dinsdag 9 oktober 2007

Liefdadigheid

Na gegeten te hebben in een soort van fast-food restaurant waar ze allerlei mini-pizza's serveerden, liepen we in Pouso Alegre terug naar ons hotel. Ik liep met Jitse aan de hand. Ineens ziet Jitse een man gewikkeld in een deken liggen, tegen de muur van de kerk aan.

Jitse: "huh, waarom ligt die meneer daar te slapen?"
Rinke: "Die meneer is moe, daarom is hij gaan slapen."
J: "Hè, maar waarom doet hij dat daar?"
R: "Die meneer heeft geen huis, dus daarom kan hij niet thuis gaan slapen. Daarom slaapt hij daar, op straat".

Jitse denkt even na. Dan:
J: "Hé, ik heb een goed idee, als ik die meneer al mijn geld geef, dan kan hij wat eten kopen, dat vind hij vast heel fijn"

Jitse heeft zelf een portemonnaie met wat muntgeld, omdat hij dat heel mooi vindt, en omdat hij dan alvast enig benul van geld krijgt, hoewel hij nog geen enkel idee van de hoeveelheden heeft. Ik zeg dat ik het een goed idee van hem vind, en dat ik het ook heel lief vind. Jitse loopt naar de man die in een deken gewikkeld ligt te slapen, alleen z'n hoofd komt er bovenuit, en hij ligt op z'n zij. Daar pakt hij z'n portemonnaie, haalt alle muntjes er uit (een stuk of 15), en gooit die over de man uit. De arme man schrikt helemaal wakker, en kijkt wat verbijsterd om zich heen. Omdat het geld alle kanten opvloog vanwege de onbesuisde uitvoering van Jitses goede daad, gaat Jitse snel de verst weggerolde muntjes bij elkaar zoeken, en geeft ze aan de man.
Dan zegt hij "Tsjau" en zwaait met z'n handje.

1 opmerking:

Anoniem zei

wat een lieve daad!

Michiel