijn kan dit niet de grote verschillen tussen mannen en vrouwen verklaren.
  2. toeval: Je kan natuurlijk nooit de hele bevolking turven op zoiets. Er wordt altijd een steekproef gemaakt. In een enkele steekproef kun je natuurlijk prima verschillen vinden tussen mannen en vrouwen. Maar aangezien alle onderzoeken als resultaat hebben dat mannen sexueel aktiever zijn, valt dit als mogelijke oorzaak af.
  3. Sociaal wenselijke antwoorden: Het gaat hier om enquetes. Mensen geven dan altijd sociaal wenselijke antwoorden. Kennelijk is het voor mannen nog altijd stoerder (of minder een probleem) om het aantal sexpartners te overschatten. Vrouwen vergeten liever hier en daar eentje als ze bij zulk soort enquetes een antwoord geven. Het aloude verschil komt hier naar voren: als man ben je de bink met veel partners, als vrouw ben je een slet.


De laatste oorzaak laat zien dat de ruis in zulke onderzoeksresultaten behoorlijk groot is. Het grote verschil tussen Nieuw Zeeland en Groot Britannie blijft niet zo heel veel van over - maar er lijkt toch nog steeds een verschil. Of de kiwi's werkelijk wilder zijn weet je niet; misschien zijn ze alleen maar eerlijker, of gaan ze minder stiekem er mee om.

Al met al dus niet echt reden om hier met gevoelens van paranoia over straat te gaan lopen... Ergens wel jammer :-P


= = = = = = = = = = = = = = =

P.s.: We bieden heel voordelige groepsreizen aan naar de Wilde Vrouwen van Nieuw Zeeland. Een gat in de markt, lijkt ons. Ingeborg kan als dokter verzekeren dat de meesten zelfs nog haar hebben, dus geheel in natuurlijke staat. Dat zie je niet veel meer in Nederland.





Zomaar een bordje in het stadspark: 5 minuten lopen naar de bosland-dellen. Het tekent de vrije sexuele moraal.

maandag 18 juli 2011

Ontslagen

Dondermiddag zakte zijn kapotte been per ongeluk uit de contractie. Het werd nogal gelaten door iedereen opgenomen, en om deze wending van het lot nog eens een extra duwtje in de rug te geven, werd de hele stellage zelfs verwijderd, inclusief het hele rek waar alles aan hing. Eindelijk weer een normaal ziekenhuisbed zonder al die bouwsteigers er om heen.

De dag er na hing er een rare spanning in de lucht. Zou het? Zou het niet? De orthopeed hadden we gemist de dag er voor, die was pas laat in de middag langsgekomen, uiteraard precies op een tijdstip dat we net voor het eerst die dag er even niet waren. Het nieuws was, dat er geen nieuws was en er niks te melden viel. De fysio zou langs komen, en die zou vrijdag al dan niet het verlossende woord brengen.
Ondertussen kon Jitse wat oefeningen doen: voorzichtig de benen over de rand van het bed laten bungelen. Dat klinkt alsof het het woord "oefening" niet waard is, maar ga het zelf maar eens proberen nadat je je been zes weken achterelkaar gestrekt in een of andere bizarre takel hebt laten hangen, nota bene met gewichten er aan.


Voor het eerst zonder bouwstellages om het bed.


Aan het eind van de ochtend werd hij opgehaald. Met het bed racen door de lange gangen van het ziekenhuis. Mooi. Eindelijk eens iets anders te zien. In een lange gang werd hij geparkeerd. Vervolgens in een klein kamertje. En toen kwamen ze: drie grote dokters, met z'n allen tegen zo'n klein jochie. Eerst lachte hij nog, vooral toen hij zelf de kleur van de beenverpakking mocht kiezen. Maar hij moest zo vaak z'n knie weer buigen en strekken, terwijl die knie nog grotendeels op slot zat, dat het lachen hem snel verging.


Kunnen ze wel, drie groten tegen een kleintje?


Jitse werd in heel wat omhulsels gevat. Eentje om z'n middel. Eentje om z'n bovenbeen. En nog een om z'n onderbeen. Metalen scharnieren voor z'n heupgewricht en kniegewricht werden er uit een la tevoorschijn getrokken. Het was wat uitgezoek. "Ik werk hier al 15 jaar, en al die tijd zijn deze dingen niet meer gebruikt.", zei de gips-specialiste.

Eenmaal terug op z'n kamer, ingepakt als een halve mummie, kreeg hij bezoek van de fysiotherapeute. Wankel en glunderend zette Jitse zijn eerste stapjes in het looprek. En... goedgekeurd!! Het mocht!!

Normaal maken ouders de eerste stapjes van hun kind maar een keer mee. Wij hebben het geluk dit twee keer mee te mogen maken.


Vervolgens kreeg hij een heuse rolstoel aangemeten. En z'n wereld werd al een stuk groter: hij kon nu helemaal zelf rondjes rijden rondom het eiland van de verpleegsters. En dan is de wereld groot als je al weken je bed niet uit bent geweest.



Ondertussen bleef ik maar op en neer lopen naar de auto, om al zijn in zes weken verzamelde spulletjes in te pakken. Zes weken aan cadeau's, knutselrommeltjes en leesboekjes paste amper in de auto. Jitse en ik besloten samen dat Ibrich dan eigenlijk maar in de boomhut moest slapen, en dat Jitse haar kamer zou krijgen om al z'n spullen in te stouwen.


Er was nog net tijd om de laatste drie kwartier school vlak voor de vakantie mee te pikken. Er was een gezamelijke afsluitfestiviteit in de gymzaal. Jitse kreeg nog een speciaal applaus van iedereen. Hier is hij na afloop op het plein met Emma, Kate en Philippa.


Later die dag ging het nog even behoorlijk mis. Hij ging oefenen met z'n looprekje, en ik wilde net even een in de weg liggend stuk rommel wegtrekken, toen hij achterover viel. Veel stelde het niet voor; hij viel veertig centimeter en met z'n kont terug op de bank. Maar wel paniek en gillen - hij dacht dat z'n been misschien wel weer gebroken was.

In allerijl terug naar het ziekenhuis, en daar opnieuw foto's laten maken. Een paar uur later bleek er niks loos te zijn, en was het waarschijnlijk eenvoudigweg zijn nog steeds stijve knie die de pijn veroorzaakt had. Maar het was wel weer erg schrikken. Nog maar even heel voorzichtig doen. In het ziekenhuis hadden hadden we wel op een horror-verhalen-opzuigende spons geleken, zoveel gruwelverhalen kregen we te horen. Kindjes die dan na zes weken ziekenhuis hun eerste pasje doen, uitglijden, en prompt hun been opnieuw breken net boven de vorige breuk... Dat zijn toch van die rampscenario's die je niet graag voor je ziet.

Een ander soort ramp kwam goed van pas: de "ramp" (oprit) die ik over de trap van drie treden gemaakt heb, zodat Jitse met z'n rolstoel ons huis in te rijden is. Ik had de stellage al klaar liggen voor een brug in de bomen naar een kabelbaan naar de boomhut, maar nu kwam hij hier goed van pas.

Sinds de boomhut doe ik alles met touwen, en dat bevalt uitstekend. Deze oprit is gemaakt van twee stukken tuinhek die met twee stammetjes aan elkaar geknoopt zijn, en daar dan wat losse planken over heen...

zaterdag 16 juli 2011

Lotgenoten


Naar ik begrepen heb, zitten we wat weer betreft de afgelopen dagen in het zelfde schuitje: zowel daar in Nederland als hier in Nieuw Zeeland is het lekker afzien. Stortregens, bikkelharde wind, en een graadje of 15. Alleen hier is het winter, en daar bij jullie zomer. Daarom maar even een foto van een lekkere inktzwarte lucht er tegenaan, eentje van 't soort zoals we die recentelijk vaak te zien krijgen.
Het schijnt dat deze winter hier extreem nat en warm is.

Ingeborg is meestal al met de auto naar haar werk tegen de tijd dat ik de kinderen naar school moet brengen en tegen een muur van regenwater net buiten de deur aan zit te kijken. Maar dan ga ik een telefoontje plegen, en ik zal even letterlijk het hele telefoongesprek weergeven.

Andere kant van de lijn neemt op: "Goedemorgen!"
ik: "Ook goeiemorgen."
andere kant: "Geen probleem!"
ik: "Dank je".
En vervolgens hang ik op.

En vervolgens staat een kwartiertje later onze grote steun en toeverlaat Nienke voor de deur om met haar auto de kinderen naar school te brengen.

donderdag 14 juli 2011

De bittere smaak van gelijk

Broer Arjen roept het al jaren, en de club waar ik voor werk zegt al sinds de jaren 70 dat het met het huidige economische systeem een kwestie is van een dolle vlucht naar voren op straffe van crisis, en dat dat een keer mis moet gaan. Als je continu nieuw geld zit te maken op basis van niks, en hetzelfde geld twintig keer tegelijkertijd aan verschillende dingen uitgeeft (precies dat wat banken dus letterlijk doen), dan kan dat wellicht zolang iedereen aan het feest vieren is en te druk is om alle lekkere vreterij zo snel mogelijk weg te graaien, maar eens komt de weerslag - en dan loopt het leeg als een dikke ballon.

En mis gaat het nu, duidelijk. Na Griekenland volgen Italië, Portugal, Spanje en Ierland, en Frankrijk gaat het ook al moeilijk mee. Wat allemaal de aandacht afleidt van het feit dat ook Amerika zwaar in de problemen zit, dus dollars zijn ook al geen vluchtweg. Persoonlijk zou ik iedereen aanraden om je geld de deur uit te doen en er goud of zoiets voor te kopen - ook niet best trouwens, want de winning van goud is een van de meest schadelijke vormen van mijnbouw mogelijk.

Het is wel wrang om zo verschrikkelijk gelijk te krijgen. Destijds, bij de invoering van de euro, heb ik voor STRO (de club waarvoor ik werk) nog een campagne gevoerd tegen die invoering. Met STRO proberen we al jaren precies het tegenovergestelde van zulke megalomane projecten als de euro: namelijk overal locale munteenheden uitzetten.
Maar ja, als marginaal clubje kun je waarschuwen wat je wilt tegen zo'n euro. De desinteresse en oppervlakkigheid van het publiek was trouwens ook ontluisterend: iedereen had zoiets van "wat zeur je nou, lekker makkelijk bij de grens".

Maar precies het scenario waar we toen voor waarschuwden is nu allemaal uitgekomen: er zal politieke druk zijn om de normen maar te laten waaien als dat zo uitkomt, en je ontneemt crisislanden de mogelijkheid om hun eigen munt te devalueren als het slecht gaat, waardoor ze de hele muntunie dreigen mee te zuigen.
Blind was men voor deze argumentatie - Vendrik van GroenLinks was een van de weinigen in de Tweede Kamer die hiervoor waarschuwde. Weggehoond werden we/ze.
Het kon niet misgaan, volgens figuren als euro-boegbeeld de immer goedlachse Zalm. Een onwankelbaar geloof in een sprookjeswereld hadden ze. Ja ja, en dan noemen ze zulke clubjes als de mijne "onrealistisch, idealistisch en naief". Eigenlijk zou je een mannetje als Zalm hoofdelijk aansprakelijk moeten stellen voor de ellende.

Ook hier in Nieuw Zeeland is de crisis goed te voelen. Kate, vriendinnetje uit Jitses klas, gaat met haar ouders naar Wellington verhuizen, want hier is geen werk. Ook van andere mensen horen we dat ze hun heil moeten zoeken in Auckland of Wellington. Veel winkels staan leeg en gaan over de kop.

Maar goed, ik zou dus nu echt aanraden om iets te doen met je geld, want volgens mij is het over een tijdje geen cent meer waard.

dinsdag 12 juli 2011

Little prankster en Godzilla

De laatste week in het ziekenhuis is aangebroken. Tenminste dat hopen we. Aanstaande donderdag wordt er een foto gemaakt van Jitses beentje en als de dokters tevreden zijn dan mag hij er voorzichtig op proberen te staan. Dan gaat de fysiotherapeut zien hoe goed hij met een kruk of framepje zich kan redden, en afhankelijk van hoe dat gaat mag hij naar huis, of worden het een paar dagen later.
Jitse hoopt erg dat het aanstaande vrijdag is, want hij is voor zondag uitgenodigd op een verjaardagspartijtje. Hij heeft al een feestje moeten missen omdat hij in het ziekenhuis lag, en dat is tegen zijn natuur want hij is dol op feestjes.


Emma op bezoek; samen aan de nintendo


Zes weken in het ziekenhuis. Hoe vermaak je je daar? Jitse heeft het geweldig gedaan vinden wij. We hadden verwacht dat hij op een gegeven moment wel tegen de muren op zou vliegen, huilerig en kribbig zou worden, maar dat is erg meegevallen.
In het begin kon hij alleen op zijn rug liggen en deed elke beweging pijn. Toen was het voorlezen, knuffeldieren in de kamer verstoppen die hij vanuit zijn bed moest zien te vinden, en kwam er gelukkig ook veel bezoek en post (met cadeautjes!)
Daarna werd hij steeds mobieler, en nu kan hij dan rechtop zitten. Zijn meest favoriete activiteit is wel tekenen. Daar kan hij lang mee bezig zijn. Ook heeft hij, met de aanmoediging van een kadootje al zijn nederlandse huiswerk voor jaar 4 afgemaakt.


Aan z'n bed is goed te zien dat hij er al een aantal weken is.



De verpleegsters waren verrast dat hij zo weinig televisie keek. Maar na een dag of twee was hij daar helemaal op uitgekeken, en ook de playstation en X box taalt hij niet meer naar. Met zijn Nintendo speelt hij wel veel. Dat was een goede aankoop. Hij is er ook erg trots op dat hij hem zelf heeft gekocht (50% zelf betaald).
Verder knutselen we wat. Zo heeft hij een stapel armbandjes gemaakt van colalipjes, die een winkeltje nu voor hem verkoopt. Een oproepje op het intranet van het ziekenhuis deed van alle kanten enveloppes toestromen. Het was nog lastig om er genoeg van te maken voor het winkeltje, want iedere keer als hij er een af had, wilde iemand hem al weer kopen.
Een ander hoogtepunt was het uitstapje met bed en al naar het aquarium in de gang waar nieuwe vissen bijgeplaatst werden. Daar was hij niet weg te slaan en met zijn camera heeft hij vele plaatjes geschoten.


Uitstapje naar het aquarium in de gang, met bed en al.



Bezoek komt er ook nog steeds, wel minder natuurlijk, maar toch nog wel een paar keer per week. En papa en mamma komen elke dag en soms ook Ibi. De ene keer is dat na 5 minuten alweer dikke ruzie en ergernis omdat Ibi aan zijn spullen zit. De andere keer is het geslijm en sentimenteel gezwijmel en kruipt Ibi bij hem in bed.


Slijmen met Ibrich



En hij haalt grapjes uit. Little prankster, zo noemen ze hem. Zo had hij een natte-washandjesgevecht met een schoonmaakster, die overigens won. Had hij een touwtje aan de poot van zijn knuffelkikker gebonden, en moest ik die om het hoekje van de zaaldeur zetten. De gil van de verpleegster die hem voor hem op moest pakken klinkt me nog in de oren. Ze sprong wel een meter hoog. Een ander groot succes was vliegtuigjes vouwen. Toen we daar mee begonnen was er geen ophouden meer aan. De hele zaal gooide vliegtuigen en de verpleegsters en ik moesten ze oprapen. Een verpleegster heeft daar nu voor eeuwig de bijnaam Godzilla aan overgehouden. Omdat ze per ongeluk een vliegtuig fijnstampte.

zaterdag 9 juli 2011

Achtertuinigers

In Brazilie zagen we ze voor het eerst, want daar hadden we televisie in Porto Alegre. Dagelijks op het kindernet: de Backyardigans. Vijf figuurtjes die vanuit hun achtertuin de wildste avonturen beleven in hun fantasiewereld. Het was daar de serie die het meest aansloeg.

Nu in Nieuw Zeeland leek het Ingeborg goed om daar nog wat DVD's van te bestellen. Goed voor het engels leren, en de liedjes blijven heel erg hangen. En als Ingeborg iets doet doet ze het goed ook, dus hebben we nu welliefst twintig DVD's thuis, besteld via Amazon, met alle afleveringen van alle vier seizoenen Backyardigans.

De kinderen smullen er van. De afleveringen duren zo'n 20 minuten, het verhaal is doorgaans leuk en het zit vol humor. Ibrich kan hele texten van liedjes uit de serie zo uit haar hoofd zingen.

Wat mij ook aanspreekt is de muziek - ja, jullie lezen dat goed, ik met mijn hautaine snobistische exclusieve smaak op dit gebied, met mijn voorkeur voor experimentele elitaire muziekvormen die de rest van de mensheid hypernerveus de kamer uit doen vluchten, ik kan bekoord worden door de muziek bij een kinderserie.

Het leuk is dat elke backyardigans-aflevering een ander genre als muzikaal thema heeft. De ene keer is dat Strauss, gevolgd door dixieland, de volgende keer Mexicaanse mariachi-muziek, en daarna is het psychedelische jaren-70 rock.
Daarom maar even wat voorbeeldjes insluiten:

op de klassieke toer...



disco...



Erg humoristisch is de rock-opera:



Flamenco:



meidengroepjes:



Hoewel genres zoals dit laatste voorbeeld natuurlijk absoluut niet te pruimen zijn, wordt dit weer hilarisch zo leuk als het nagedaan is. Bovendien spreekt de veelzijdigheid van de muzikanten me erg aan.

En ja hoor, zo vreemd bleek de bekoring niet te zijn. Breinen achter de Backyardigans-muziek zijn Evan Lurie en Douglas Wieselman.
Die achternaam van de eerste doet een belletje rinkelen bij de kenners: broer van John Lurie, samen in de groep de Lounge Lizards, en John Lurie leverde ooit nog bijdrages aan de meest sublieme serie die er ooit in de muziek verschenen is, de Made to Measure reeks van Crammed Discs - weliswaar behoorden de bijdragen van John Lurie daaraan tot de mindere, maar als je daar aan meegedaan hebt kun je toch wel wat potten breken.

En Douglas Wieselman bleken we ook al te kennen: lid van de groep Antony & the Johnsons, welke zich ook mag verheugen op een plekje in mijn exclusieve collectie. Deze werden zelfs enigszins bekend bij een groot publiek dankzij het ontroerende en enigszins bizarre "Crippled & the starfish", destijds erg gehyped door de muziekpers. Nou is dat laatste voor mij meestal een reden om erg argwanend te worden. Persoonlijk ben ik bij voorbeeld voorgoed afgehaakt van de Nederlandse muziekkrant Oor toen ze ooit anno jaren 90 Bob Dylan's vierhonderddrieentachtigste herhalingsoefening in zichzelf kopieren uitriepen tot nummer 1 van hun moordlijst, en het tegelijkertijd presteerden om een uiterst oubollig nederlands flutgroepje op de voorpagina te plaatsen. "Pers" die zulk soort gedoe promoot als "goede muziek" moet je tot in het diepst van je ziel wantrouwen.
Maar met Anthony & the Johnsons hadden ze een punt: dat was origineel, opvallend en goed gedaan. En een text die bizar, ontroerend, diepgaand en pijnlijk melancholisch is.




Kortom: altijd erg leuk om diepere dwarsverbanden en connecties te ontdekken waar je die op het eerste gezicht niet zou verwachten.

Onlangs voor de kinderen (maar ook een beetje voor mezelf natuurlijk) de beste van de backyardigans van de DVD's geript en op een Cd gezet. Ruim vier uur aan muziek. Ibi zingt luid mee op de achterbank als we naar het ziekenhuis rijden om Jitse te bezoeken.

Op naar de volgende serie. Onlangs heeft ze 15 DVD's aangeschaft van de kinderserie Charlie & Lola.

donderdag 7 juli 2011

kriebelige nacht

Gisteren, ongeveer een uur voor ik naar huis zou gaan kwamen er opeens drie nieuwe patienten binnen. Een 19 jarige jongen, bekend in de psychiatrie vanaf zijn 10-e met woedeproblemen.
Hij was in wildwestachtige stijl opgepakt door de politie in het centrum van New Plymouth waar hij rond reed met een mes om de verkrachter van zijn vriendin een lesje te leren. Dat die man dat gedaan had, had hij gehoord in een liedje op de radio.
De tweede een vrouw van middelbare leeftijd met een geschiedenis van rituele mishandeling in haar jeugd, en een lijst zelfmoordpogingen van twee kantjes. Gedurende de hele intake hield zij haar knuffelbeest (een zwarte levensgrote poes) dicht tegen zich aangedrukt.
De derde was een 69 jarige demente man die werd binnengebracht door de politie. Hij droeg een opsporingsketting om zijn hals, en bleek uit Auckland te komen, maar hoe wist niemand.
Hij was niet als vermist opgegeven en zijn familie was niet te bereiken. De man zelf wist ook niet meer dan wie hij was en zijn geboortedatum. Hij zag er wel wat verwaarloosd uit.

Lange nagels aan vingers en tenen. Vermagerd. Vieze broek al droeg hij een redelijk schoon sweatshirt en goede leren jas.

Vanmorgen was de hele afdeling in rep en roer. Toen de verpleging zijn bed wilde opmaken krioelde het van de vlooien. En dan moet de dokter komen. Ik heb er een gevangen om te kijken of het een mensen of kattenvlo was (mensen vlooien zijn tegenwoordig in de westerse wereld uiterst zeldzaam). Vervolgens stofzuigen, kleren wassen, leren jack in de vriezer, en de afdeling sproeien.Het was een kattenvlo. Maar wel een hele dikke, die ik tot grote hilariteit van de collega's diagnositiceerde als een zwangere vrouwtjes vlo.
(Wel jammer want mensenvlooien schijnen nogal wat op te kunnen brengen als je ze aan een vlooiencircus verkoopt).

Maar het lachen bleef niet lang, want nadat de man met veel tact en drang overgehaald was om te douchen voelde ik ineens iets kriebelen op mijn linkervoet...

Psychosomatisch hoopte ik.
Maar een uurtje later voelde ik ineens iets kriebelen in mijn linker knie. Mmm.
En toen ik later bij Jitse aankwam voelde ik duidelijk iets in mijn linker lies.

Maar gauw onder de douche gesprongen, en wat zag ik. Een mooie verzameling beten in mijn linker lies. Na het douchen mijn pyjama aangedaan, want ik ging hier slapen, maar nu voel ik het nog steeds kriebelen en heb geloof ik nog een nieuwe beet in mijn rechterlies.

Je snapt dat ik erg weinig zin heb om mijn kleren van gisteren weer aan te doen, maar straks moet ik naar huis liften want Rinke heeft de auto. Maar ik kan natuurlijk niet in mijn pyama langs de kant van de weg gaan staan...
Of moet ik maar gaan lopen? je wilt natuurlijk niet een vriendelijke persoon die je een lift geeft met een probleem opzadelen.


Het blijkt dat er in Auckland Ziekenhuis onlangs een zeer lastige vlooienplaag heerste. De verpleging daar was ertoe overgegaan om vlooienbandjes te dragen. Ik hoop dat wij genoeg maatregelen genomen hebben.

zaterdag 2 juli 2011

Winterse, knalrose verrassing


Een heel zomerseizoen hebben we de boomhutboom lief gehad. We hebben hem geknuffeld, kusjes gegeven als we per ongeluk een stammetje van de boomhut onzacht tegen hem aan stootten, verontschuldigd als we touwen om z'n dikke takken sjorden om de draagbalken van de boomhut vast te krijgen. Geen spijker is er in die boom gegaan voor de boomhut, uit respect voor de boom. Bezoekende kindjes werd op het hart gedrukt dat ze geen takken van de boomhutboom af mochten breken.

En wij maar denken dat het een inheemse Nieuw-Zeelandse boom was, van een ons onbekende soort.

Niets daarvan. Toen de winter een week of zes geleden inviel en de herfststormen de laatste bladeren van zijn takken rukten, wachtte ons een aangename verrassing. Geen tropische, maar een Chinese: de boomhutboom kwam vol te zitten met enorme knalroze bloemen. Ze komen te voorschijn uit opgeblazen, bolle bloemknoppen die aan het einde van de verder helemaal kale takken zitten. En die bloemen kwamen qua vorm heel bekend voor... Zonder dat we het wisten, bleek dat we de boomhut in een enorme exotische Magnolia hebben gebouwd.

Dat bleek trouwens nog goed van pas te komen. Omdat de meeste Magnolia's hun bloemen aan de uiteinden van de takken hebben zitten, en dit exemplaar dit principe nog eens zeer uitsloverig tot in perfectie toegepast had, was het bijzonder lastig om bij zo'n hoge boom ook maar in de buurt van een bloem te komen om een foto te kunnen maken. Maar gelukkig hadden we halverwege de stam een prachtig plateau in de vorm van de boomhut. En hadden we een mooie kabelbaan er naar toe om patserige fotospullen aan te hangen... Zodat ik met een statief, en een dikke telelens, op behoorlijke hoogte boven de grond toch mooie foto's van de bloemen kon schieten. Alle geschoten met de 500 mm.



Het is duidelijk dat het hier niet om een gewone Magnolia gaat; de gemiddelde tuinmagnolia in Nederland zit weliswaar vol bloemen, maar die zijn wit, en bovendien mag die Magnoliasoort de term boom niet eens verdienen - het zijn op z'n best bovenmaatse struiken.
Dit niet: dit is een robuuste boom met een stevige stam, sterk vertakkend, en een meter of twaalf hoog. Robuust, zei ik al, en met wat speurwerk kom ik op Magnolia sargentiana varieteit "robusta", of anders Magnolia campbellii (zie ook hier). Deze soort komt oorspronkelijk uit Tibet.
Misschien kan onze tuingoeroe Michiel enig licht op deze zaak werpen?
Opvallende kenmerken van deze boom:

  • Stevige boom, behoort tot de grootsten van de Magnolia's
  • Bloeit al aan het eind van de herfst, en bloeit de hele winter door, dus ver voor de bladeren opnieuw aan de boom komen.
  • Bloembladen van buiten roserood en van binnen wit.





Magnolia's zijn bomen die oorspronkelijk voorkomen in Zuid-Oost Azie en grote delen van de beide Amerika's. Ze zijn overal op de wereld aangeplant als sierbomen. Er zijn ongeveer 300 soorten bekend. Het zijn vrij oude bloemplanten; ze behoren waarschijnlijk tot een van de eerste families van bloemplanten die er op aarde ontstaan zijn. Er zijn fossielen gevonden vanuit het boven-krijt, dus in de hoogtijdagen van de laatste dino's.

maandag 27 juni 2011

White Cliffs

Het laatste weekend voordat Jitse z'n been brak... Ah, wat was het leven toen nog mooi en zorgeloos. Vrolijk en zorgeloos huppelden we door een zonovergoten landschap, en er was niets wat ons leventje kon verstoren. Oh hoe argeloos en onschuldig we toen waren.

Dat het zonovergoten was is echt opvallend, want het had weken achtereen geregend. Dat moest dus buiten gevierd worden. En in plaats van opnieuw het halve eiland over te crossen besloten we het deze keer dichter bij huis te houden, namelijk de White Cliffs walkway, een wandelpad waar je een dag over doet.



Ibrich op weg naar de eerste pas in de walkway. Hier loopt het pad nog door boerenland. Verderop zou het de rimboe in gaan.



Als het tij gunstig is kun je het pad over de kliffen en door het binnenland volgen, en dan via een beekbedding op het strand komen om vervolgens langs het strand onderaan de kliffen terug te gaan. Dit kan alleen op twee uur voor of na laag water.



Een van de witte kliffen.



Onderaan de white cliffs.



Door de branding uitgeslepen grotje. Ibi vindt het prachtig.



Jitse liep speciaal een eind om om hier een foto van deze klif te maken. Het is heel aandoenlijk om te zien hoe enthousiast hij bezig is met foto's maken.



Het staat hier overal vol met pampasgras. Allemaal import dus, zoals minstens de helft van de planten en dieren hier. Er is ook een inheemse variant, die toetoe heet; die is wat valer van kleur, en zoals dat hoort laat die zich flink verdrukken door de exoot. Hier gefotografeerd met fel tegenlicht van de lage winterzon. Tegen de zon in fotograferen kan toch de mooiste plaatjes opleveren.



Nog een keer pampasgras.

zaterdag 25 juni 2011

Uitzicht op ons dorp


Recentelijk rijden we nogal eens op bizarre tijdstippen van en naar het ziekenhuis.
Af en toe ga je dan tegen zonsondergang naar huis vanuit de stad. Nu, met net midwinter achter de rug, is dat tegen zessen. En ook dankzij die midwinter levert dat nogal eens zulk soort taferelen op.
De winters zijn hier niet zozeer koud, maar wel verschrikkelijk nat. Vrijwel elke dag regent het, en als we dan regenen zeggen dan bedoelen we dus niet een beetje gemiezer.

Op deze foto begon het tegen zonsondergang net wat op te klaren na een natte dag. De grondmist trekt in de verte weg uit de dalen. Tussen al die grondmist, bomen en dalen ligt ons dorpje, Oakura, achter de bomen midden op de foto.
(zoals altijd op deze blog: klik op de foto voor een grote versie)

vrijdag 24 juni 2011

Laatste foto's paasvakantie

Hier nog de laatste foto's van onze paasvakantietrip naar Waitomo.


Waitomo staat vooral bekend om de grotten. Er schijnen er honderden te zijn, maar waar de meesten zitten is niet geheel duidelijk; voornamelijk op prive-boerenland, waarschijnlijk. Er zijn er ook zat commerciele, waar je dus in kunt na betaling en onder begeleiding van een gids - wat ikzelf dus een stuk minder leuk vind. Dit grotje troffen we aan boven een riviertje langs een wandelpad - en hier kon je dus wel zo in. Ibrich vond het ook erg leuk, maar Jitse durfde eerst niet.



Een van de bekendste grotten is Ruakuri. Het is een heel netwerk van onderaardse rivierlopen, sommigen nog met rivier, anderen drooggevallen. De oude ingang is afgesloten uit respect voor de Maori's, omdat Maori's hun doden in grotten plachten te "begraven". Daarom is er een nieuwe ingang geboord vanuit de bovengrond naar een van de grote zalen. Een spiraaltrap leidt je naar beneden. De foto toont de nieuwe ingang.



De grotten waren mooi, maar Ingeborg zelf wat vooral onder de indruk van het bezoekerscentrum. Een bijzonder gebouw, bestaande uit een luchtig aandoende overkapping.



In het bezoekerscentrum ook deze Maori-"totempaal" met typerende Maori-kunst: hier een Moa en een kiwi.



En een pukeko, de plaatselijke endemische purperkoet.



In het grotje waar Ibi hierboven op de foto staat, stikte het ook van de Cave-weta's, een soort grottenkrekel.

woensdag 22 juni 2011

Krak


Hier het gebroken beentje van Jitse.

De foto links is van afgelopen vrijdag. De breuk is al weer aardig tegen elkaar aangegroeid. Volgens de behandelend arts gaat het bij kinderen twee keer zo snel als bij volwassenen. De witte stangen is het metaal van het staketsel waar zijn been in hangt.
De foto rechts is gemaakt meteen bij aankomst in het ziekenhuis, op de dag van de breuk. Het is hoe dan ook een breuk met een groot oppervlak, dus er is lekker veel oppervlak om weer stevig aan elkaar te groeien.

Ik krijg zelf spontaan pijn in mijn eigen been bij het kijken naar de rechter foto.

maandag 20 juni 2011

Ritueel hypocriet

In Nederland is de politiek tot op het bot verdeeld over een initiatiefvoorstel van Marianne Thieme van de Partij voor de Dieren: moet er een verbod komen op onverdoofd slachten van dieren? Moslims en Joden lopen te hoop hiertegen, omdat het hen zou beroven van de vrijheid om ritueel te slachten. Het woord "godsdienstdiscriminatie" valt al veelvuldig in de discussie.
Gezien de huidige atmosfeer in Nederland waar moslimpje-pesten zo'n beetje de nationale volkssport aan het worden is, kun je dus wel zeggen dat het een heikel onderwerp is. Met mijn achtergrond als anti-bioindustrieaktivist (destijds oprichter van de werkgroep "Vlees noch Vis" bij Milieudefensie Groningen) meen ik dat ik er ook best wat over zeggen mag.

Vooropgesteld: de situatie waarin iets niet mag tenzij je een godsdienst aanhangt, vind ik te zot voor woorden. Er mag in Nederland bij wet niet zonder verdoving geslacht worden, dus mag dat niet, punt uit. Het woord "godsdienstdiscriminatie" wat nu zo makkelijk door zowel Joden als Moslims gebruikt wordt vind ik dan ook de omgekeerde wereld: het zou juist van discrimnatie getuigen als gelovigen iets mogen wat ongelovigen niet mogen (namelijk onverdoofd slachten). Straks komt er een koppensnellersstam uit de rimboe van Papua Nieuw-Guinea zich vestigen in Nederland, en mogen zij dan ook kannibalistische praktijken uitoefenen met een beroep op vrijheid van Godsdienst?

Maar van hieruit geamuseerd neerkijkend op het gedoe roept de hele discussie bij mij toch vooral ook weerzin op. Want het land dat letterlijk wereldkampioen is in het varkens, kippen en koeien over de kling jagen nadat ze een gruwelijk bestaan achter de rug hebben in de bioindustrie, meent nu gelovigen de morele les te kunnen lezen over de laatste 7 seconden van het leven van een stuks vee?? Als je een en ander in perspectief ziet dan wordt dit wel een heel bizar stukje wetgeving. De Nederlandse politiek staat op een enorme berg aan varkenspestlijken, Q-koorts-geitenkadavers en dode gekke koeien, en kijkt geringschattend neer op Moslims en Joden die daar in de diepte aan de voet van de lijkenberg een schaap te lijf willen gaan: "Dat mag niet hoor, barbaren!".

Al met al zou dit volstrekt onzinnige, rituele wetgeving worden. Het is dan ook spijtig dat de discussie vooral gaat over die godsdiensten, en niet zozeer over de onzinnigheid van deze wetgeving zelf.

vrijdag 17 juni 2011

Post uit Nederland


Vandaag is de avond van 15 juni. Dat betekent dat Jitse er al weer 12 dagen in het ziekenhuis op heeft zitten.
Hoe staat het er voor?
De ergste pijn is gelukkig over. Hij heeft alleen nog paracetamol 4 x per dag en als hij snachts wakker wordt van de pijn (gemiddeld een keer) nog wat morfine.
Zijn been hangt de hele dag in dat staketsel, een Thomas traction genaamd, naar de methode waarmee de gewichten en touwen bevestigd zijn.

Zijn hele bed en frame zijn mooi versierd. Er is hier een knutseldame die elke weekdag even bij hem langs komt, en die zijn bed met flikkerende kerstlampjes versierd heeft. Vandaag trof ik hem stenen vervend aan in bed. Zijn lakens zijn nu dus groen en blauw. Ook heeft hij een paar van zijn eigen knuffelbeesten in bed en zijn eigen fleece dekentje van thuis. En de hele muur bezaaid met tekeneningen en de kaarten die hij gekregen heeft.

Inmiddels begint hij dus aardig gewend te raken aan het ziekenhuis, en wij krijgen ook een soort van routine. We slapen nog steeds om de beurt bij hem in het ziekenhuis en zijn er ook overdag veel. Maar het blijven gebroken nachten, dus als de dag erna thuis is het bijslapen.
Met Ibi gaat het ook goed. Ze vindt het heerlijk snachts bij mama en papa in het grote bed te kunnen slapen, en ook gaat ze regelmatig ergens spelen. Als ik werk lever ik haar 10 voor acht af bij Nienke of Jeanine, die haar dan om half negen tegelijk met hun eigen dochters bij school afleveren. Jeanine is de moeder van Sylvia een vriendinnetje uit haar klas, en Nienke hebben we het al vaker over gehad.


De steun en attentie die wij en Jitse krijgen zijn werkelijk fenomenaal. Afgelopen zaterdag, waren er maar liefst 13 vriendjes die langskwamen, en op zondag 7. Ook gedurende de week komt er na school af en toe een langs. En dan van iedereen een kadootje of iets om te knabbelen. Het was echt heel gezellig. Het leek wel een verjaardagsfeestje.

Jitse houd een lijst bij wie er allemaal geweest zijn. En verheugd zich nu al op de grote feesten die hij wil geven. Een voor iedereen die geweest is, en nog een superparty voor de meest frequente bezoekers.

En gisteren kwam de post uit Nederland en bracht kaarten van het thuisfront. Anneke en haar 3 jongens,Opa en Oma, Pa en Tette, tante Ilse. En van buurvrouw Aukje regelmatig een dikke email met grappige verhalen over het dagelijkse leven in onze oude woonplaats in NL. Hartstikke bedankt allemaal!
Toevallig was ook dat op de dag dat hij viel, een dikke brief van zijn school in Nederland in de brievenbus lag, en dat Ibi daar mee stond te zwaaien toen hij in de Ambulance ging.
Die brief zat vol leuke verhaaltjes en tekeningen over de lente bij jullie. En fotos van zijn klasgenootjes. Dus die hangt ook boven zijn bed.

Toch heeft hij het af en toe ook wel moeilijk. Dan zucht hij dat hij de tijd weer terug wil zetten, dat het niet gebeurt was. Of dat hij net als de andere kindjes weer naar huis kon.
Balen is het ook dat hij het voetbal wel kan vergeten. Net als Hockey, en de eerste 4 maanden ook Capoeira. Het plan is 6 weken tractie, 6 weken met weinig belasting bewegen, (lopen mag wel), en pas na 4 maanden weer wat ruwer. Ws duurt het 7 maanden tot zijn been weer sterk is. En daarna nog af en toe controle voor de stand van het been, en de beenlengte etc. Dus we beginnen straks maar eerst eens met wat zwemmen.

Hier in het ziekenhuis is het ook best. Het is wel gek natuurlijk om het op deze manier mee te maken. Ik als werknemer, Jitse als patient. En het is ook lastig dat je geen invloed hebt op het beleid. Dat een pijnstiller bijvoorbeeld geen half uurtje eerder gegeven mag worden, dan het protocol aangeeft. En je moet je verder ook overgeven want je weet er niet genoeg van, en kan met zo'n been natuurlijk ook geen kant op. Tractie is natuurlijk een beproefde eeuwenoude methode, maar als je dan op internet gaat zoeken lees je er eigenlijk weinig over. Wel over externe fixatie en de voor en nadelen daarvan. Nou ja, de orthopeed werkt hier al minstens 20 jaar, zijn vader werkte hier voor hem, en ook zijn broer werkte hier. Als orthopeden als ik het niet mis heb.

Naast elk bed is er een soort uitklapbare stoel waar ouders op kunnen blijven slapen. En elke dag krijgen we een bon voor een warme maaltijd in het restaurant. Elke werkdag komt er ook een juf bij hem om samen met hem wat schoolwerk te doen. De dietiste kwam langs om te kijken wat hij lekker vindt (valt niet mee, al het eten is natuurlijk anders, en hij is vegetarier...) En de sociaal werkster van het ziekenhuis kwam ook inventariseren of we hulp bij het een of ander nodig hadden. Met mijn baas heb ik geregeld dat ik deze week 2 dagen vrij heb zodat ik de nachten ervoor bij Jitse kan slapen. Dat geeft een hoop lucht, alhoewel de werklast op de tussenliggende dagen natuurlijk weer hoger is omdat een collega van een andere afdeling mijn werk er exta bij krijgt.

dinsdag 14 juni 2011

Het superfeest


De aanloop in het ziekenhuis is behoorlijk. Afgelopen zaterdag was een record-dag: er zijn toen in totaal 13 kinderen op bezoek geweest. Op de foto hiernaast, ook van die dag, zien we Jitse een partijtje pesten (het kaartspel) met (van links naar rechts) Louis, Jack, George, Fletcher en Zach (die tegenover ons woont). De moeder van tweeling Louis en George geeft ze instructies.
Deze middag dus alleen maar jochies, maar in de ochtend waren er juist enkel meisjes op bezoek, en ook weer vijf tegelijk. Dus over belangstelling niet te klagen.

Jitse houdt een lijstje bij: als hij uit het ziekenhuis ontslagen wordt komt er een groot feest, en alle kinderen die in het ziekenhuis geweest zijn mogen komen. Jitse heeft ook nog een super-lijst, en dat is voor een super-feest waar alleen de kinderen mogen komen die het vaakst langs geweest zijn. Of er in werklijkheid twee feesten komen moeten we nog maar even zien...

Ook met de post gaat het goed. Vandaag lagen er vijf brieven voor hem in de bus (ik ga ze openen als ik bij hem in het ziekenhuis ben). Vorige week kregen we een grote enveloppe met allemaal tekeningen en brieven van de kinderen van Jitses klas uit Nederland; van Tijl Uylenspieghel dus. Toen die verzonden werden had Jitse nog geen gebroken been, maar het kwam wel heel goed uit dat hij toen hij net in het ziekenhuis lag zo'n mooie grote verzameling tekeningen en brieven kreeg. Heel erg bedankt daarvoor.
Van z'n klas hier in Nieuw Zeeland is er intussen ook zo'n enveloppe gekomen, ook met tekeningen en brieven.
En hij krijgt van iedereen natuurlijk ook veel kadootjes. Soms denkt hij er over om - als hij weg moet uit het ziekenhuis - nog maar weer even een been te breken, zodat hij nog meer bezoek en kadootjes krijgt.

Maar in de nacht verdampt deze grootspraak en was het de afgelopen week veel huilen van de pijn. Maar gelukkig lijkt het ergste wat dat betreft nu over, en gaat het langzaamaan beter. We denken er over om hem deze week voor het eerst eens een nacht alleen te laten in het ziekenhuis. Tot nu toe bleven we om de beurt bij hem slapen 's nachts. Dat was wel nodig, met die pijnaanvallen, en soms paniekaanvallen tussendoor.

zondag 12 juni 2011

In Nederland was het nog meer gebroken pootjes geweest...

Ibrich zag haar kans schoon, gister. Ze zag Ingeborgs autosleutel liggen, spurtte naar de auto, stak de sleutel in het contact, en startte de auto. Ingeborg was voor de auto bezig toen het gebeurde.

In Nederland was dit wellicht op een drama uitgelopen: het komt daar regelmatig voor dat een kind een contactsleutel van de auto omdraait, met als gevolg dat de auto dan hikkend een paar meter vooruit schiet voordat de motor weer afslaat. Het is wel voorgekomen dat een kleuter op zo'n manier z'n eigen oma dood reed.

Hier is dat pertinent onmogelijk. Dat komt omdat de auto's moderner en beter zijn. Hier zijn ze namelijk allemaal uitgerust met een automaat. Ik begrijp dan ook niet waarom Nederland massaal aan de schakelbakken is, terwijl automaten zo veel makkelijker en zo veel veiliger zijn.

De auto hier heeft een P-stand: je kunt hem alleen starten als hij daarin staat; anders werkt het gewoon niet. Maar in de P(ark)-stand staat hij dus wel UIT de versnelling. Starten in de versnelling en hikkend vooruit schieten is per definitie dus onmogelijk.

Wil je daarna de auto echt laten rijden, dan is dat nog steeds onmogelijk voor een kind van 5. Je moet namelijk de rem intrappen om hem uit de P-stand te zetten en in de versnelling te krijgen. Trap je de rem niet in, dan zit er geen enkele beweging in de pook.

In Nederland was ik alleen maar handgeschakelde auto's gewend, maar hier in Nieuw Zeeland heeft niemand die. En terecht. Niet alleen is het rijden veel rustiger en gemakkelijker, maar daardoor is het natuurlijk ook veiliger. Je hoeft als chauffeur nou eenmaal minder handelingen te verrichten, dus kun je je aandacht beter bij het verkeer houden. Daarnaast slaat de motor nooit af als het stoplicht net op groen staat.

En ondanks het feit dat het verhaal wil dat automaten minder zuinig in gebruik zijn, geloof ik daar werkelijk geen biet van. Een automaat schijnt wat zwaarder te zijn, waardoor de auto wat zwaarder is en daardoor meer brandstof zou gebruiken. Dit lijkt me een miniem effect. Maar mocht het al uitmaken, dan zal alleen een ideale chauffeur die altijd optimaal schakelt in een handgeschakelde auto echt wat zuiniger kunnen rijden. Het gros van de chauffeurs echter rijdt lang niet altijd in de optimale versnelling, waardoor een automaat zuiniger zal uitvallen.

Dus wat mij betreft komt er onmiddellijk een verbod op handgeschakelde auto's.

zondag 5 juni 2011

Zielig

En dit nog zes weken lang...


zaterdag 4 juni 2011

exit voetbal, exit capoeira, exit school, ...

Jitse zit dus niet meer op voetbal. En niet meer op capoeira. En niet meer op school. Rampspoed heeft gister toegeslagen.

Gister had hij vriendje Jack mee naar huis om mee te spelen, en heel opgetogen sjeesden ze samen op hun stepjes naar huis. Precies toen hij onze oprit op wilde draaien ging het mis: hij viel, en lag luid gillend op de stoep.
"Mijn been is gebroken, mijn been is gebroken!"
Nou is onze school de laatste drie weken de bottenkrakersschool, want verschillende jochies hebben er recentelijk armen gebroken. Dus ik dacht dat hij "ook wat gehoord had", en dat het allemaal wel mee viel. Maar toen ik 'm overeind hees hing dat beentje er akelig bizar slap bij, onder een hoek die erg niet deugde.

Een lang verhaal - het gebeurde om kwart over drie, en tegen tienen 's avonds lag hij pas op z'n plek op de kinderafdeling -, maar om dat kort te maken: hij moet 6 weken in het ziekenhuis liggen met z'n been in een takelconstructie. Herstel gaat minstens 3 maanden duren.

Ik moet bekennen dat de tranen mij in de ogen sprongen om dat lieve lieve jochie met zoveel pijn te zien. Dus geen voetbal meer voor hem, terwijl hij het zo leuk vond. Geen capoeira meer, waar hij echt heel erg van genoot. We zouden de komende week een kabelbaan gaan maken voor de boomhut, en hadden net alle materiaal daarvoor in huis, maar ook dat wordt niks meer. Geen school meer, zelfs.

Echt heel verschrikkelijk.

woensdag 1 juni 2011

De breedpoot-olievis

Jitse zit op voetbal, sinds er een nieuw trimester is begonnen. En hoewel ik er eerst niets in zag en allemaal bedenkingen had, moet ik toegeven dat het geweldig gaat: het is leuk, hij heeft er veel plezier in, en het is geweldig georganiseerd.

Om met dat laatste te beginnen: Hier in Nieuw Zeeland is een en ander echt veel beter georganiseerd dan in Nederland. In Nederland moet je in je vrije tijd op zoek gaan naar een particuliere sportclub, en daar een aardige contributie voor betalen. Hier gaat het allemaal via de school.
Elke school heeft een sportveld naast de deur gelegen. De sportactiviteiten zelf worden georganiseerd en begeleid door de ouders, maar de school faciliteert. Dat laatste gaat door inschrijvingen te verzamelen, het te promoten, er wekelijks over te berichten in de nieuwsbrief, en de sportvelden ter beschikking te stellen.

Dus elke dinsdag zit Jitse in de middagpauze van de school op hockey; dat wordt begeleid door Anna, de moeder van vriendje Michael. Elke woensdag heeft hij na school voetbaltraining. Dat wordt gedaan door Nigel, de vader van vriendje Jack, samen met nog twee of drie ouders.
Daarnaast kunnen kinderen nog kiezen voor tennis (er is ook een tennisbaan naast de school), voor netball (volgens mij is dat korfbal), en voor nog een paar andere sporten die me even niet te binnen willen schieten.

Het grote voordeel van dit systeem is dat het veel laagdrempeliger is: meer dan de halve school doet er aan mee, en als al je vriendjes mee doen moet je wel een echte hark zijn wil je aan de zijlijn willen blijven staan. Je zit dus ook in een team met kinderen die je al van school kent, hetgeen het ook veel laagdrempeliger maakt. En ook een voordeel is dat je meteen na school het trainingsveld op kunt rennen.

Het leuke is dat dit kennelijk zo gaat bij alle scholen - alhoewel ik wel vermoed het bij onze school heel goed loopt, want er zijn minstens vijf verschillende teams.
Er is een uitgebreide competitie opgesteld waarbij de teams van de verschillende scholen elkaar op zaterdagochtend in wedstrijden ontmoeten. Jitse zit in het team "Oakura Total Oil Marlins", ofte wel de zwaardvissen van Total Oil. Hoe een zwaardvis kan voetballen is een raadsel wat nog door de biologen opgelost moet worden. En wat die Total Oil er mee te maken heeft is me ook duister; het zal wel zijn dat ze de shirts of de ballen gesponsord hebben.

Ze hebben nu drie zaterdagen achter elkaar gewonnen, en zijn nog ongeslagen in de competitie. Da's maar goed ook, want ik vertel Jitse altijd van te voren dat hij de hele zaterdag voor straf naar bed moet als ze verliezen (geintje...).

Jitse is beslist niet de sterspeler; hij staat meestal in het achterveld, en heeft minder dan anderen de neiging als een wildeman achter de bal aan te rennen. Maar hij doet wel goed z'n best, en bij de training heeft hij aardig wat tegengoals weten te voorkomen. Wat het belangrijkste is: hij vindt het leuk.

Ik moet trouwens zeggen dat er goed gespeeld is. Onlangs keek ik even naar een wedstrijd van een vriendinnetje van Ibrich (Holly) op het veld; dus kinderen die 2 jaar jonger dan Jitse zijn. Dat was grappig om te zien:
een kluwen kinderen op het midden van het veld. Bal schiet uit de kluwen te voorschijn. Kluwen kinderen ontwart zich en sjeest als een razende achter de bal aan. Vervolgens vormt zich een nieuwe kluwen kinderen op een nieuwe plek op het veld. Tot daar de bal weer uit te voorschijn floept, zodat ze weer allemaal op een kluit daar achteraan hobbelen.

Bij Jitses team kun je zien dat twee jaar leeftijdsverschil dan toch heel veel uitmaakt. Er wordt samen gespeeld, ze snappen dat je niet allemaal op een kluit op de bal moet zitten, en als ze de bal ergens naar toe schoppen dan is dat niet zomaar in het wilde weg in de richting van het doel van de tegenstander. Ook Jitse zelf doet dat al heel goed.